In de vorige Tsjetsjeense oorlog leidde generaal Vladimir Grigorievitsj Kosarev het Pers- en Informatiecentrum van het ministerie van Defensie. Hij nam ontslag uit onvrede met het officiële desinformatiebeleid en begon een eigen persbureau. Zijn Agentschap voor Militair Nieuws (AVN) betrekt informatie van voormalige officieren en ‘informanten’ in het leger. De Groene Amsterdammer peilde zijn mening over de oorlog in Tsjetsjenië, Poetin en de verkoelde relatie met het Westen.


‘Elke staat zou ingrijpen als zich binnen zijn grenzen een situatie voordoet zoals nu in Tsjetsjenië. Het Westen doet daar merkwaardig naïef over. Hoe kun je deze kwestie nu tot een diplomatiek einde brengen? Met wie moet er dan onderhandeld worden? Met president Aslan Maschadov soms, die onder één hoedje speelt met de terroristen? Natuurlijk heeft Poetins populariteit te lijden onder de oorlog. De onrust slaat je uit de media tegemoet, dat beseft hij ook wel. Maar ik ben ervan overtuigd dat hij de oorlog zo snel mogelijk tot een goed einde zal brengen, hij is er doortastend genoeg voor. Poetin weet dat deze oorlog een noodzakelijk kwaad is. Dit is geen Afghanistan, dit is Rusland. Stel dat Poetin de strijd zou staken, dan krijgen de terroristen een adempauze waarin ze het hele land kunnen mobiliseren. Als we Tsjetsjenië loslaten, blijven we zitten met een tijdbom aan de zuidgrenzen.


Onze grootste fout is dat we het erop aan hebben laten komen. Het probleem had opgelost kunnen worden onder Gorbatsjov of in de eerste jaren van Jeltsins bewind toen de hele Kaukasus uit de pas begon te lopen, te beginnen met Nagorno-Karabach. Sinds Zjochar Doedajev (de eerste president van het ‘onafhankelijke’ Tsjetsjenië — mdm) aan de macht kwam, viert het terrorisme er hoogtij. Maar onze politici hebben niet willen inzien dat Doedajev aanstuurde op een breuk met Rusland, dat hij een totalitair regime vestigde. Nu mag het leger de brokken opruimen. Goddank ziet het ernaar uit dat de herovering van Tsjetsjenië kan worden afgerond met een minimum aan slachtoffers en zonder inzet van nucleaire wapens. Er moet gauw een einde komen aan de schandelijke aanblik van Russische generaals die hun eigen land bombarderen.


Daarna moet een Tsjetsjeense politiemacht worden gevormd die het terrorisme, de wanorde en vooral de import van wapens bestrijdt. Er zijn aanwijzingen dat er wapens blijven stromen in de richting van de rebellen, dat verergert de kwestie in hoge mate. En denk maar niet dat we loslaten, al zal het nog zo lang duren. De terroristen moeten ontwapend worden, anders is het voor ons vechten tegen de bierkaai. Ik wil niet met de beschuldigende vinger wijzen naar bepaalde landen, maar die wapens ondermijnen alles. Aangezien de wapensmokkel alleen door een internationale inspanning kan worden tegengehouden, is het nodig de grenzen goed te bewaken — vooral die met Georgië, daar hebben we al een begin mee gemaakt. De internationale gemeenschap zou onze inspanning economisch moeten ondersteunen.


De vrees voor een nieuwe Koude Oorlog in de westerse pers en publieke opinie is heel begrijpelijk. Rusland herziet in hoog tempo zijn militaire uitgangspunten. Er wordt weer geïnvesteerd in het leger en de veiligheidsorganen. Er wordt hard gewerkt aan een nieuw concept van nationale veiligheid. In geval van crisis kunnen voortaan nucleaire wapens worden gebruikt als alle andere middelen uitgeput zijn. En volgens de nieuwe militaire doctrine is er voortaan sprake van een “crisis” als Rusland of zijn bondgenoten bedreigd worden.


Als het Westen daarop reageert met het neerlaten van een nieuw ijzeren gordijn, het zij zo. Het Westen heeft de eerste zet gedaan, bijvoorbeeld door de snelle uitbreiding van de Navo naar het oosten en het bombardement van Joegoslavië. Ons beleid is een reactie daarop. Het is nog vroeg om te spreken van een verkilling in de relatie, maar er wordt wel elke dag een stap in die richting gedaan. Een Russische medewerker van het Amerikaanse radiostation Liberty blijkt bevriend te zijn met Tsjetsjeense terroristen, de Verenigde Staten houden een Russische tanker in de Golf aan, enzovoort. Madeleine Albright heeft onlangs drie uur met Poetin gesproken over de risico’s. Ik heb de stille hoop dat onze leiders een escalatie voorkomen, want we hebben dit allemaal al een keer gehad. De Koude Oorlog was toch achter de rug?’