De twee romans die ze hiervoor schreef, Alles wat er was en Efter, waren ook tamelijk krankzinnig, in de zin van: fantasievol. In Alles wat er was beschreef ze tot welke extremiteiten mensen in staat zijn als ze maar lang genoeg gedwongen met elkaar opgesloten zitten terwijl out there de wereld aan het vergaan is. In Efter dacht ze de gevolgen van een medicijn tegen verliefdheid consequent door.
Bervoets is een antropologisch schrijfster; ze excelleert in observaties van menselijk gedrag, verbindt daaraan theorieën, en is uitermate creatief in het bedenken van wetmatigheden. En dat dan dus in romanvorm. Een beetje gevaarlijk, dit type romans, omdat de ideeën, en de plot, nogal wat aandacht vragen. Als het op literatuur aankomt is het zaak de wereld als vanzelfsprekend aan te dienen, en vooral niet uit te leggen. In haar wonderschone debuut, Lieve Céline, ontsloot Bervoets ook een onbekend universum, namelijk dat van een naar liefde, aandacht en roem hunkerend meisje, maar omdat ze dat deels in briefvorm deed bleef het raadsel van het menselijk bestaan intact en kwam het meisje heel nabij. Ook in Alles wat er was vond ze de perfecte vorm om een duidelijk gegeven op een bepaalde manier incoherent te vertellen, hetgeen de geloofwaardigheid, en ook de boeiendheid, alleen maar vergrootte. Voor Efter gold wat nog in sterkere mate voor Ivanov geldt: het zijn traditionele vertellingen rondom een grotesk gegeven. En dan gaat Bervoets het een en ander opbreken.

In Ivanov is Felix van der Elsken aan het woord. We maken kennis met hem als hij net een nieuwe liefde heeft, Jonas, aan wie hij – zoals verse geliefden dat doen – zijn geschiedenis openbaart. Vanaf de eerste bladzijde is duidelijk dat ene Helena uit New York een geheimzinnige rol in zijn leven speelde, en dat hij iets moeilijks heeft met apen. Als aan het eind van het korte eerste deel het bericht van Helena’s overlijden op de deurmat ligt, net als Felix aan Jonas wil opbiechten dat hij al een tijdje onder een andere naam verhalen schrijft, is dat het startsein voor een duik in het verleden.
Het leeuwendeel van Ivanov is de recapitulatie van de periode, midden jaren negentig, als Felix in New York journalistiek en social and cultural analysis studeert. Een journalistieke opdracht brengt hem in contact met de virologe Helena Frank, die denkt de oorsprong van het hiv-virus op het spoor te zijn, en daarmee ook de aidsepidemie die op dat moment gaande is te kunnen indammen. Felix raakt van haar, en haar assistente Lois, in de ban, en wordt steeds meer betrokken bij schimmige transacties en inseminaties van sperma, al dan niet van menselijke oorsprong.
Als ik helder probeer te krijgen wat mijn probleem is met deze roman (het journalistieke proza, de saaiheid van veel random informatie, de uitleggerige monologen, de doorzichtige cliffhangers, de looiige constructie van de raamvertelling, de onnodige cursieve historische passages over de echte Ivanov, het tamelijk flat blijvende hoofdpersonage) voel ik me een potvis die aangespoeld is in de verkeerde baai. Had ik het andere werk van Bervoets niet gekend, en vond ik dat niet ronduit goed, dan had ik Ivanov waarschijnlijk niet snel opgepakt. Wat ik bewonder aan deze schrijfster is haar grote greep, haar lef om een buitenissig verhaal te vertellen, haar productiviteit, haar inventiviteit, en haar vermogen om werelden te ontsluiten die tot nog toe taboe waren voor de literatuur. Ik vind haar een van de beste Jonge Schrijvers – om die zo langzamerhand door mij gehate term maar weer eens te gebruiken – omdat zij oprecht vernieuwend is in haar thematiek en bronnen. Als geen ander weet ze low tot high te verheffen, en breekt ze overtuigend de muur af tussen populaire en literaire cultuur.
Ivanov is echter een mispeer, een niet heel erg spannend academisch avonturenboek, waarin Bervoets’ talent om onwelkome waarheden over de menselijke natuur te vervlechten in een meeslepend verhaal ondergesneeuwd raakt door een gezocht en in mijn ogen niet heel interessant gegeven. Jammer, maar geen ramp, ze is een jonge schrijver immers, die deze verdwaalde potvis op de laatste pagina’s nog even haar hielen laat zien in een onverwacht parelend slotakkoord over de essentie van liefde en de lege handen waarmee je kunt eindigen.
Beeld: Hanna Bervoets weet low tot high te verheffen (Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier)