De inwoners van Boskoop mochten via een referendum meepraten over de nieuwe naam van hun gemeente na de fusie met twee andere Zuid-Hollandse gemeenten, Alphen aan den Rijn en Rijnwoude. Maar na de uitslag van het referendum besloot de gemeenteraad van de grootste van de drie gemeenten, Alphen aan den Rijn, dat ze toch de eigen naam wilde behouden. Zo gaat de nieuwe fusiegemeente na 1 januari dan ook heten. Dat is nu eenmaal landelijk de afspraak.

Snapt u dan dat de opkomst bij de verkiezingen in die gemeente vorige week woensdag laag was? Welk vertrouwen zouden inwoners nog in politici hebben als ze zo worden genegeerd, voor de gek gehouden en belazerd? Of denkt u: ach, het is maar een naam?

vvd-coryfee Frits Bolkestein heeft in de jaren negentig ooit gezegd dat een lage opkomst de tevredenheid van de kiezer reflecteert en geen reden is tot zorg. Dat was toen al niet geloofwaardig, maar tegenwoordig helemaal niet meer. De stelling van Bolkestein impliceert immers dat het omgekeerde, ontevredenheid, tot een hoge opkomst leidt. Ook dat is ongeloofwaardig. De wachtrijen voor de stembusjes zouden dan lang zijn geweest vorige week woensdag. Onvrede kan blijkbaar leiden tot onverschilligheid en wegblijven uit het stemhokje.

En waarschijnlijk ook tot een stem op lokale partijen. Die deden het goed bij de herindelingsverkiezingen. Al schrijf ik dat over de samenhang tussen onvrede en de populariteit van lokale partijen met enige aarzeling. Die aarzeling komt onder meer voort uit het volgende. Deze redenering leidt makkelijk tot het gelijktrekken van lokale partijen met de pvv van Geert Wilders, een partij die ook veel ontevreden kiezers trekt. En de associatie van bijvoorbeeld de partij Gemeentebelangen uit Heerenveen met een Wilders die niet schuwt om na de aanstaande Europese verkiezingen met het antisemitische Franse Front National van Marine Le Pen samen te gaan werken, doet waarschijnlijk veel onrecht aan de politici van Gemeentebelangen.

Behalve dat een stem op een lokale partij of op de pvv mogelijk voortkomt uit protest tegen de landelijke partijen is er nog een verband dat zich opdringt tussen lokale partijen en de partij van Wilders. Beide willen aandacht voor het eigene, voor dat wat dichtbij is, gekend is en gehoord wil worden. Maar ook dat is een belediging aan het adres van waarschijnlijk menige lokale partij, omdat Wilders’ afkeer van Europa bedacht is om zieltjes te winnen en die vergelijking dus de bedoelingen van alle lokale politici bezoedelt.

Dat Wilders na zijn strijd tegen de islam nu kiest voor de strijd tegen de Europese Unie en voor de terugkeer naar de natiestaat en het eigene bewijst dat hij opnieuw goed aanvoelt wat er speelt in de samenleving, waarbij het jammer is dat het woordje ‘goed’ een positieve connotatie heeft. Maar het mag niet zo zijn dat omdat Wilders ervan wil profiteren er door andere politieke partijen niet naar de negatieve stemming in de samenleving over de EU wordt geluisterd.

Niet omdat de andere politieke partijen anders bij de komende Europese verkiezingen worden afgestraft, zoals de Franse oud-diplomaat François Heinsbourg afgelopen zaterdag in een interview in NRC Handelsblad voorspelde. Dan zou het slechts uit eigenbelang zijn. Het moet zijn omdat die politieke partijen daadwerkelijk inzien én invoelen dat ze de terechte zorgen van veel mensen over de euro, de crisis, de werkloosheid en de onzekerheid die dat alles teweegbrengt serieus moeten nemen.

Het interview met Heinsbourg viel direct op door de kop erboven: ‘Laten we in een rustig herfstweekeinde de euro afschaffen’. Het zal door Wilders met een grote grijns zijn gelezen. Hij pleit al veel langer voor terugkeer naar de gulden. Maar ook hier geldt: de abjecte wijze waarop Wilders opereert, mag niet betekenen dat niet naar de al veel langer – ook door anderen – aangevoerde redenen van Heinsbourg wordt geluisterd. Die redenen komen er heel kort op neer dat een munt zonder staat niet werkt. Daar was bij de invoering van de euro voor gewaarschuwd en het blijkt bewaarheid geworden, met veel gewone burgers – met name in de zuidelijke eurolanden – als slachtoffer.

Zal het tot die snelle afschaffing komen? Als de euro de kanker is die – zoals Heinsbourg de vergelijking maakte – het hele Europese project aantast, dan is een snelle operatie vereist om nog meer uitzaaiingen te voorkomen. Juist zij die Europa een warm hart toedragen, zouden daaraan moeten denken. De chaos die er ondanks de stille voorbereidingen in de eurolanden op zal volgen, zal echter wel slecht uitkomen, zo vlak voor Sinterklaas en Kerst als winkeliers hopen op een goede omzet. Het gezond zaken kunnen doen op korte termijn zal wel vóór een gezonde Europese Unie gaan.

Daaruit spreekt argwaan van mijn kant. Dat klopt. Ook het coulante commentaar van EU-commissaris Olli Rehn op de ingediende nationale begrotingen van de eurolanden voor 2014 kon ik vorige week niet meer zonder argwaan bekijken. Maanden geleden was mij op het Binnenhof al voorspeld dat Rehn niet streng zou zijn. Met de EU-verkiezingen op komst mocht de kiezer niet met nieuwe strenge begrotingsaanwijzingen tegen de EU in het harnas worden gejaagd. Met een andere kijk op wat goed is voor Europa en haar burgers heeft dat dan niks te maken.

Dit is geen pleidooi tegen Europa. Wel een pleidooi voor moed. Politici, toon die moed desnoods uit eigenbelang. Anders volgt een afstraffing.

De chaos zal wel slecht uitkomen, zo vlak voor Sinterklaas en Kerst