NEW YORK Het gaat goed met de oorlog. Misschien verloopt het niet allemaal zo vlot als de gelovigen van de Shock and Awe-kerk hadden gehoopt, maar toch ook weer veel beter dan tegenstanders en critici hadden voorspeld. Zo gaat het nu eenmaal in iedere oorlog: als de definitieve zege een feit is, hebben de winnaars zich hun onaantastbaar gelijk verworven. Op basis daarvan handelen ze verder. De verliezers betalen de prijs. Ze moeten zich uit de ruïnes en hun vernedering weer tot zelfrespect omhoog werken. De veteranen en de nabestaanden hebben hun eigen herinneringen.
Van de televisie staat me een beeld in het geheugen gegrift. Aan de explosies en uitgebrande voertuigen raak je gewend, opstijgende vliegtuigen kan ik niet meer zien, een enkel verkoold lichaam hoort erbij. Maar soms is er een cameraman aan het werk als er een dorp wordt gezuiverd. Twee soldaten staan met het automatische wapen in de aanslag, terwijl de derde de deur opentrapt. Deze keer kwam er een man van een jaar of 35 naar buiten, gekleed in een lange witte jurk. Hij wordt gevolgd door drie jongetjes, ik schat tussen de vier en de acht. Vader heeft de handen omhoog, de kleine kereltjes ook. Ja, zult u zeggen, wat had je dan gewild! Dat de bevrijders met speelgoed klaarstonden? Van achter iedere deur kan een zelfmoordterrorist je aanvliegen!
Natuurlijk. Als ik daar soldaat was, zou ik ook de deur opentrappen. En misschien hebben die kinderen daarna wel kauwgum gekregen, voor de schrik. Er gebeuren wel ergere dingen. La guerre comme à la guerre! U hebt gelijk. Ook aan een vierjarige met zijn handen omhoog moeten we wennen. Ook als hij dat nooit zal vergeten, al wordt hij honderd.
Op het ogenblik dat ik dit schrijf, is de oorlog negentien dagen aan de gang. Vorige week hebben we een periode van twijfel beleefd, vandaag staan de troepen van de «willing» in de buitenwijken van Bagdad. Misschien hebben ze volgende week de stad veroverd, misschien valt het tegen. Intussen zijn de eerste raketten met gifgas ontdekt. Zouden de inspecteurs van Hans Blix na nog een paar maanden zoeken daar niet in zijn geslaagd? Die vraag is niet meer aan de orde omdat er nu geen antwoord meer op kan worden gegeven.
De vraag op zichzelf begint al gevaarlijk te worden. Voor je het weet ben je een «peacenik». Alleen het antwoord telt, en dat hebben we door de oorlog gekregen. Derhalve is de oorlog gerechtvaardigd, en wie nog pruttelt over inspecties, de ongeveer honderd doden aan onze kant en de vierduizend of vijfduizend dode Irakezen, heeft zijn tijd niet begrepen. Om Max Weber nog eens te citeren, uit zijn Politik als Beruf: praten over het verleden is voor rechters, historici en oude dames, de toekomst is aan de politici en de soldaten, in deze volgorde.
De toekomst bestaat, grofweg, uit vier compartimenten. De wederopbouw van Irak. De toekomst van de regio. De afrekening met de «unwilling» zoals Tony Blair zei: «a reckoning». En een inventarisatie van de gevolgen: onmiddellijk voor het Israëlisch-Palestijns conflict, dus in de Arabische wereld, en verderop, in het «oude Europa». Al die compartimenten zijn met elkaar verbonden. Aan de overwinnaars de verantwoordelijkheid om daar een overtuigende organisatie in aan te brengen en opnieuw het initiatief te nemen.
Onder de tegenstanders van de oorlog waren er die de daarmee gepaard gaande verdere ontwrichting van het toch al roestige westelijke bondgenootschap en de verdere ondermijning van een nog veel wrakkigere wereldorde wilden vermijden. Ze twijfelden op goede gronden aan het vermogen en de bereidheid van Washington om een mondiale consensus te bewerkstelligen, die de grondslag zou moeten vormen voor de wederopbouw. En niet alleen van een land dat na een kwart eeuw wanbeheer en drie oorlogen grondig is verwoest, maar per slot van rekening van de hele «internationale gemeenschap» (voorzover die heeft bestaan). Of kon Washington een «internationale gemeenschap» die niet nauwkeurig naar zijn pijpen danste, gestolen worden?
De coalitie heeft binnenkort Saddam verwijderd. Daarna zal de coalitie ook bepalen wat er in Irak gebeurt. En in de rest van de regio. Want Irak is niet meer dan het begin. De laatste weken komen er steeds meer geruchten dat hierna Iran op het programma staat. De geschiedenis herhaalt zich: twijfel, kritiek, ongeloof. Daartegenover staat dat het precedent van de preventieve aanval is gegeven, dat de strijdkrachten van Iran evenmin veel soeps zijn en dat de «internationale gemeenschap» nog veel meer kan sputteren.
Verplaatsen we ons in de neoconservatieve logica, dan komen we tot de conclusie dat er op het ogenblik meer argumenten voor dan tegen de aanval op Iran zijn. Het belangrijkste is misschien dat de complete strijdmacht van de coalitie nu toch in de buurt is. Repatriëring van dat gigantische militaire apparaat is, opnieuw volgens deze logica, kostbaar tijdverlies en verspilling van energie, met het risico dat de publieke opinie de volgende keer niet zo vlug voor een oorlog te porren zal zijn. Terwijl nu dat is misschien het belangrijkste in de geestdrift van de aanstaande overwinning, de bereidheid nog groot genoeg is.
Hoewel de oorlog tegen Saddam nog niet is afgelopen, groeit het verlangen om af te rekenen met de «unwilling» van het «oude Europa», het eerst met Chirac en Schröder. Uit The Weekly Standard, huisorgaan van de neoconservatieven, uitgegeven door Rupert Murdoch en «de invloedrijkste publicatie in Washington» genoemd, stijgt bloeddorst op. Kofi Annan wil dat de VN een belangrijke rol krijgen in de wederopbouw van Irak. De Fransen, Duitsers en Russen willen hun zegje doen. Nadat het vuile werk door de coalitie is opgeknapt, soldaten er met hun leven voor hebben betaald? Geen sprake van, zegt Washington. En ik denk dat het er ook niet in wil bij dat deel van het Amerikaanse publiek dat nu al niet met Lufthansa wil reizen en geen Franse kaas wil eten.
Stellen we ons een nabije toekomst voor waarin, na de afrekening, de «unwilling» een grotere afkeer hebben van het Amerika van deze president dan nu al het geval is. Stellen we ons verder voor dat hierna Iran wordt aangepakt. Ik voorspel niet dat het gebeurt, maar het is een aannemelijk scenario. Wat doet Europa dan? Een «coalition of the unwilling» stichten? Met welk programma? Wat denkt minister Jaap de Hoop Scheffer ervan?
Het kan geen kwaad om ons wat beter voor te bereiden.