
Albums die plots en onaangekondigd verschijnen zijn in de popmuziek inmiddels bijna net zo gebruikelijk als albums met een lange publicitaire aanloop. Maar de timing waarmee Ryan Adams Wednesdays, zijn eerste album in bijna vier jaar uitbracht, halverwege december, als alle kerstnummers van de (muziek)bladen al lang in de winkel liggen, de muziekredacties en blogs met vakantie zijn en de jaarlijstjes gesloten, gaf de indruk van een omgekeerde dief in de nacht: alsof hij al weer verdwenen wilde zijn voor we het werk ontdekten.
Vier jaar geen album is voor Adams, de Herman Brusselmans van de popmuziek, een eeuwigheid. In die vier jaar gebeurde veel, om het maar eens voorzichtig uit te drukken. Adams verloor zijn broer, leed meer en meer onder de ziekte van Ménière, waardoor hij het publiek bij zijn laatste tour al elke avond smeekte niet te flitsen met hun telefoon. En vervolgens was er het grote artikel in The New York Times in februari 2019, waarin zijn ex-vrouw Mandy Moore, zangeres Phoebe Bridgers en enkele andere vrouwen Adams beschuldigden van psychologische mishandeling en seksueel grensoverschrijdend gedrag. Daar sloten zich al snel nog meer vrouwen bij aan die met Adams hadden gewerkt. Adams reageerde met serie tweets waarin hij zich excuseerde voor zijn gedrag, en tegelijk het artikel ‘upsettingly inaccurate’ noemde. Iets later kwam hij er nog wat uitgebreider terug op zijn sociale media (‘Believe Women. Believe Truth. But never give up on being part of solutions, and healing’) en daarna verdween Adams grotendeels uit het openbare leven. Hij cancelde zijn Britse tour, en trok zijn aangekondigde drieluik albums terug.
Wednesdays is de titel van wat het tweede album in zijn drieluik zou worden, maar Adams heeft onderling geschoven met nummers, en het openingsnummer ‘I’m Sorry And I Love You’ was voor een ander album bedoeld. De zelfbewuste Adams moet hebben nagedacht over de formulering van zijn terugkeer. Voor Adams geldt al zijn hele oeuvre: zelfkritiek is pijnlijk puntig en grenst aan zelfhaat, maar ook vaak aan zelfmedelijden.
In ‘Poison & Pain’ is zijn zelfanalyse nog bondiger en grondiger: ‘My demons/ Alcohol and freedom’. Het is een prachtig nummer, zoals het grootste deel van het album uitgekleed en sober, waarmee Wednesdays ook zijn meest ingetogen album in lange tijd is. In het ontroerend directe ‘When You Cross Over’ zingt Adams over het afscheid van zijn broer, in een korte schets van feiten en hoop. Later, in ‘Mamma’, gezongen met zijn falsetstem, komt hij terug op het verlies van zijn broer, maar dan in een reeks pijnlijke vragen aan zijn moeder: ‘Mamma, how was he supposed to survive?’ In de fraaie gospelachtige afsluiter van het album verzucht Adams dat hij in zijn dromen de tijd vaak terugdraait. En ook die verzuchting heeft inmiddels nog meer lading gekregen.
Ryan Adams, Wednesdays