Dat op het Binnenhof schouders worden opgehaald over de waarschuwende woorden van de Raad van State over de rechtsstaat en de democratie is tekenend voor precies dat waar de Raad voor waarschuwt: dat het recht, de manier waarop het landsbestuur is geordend en de daarbij horende instituties meer en meer als hinderlijke belemmeringen worden gezien. ‘Het is dan verleidelijk om ze te negeren, te ridiculiseren of als verouderd weg te zetten, met een beroep op een mandaat van de kiezers, een parlementaire meerderheid of een acute noodzaak’, aldus de Raad van State, zelf een van die instituties.

En kijk eens hoe voorspellend dat was. Want hoe reageerde Thierry Baudet, sinds kort fractievoorzitter van zijn partij Forum voor Democratie? Hij vindt dat de vice-voorzitter van de Raad, Piet Hein Donner, met zijn standpunten en waarschuwingen de meningen van anderen ‘criminaliseert’. In zijn reactie op het jongste jaarverslag van de Raad heeft Baudet het over ‘het wandelende partijkartel’. Daartoe behoort in zijn ogen dus ook de Raad van State, en vast en zeker vice-voorzitter Donner, immers oud-minister voor het cda, een partij die in de ogen van Baudet samen met vvd en pvda dat wandelende partijkartel vormt. Maar wie criminaliseert hier nu eigenlijk wie?

In het jongste jaarverslag voorspelt de Raad aardschokken die alles zullen aantasten wat na de oorlog is opgebouwd. Niet alleen onze welvaart zal erdoor worden geraakt, maar ook de democratische rechtsstaat zelf. De Raad ziet drie breuklijnen waarlangs die democratische rechtsstaat kan gaan beven en schokken, breuklijnen die het gevolg zijn van drie actuele vraagstukken. Blijven de landen van de Europese Unie samenwerken of trekken ze zich terug achter de eigen grenzen? Blijft de democratie het recht en de rechtsstaat in acht nemen of wordt het recht, zoals in Turkije en Polen, terzijde geschoven? Blijft Nederland een vertegenwoordigende democratie of wordt het een volksdemocratie?

Donner en Baudet beschuldigen elkaar ervan te opereren vanuit eigenbelang. Donner wil in de ogen van Baudet de volksdemocratie, het referendum, buiten de deur houden, omdat dit de macht van de politieke partijen aantast. Baudet insinueert dat Donner dit doet vanuit het eigenbelang van zijn cda en de andere twee volkspartijen die al decennialang in wisselende samenstelling regeringsmacht hebben.

Onder het vice-voorzitterschap van Donner schrijft de Raad van State juist dat het winnen van verkiezingen meer en meer, en niet alleen in Nederland, wordt gezien als legitimatie om het recht als hinderlijk terzijde te schuiven en het deelbelang van de eigen achterban boven het algemeen belang te laten gaan. De staat en de overheid worden volgens de Raad meer en meer gezien als leverancier van diensten en producten, en worden vervolgens – geheel bij dit beeld passend – afgerekend op de resultaten. Verkiezingen zijn dan de markt waarop die diensten en producten worden aangeprezen.

Wordt het recht, zoals in Turkije en Polen, terzijde geschoven?

De volksdemocratie, met het referendum als middel om de wil van het volk te weten te komen en vervolgens op te leggen, is in de ogen van de Raad van State een voorbeeld van dat gericht zijn op het eigenbelang. Volksdemocratie is in haar ogen maar beperkt verenigbaar met het algemeen belang dat de gekozen Kamerleden geacht worden voor ogen te houden en met hun taak maatschappelijke verschillen te overbruggen.

De waarschuwing van de Raad van State roept bij mij het beeld op van het Nederlandse democratische stelsel als een huis. Het referendum is dan een verbouwing die geen rekening houdt met de oorspronkelijke bouw en stabiliteit van het huis. Kritiek op deze vergelijking zou kunnen luiden dat ook een huis af en toe aan een verbouwing toe is. Dat huis is ook in de loop van de tijd regelmatig opgeknapt en verbouwd. De Raad vreest echter dat het referendum het gehele huis aan het wankelen brengt.

Met deze waarschuwing richt ze zich niet alleen op Baudet, maar op alle partijen die vergeten dat orde, stabiliteit en zekerheid geen gegeven zijn, maar altijd weer aandacht, inspanning en onderhoud vergen. Net doen alsof de problemen van nu, zoals de internationale afhankelijkheid als het om veiligheid gaat, de verwevenheid van markten, de migratiestromen, het veranderende werk en de werkomstandigheden, eenvoudig zijn op te lossen door naar de volkswil te luisteren, is eigenlijk volksverlakkerij, maar dat is mijn vertaling van de chiquere woorden van de Raad. Dé volkswil bestaat niet. Daar waarschuwt de Raad voor. Dat is niet uit eigenbelang, maar vanuit het algemeen belang.

Met zijn opmerking dat Donner en de Raad van State andersdenkenden criminaliseren, kan Baudet zo aansluiten bij pvv-leider Geert Wilders. Die viel andere instituties, zoals het parlement en de rechtbank, eerder al aan door ze als nep te betitelen. Daarmee blokkeren deze politici elke inhoudelijke discussie. Discussie die dringend noodzakelijk is.

Want wat signaleert de Raad van State? Dat de grootste schokgolven van het afgelopen jaar het gevolg waren van democratische processen, zoals de Brexit en de verkiezing van Donald Trump tot president van de Verenigde Staten. Volgens de Raad zijn het allemaal uitingen van onvrede met de bestaande politieke en institutionele ordening, en de internationale samenwerking. Het huis van de democratie is dus aan onderhoud toe, zegt ook de Raad daarmee. Dat zij dan per ommegaande op de man gespeelde kritiek krijgt, toont aan hoe diep de rot zit. Een breuklijn die tot aardschokken kan leiden.