© Matthew Parker

Wanneer begon Tijd van zonde voor u?
In 2016. Na de publicatie van mijn eerste boek A Bad Character in 2014 was ik bezig met twee verschillende boeken, maar de verhalen kwamen alle twee tot stilstand. Ik was nog steeds aan het uitzoeken hoe ik mijn idee over een boek over Delhi moest aanpakken. Doordat de twee andere verhalen dood liepen, kon ik mij volledig storten op mijn Delhi-verhaal.

Wat was het leukste moment tijdens het schrijven?
Ten eerste… schrijven is nooit makkelijk. Maar vooral het laatste deel van het boek vond ik zwaar, omdat ik veel verschillende strengen had die ik op een of andere manier weer bij elkaar moest brengen. Het leukste was altijd een biertje aan het einde van een goede schrijfdag om het, samen met mijn man, te hebben over het boek. Ik leefde altijd in het leven van het verhaal. Dat deden we eigenlijk altijd in Padaria do Povo, wat volksbakkerij betekent. De bar heeft een fijne sfeer en het is inspirerend om in zo’n oude plek te zitten waar vroeger veel revolutionaire activiteiten plaatsvonden.

Is het karakter van Neda gebaseerd op uzelf?
Ik heb sommige karakteristieken van mij in haar geplakt. Een van de gelijkenissen is dat we allebei een soort van ambivalentie en non-judgemental nieuwsgierigheid hebben. Maar die ambivalentie was bij mij nog wel iets groter. Neda leefde bijvoorbeeld in een chic deel van de stad, terwijl ik leefde in een mindere buurt. Daarnaast was het grote verschil dat zij uit een politieke elitefamilie komt terwijl ik opgroeide in een meer sociaal-conservatieve familie, oftewel: geen risiconemers. Delhi had vroeger een coole underground art scene maar opeens was het een stad die voornamelijk gericht was op geld. Het was een interessante tijd om te leven, omdat de stad zo aan het veranderen was. Dus overdag documenteerde ik die veranderingen in de stad, maar in de nacht ging ik naar hele royale feesten van rijke vrienden van me. Ik denk dat ik plezier aan het nastreven was. Op dat moment was ik aan het rouwen om mijn vader en een vriend door een roekeloos leven te leiden. Neda heeft in dat opzicht niet echt een dubbelleven, dat van mij was veel meer uitgesproken.

Een roekeloos leven. Hoe heeft u dat achter u gelaten?
Eigenlijk stopte ik ermee op een spectaculaire manier. Ik was in Goa in 2007, een prachtige kuststreek in India, in een tijd dat ik het gevoel had dat ik mijn leven wilde veranderen. Daar ontmoette ik mijn man op het strand. We keken naar elkaar, werden verliefd en toen veranderde ik mijn leven. Ik verhuisde naar Goa en ging me verdiepen in yoga, en daarmee stopte het feesten ook. Opeens werd ik elke ochtend om vijf uur wakker om yoga te oefenen met een oudere Duitse yogaleraar. Ik woonde in een klein huis dicht bij een rivier waar het heel rustig was. Eigenlijk een perfecte plek om boeken te lezen en te denken over mijn leven in Delhi.

Dus het was liefde op het eerste gezicht?
Ja, eigenlijk wel ja! Ik geloofde daar nooit in, maar we keken elkaar aan en hadden allebei het gevoel alsof we elkaar al jaren kenden. Het was een heel gek gevoel.

Is het fijn om vanuit een plek als Portugal te schrijven over India?
Ik miste India op een zintuiglijke manier. Je mist de geuren, de geluiden van treinen en de auto’s, de geluiden van de duizenden stadsvogels. Het gemis hielp heel goed met schrijven omdat ik vol zat met India. Daarnaast kon ik door weg te zijn uit India waarschijnlijk op een sterkere en meer gedurfde manier de wereld van corruptie, macht en geweld weergeven. Corruptie is de hele tijd aanwezig in India, en als iets veel aanwezig is, merk je het eigenlijk niet meer op. Die afstand was dus heel belangrijk.

Hoe bent u eigenlijk in Portugal beland?
Eigenlijk niet echt om een specifieke reden. Mijn man komt uit Engeland, maar daar wilden we allebei liever niet wonen. Door de Brexit moesten we daarom een tijd ergens in de Europese Unie wonen om onze documenten te regelen. We kenden wat mensen in Lissabon en het weer heeft raakvlakken met dat van India dus daar kwamen we terecht.

Welk boek of film geeft het leven in India het beste weer?
De film Paar geregisseerd door Gautam Ghose, over de politiek, conflicten en de strijd van het dagelijks leven in India.

Als u een schrijver zou kunnen zijn waar en wanneer dan ook, waar en wanneer zou dat dan zijn?
Sowieso een tijd voor het internet. Ergens in de jaren zestig of zeventig denk ik, in een open liberale stad, zoals Bombay.

Naar welk kunstwerk kunt u eindeloos staren?
Ik was een tijdje geleden in Madrid waar ik Museo del Prado bezocht. Ik stuitte op De tuin der lusten van Jheronimus Bosch en heb er zolang naar gekeken als het kon. Het drieluik is enorm en de vele details… Het feit dat één iemand dit heeft gemaakt vind ik onvoorstelbaar. Ik heb een kaartje van het schilderij gekocht en kijk er sindsdien elke ochtend naar, maar dat is natuurlijk niks vergeleken met het in het echt zien.

Wie van uw tijdgenoten wordt over honderd jaar nog steeds gelezen?
Ze is niet van mijn generatie, maar ik denk dat Hilary Mantel over honderd jaar nog steeds wordt gelezen. Ik vind haar echt geweldig. De historische fictie bij Cromwell was prachtig. Het is een roman over hoe mannen macht uitoefenen en dat is naar mijn mening een onderwerp dat over honderd jaar nog steeds belangrijk is.

Wie zijn uw favoriete dichters?
Ik heb een boek van Matsuo Bashō naast mijn badkuip liggen. Hij schrijft haiku’s en weet daarbij prachtig over de natuur en zijn seizoenen te schrijven. Daarnaast gaan veel van zijn gedichten over wandelen en Japan, allebei zaken waar ik veel van houd.

Heeft u een verborgen talent?
Ik ben een hele goede luisteraar. Ik weet niet of dat een verborgen talent is?

Wat is qua lezen uw ‘guilty pleasure’?
Lezen is nooit guilty!

Wat is belangrijker: stijl of de verhaallijn?
Voor mij, als lezer, houd ik altijd van de stijl. Het is voor mij belangrijk dat je mij als schrijver kunt onderdompelen of transformeren naar een andere wereld, zoals de boeken van Graham Greene. Dat een gevoel van een plek zo sterk is dat je het ervaart alsof je er bent.

Met welk fictief personage identificeert u zich?
Er komt nu niet zo snel iemand in mij op, maar mijn man vindt dat ik lijk op Kit in het boek Het dak van de hemel door Paul Bowles. In het boek zijn zij en haar man net verhuisd van New York naar het hart van Afrika. Kit is een nerveuze, interessante, maar vooral complexe vrouw. Dit is eigenlijk niet een heel sympathiek portret van haar, mijn man zou het waarschijnlijk beter kunnen uitleggen.

Wat leest u in zware tijden?
Ik vind dagboeken van schrijvers heel erg ondersteunend, bijvoorbeeld het boek Patricia Highsmith: Her Diaries and Notebooks. Ze is een interessant persoon met een ongelooflijke geest. Ondanks dat ze zo’n succesvolle schrijver was, laten die dagboekaantekeningen een glimp van haar leven zien, en dat ze, net als ik, ook worstelde met gepubliceerd worden en slechte recensies, maar ook alledaagse problemen. Zo staan er in het boek bijvoorbeeld ook notities waarin ze opsomt hoeveel ze had gedronken, wat me vaak beter laat voelen over mezelf.

Ik vind het ook fijn om Duras te lezen als ik me neerslachtig voel. Haar schrijfstijl is zo scherp, beknopt en krachtig. Al haar boeken zijn geweldig, maar vooral Practicalities. Daarin schrijft ze over schrijven, mannen en moederschap op een eerlijke en interessante manier.

Salman Rushdie of Arundhati Roy?
Salman Rushdie… of nee eigenlijk toch Arundhati Roy. Nadat ze de Booker Prize won voor De God van kleine dingen werd ze heel succesvol. Ze had, zoals veel andere schrijvers, ervoor kunnen kiezen het land te verlaten, maar in plaats daarvan zette ze zich in voor het volk in India. Zo schrijft ze naast fictie ook veel non-fictie over inheemse gemeenschappen en stammen. Ze is gewoon een sterke, uitgesproken en gedurfde schrijver. En dat is inspirerend.

Murakami of Philip Roth?
Murakami! Ik heb bijna al zijn romans gelezen. Hij heeft een fijne, opvallende en serene stijl.

José Saramago of Fernando Pessoa?
Fernando Pessoa.

Roald Dahl of J.K. Rowling?
Als tiener verslond ik boeken van Roald Dahl. Ik merkte destijds niets van het antisemitisme en racisme, het waren dingen waar we toen niet echt over nadachten. Je genoot gewoon van de verhalen. Als Rowling er was geweest toen ik een tiener was, was het waarschijnlijk anders geweest. Ik heb ooit een artikel geschreven over de Harry Potter-rage in India waardoor ik alle boeken in een week had uitgelezen. Aan het einde had ik het gevoel alsof mensen elk moment van dingen af zouden gaan vliegen. Dat was eigenlijk heel leuk.