
Als de ‘magie van cinema’ bestaat, dan zien we die in een scène op een dakterras in Havana in Hubert Saupers documentaire over Cuba, Epicentro. Twee meisjes van een jaar of tien, twaalf zijn aan het spelen met de telefoon van de maker, die tevens de camera bedient. Wat hébben ze een lol; ze ontdekken de slow- en fastmotionknop in de app, en zonder dat ze het echt door hebben, maken ze een filmpje. De een draait, de ander speelt. Voor de camera doet het meisje een gek dansje. En als een geest verschijnt in beeld de oude komiek Charlie Chaplin, zwart-wit gesuperponeerd over dat van de spelende meisjes.
De originele betekenis van het woord cinematografie, zegt de verteller Sauper in de film, komt uit het oud-Grieks: een samenvoeging van ‘schrijven’ en ‘bewegen’. Dit blijkt prachtig in Epicentro. Sauper volgt inwoners van Havana zoals de meisjes, maar ook andere kinderen, een prostituee, een sigaar rokende man, een tango-danseres. Nooit is er stilstand; de film barst van de energie. Aanvankelijk lijken de beelden lukraak verzameld. Maar ongemerkt schept de camerabeweging betekenis en samenhang. Sauper, de Oostenrijkse regisseur die eerder de controversiële documentaire Darwin’s Nightmare (2004) maakte over de vernietigende effecten van globalisering op de plaatselijke bevolking in Tanzania, ‘beschrijft’ mensen door bewegende beelden te maken.
Vanzelfsprekend komt de rol van politiek en ideologie in Cuba naar de oppervlakte. Sauper laat zien dat geschiedschrijving plaatsvindt via beelden die verleiden terwijl ze de werkelijkheid vervormen. Hij toont een verfilming, ogenschijnlijk in een filmschool voor jongeren, van het incident in 1889 waarin het Amerikaanse oorlogsschip USS Maine explodeerde, wat een katalysator werd in het Spaans-Amerikaanse conflict. Voor een publiek bestaande uit joelende kinderen projecteert hij het resultaat samen met actiebeelden van Teddy Roosevelts Rough Riders, het Eerste Vrijwilligersregiment. Spannend om te zien: oorlog, helden, schurken. Cowboys! De Rough Riders werden helden in talloze speelfilms van de zwijgende cinema. Maar, zegt Sauper, het is allemaal fake. Op een gegeven moment zegt een van de mensen in de film: Cuba kan een paradijs zijn, maar het lijkt wel een land gemaakt voor vreemdelingen. Sauper: de camera staat symbool voor de Amerikaanse kolonisatie.
Voortdurend creëert de regisseur tegenstellingen: Amerika is de onderdrukker, maar brengt ook de films van Charlie Chaplin. Scènes waarin de meisjes in contact komen met Oona Castilla Chaplin, kleindochter van de komiek en zelf ook acteur, vormen een hoogtepunt. Je hebt niet door dat Oona Chaplin in beeld is, de kinderen stelen de show. Ze dansen, ze zingen, ze borrelen. Sauper laat ons delen in hun energie en verbeelding, net zoals de scène eerder op het dakterras waarin de meisjes Charlie Chaplin nadoen en een filmpje maken in de stijl van de beroemde komiek. Ironie en menselijkheid zijn de dingen die je bijblijven na het zien van Epicentro. Hoe verleidelijk Chaplin ook is – hij staat voor ‘magie’ en ‘cinema’ – hij belichaamt ook kolonisatie en culturele hegemonie. In deze dichotomie zitten de meisjes gevangen.
Idfa-favorieten van De Groene
De Groene/IDFA-dag gaat helaas vanwege de coronamaatregelen niet door. Wel heeft de redactie favoriete documentaires geselecteerd die gedurende het festival, van 18 november tot 6 december, te zien zijn. Bekijk het volledige programma van deze Groene-favorieten hier. Kaarten voor zowel het reguliere IDFA-programma als de Groene- favorieten kunnen vanaf donderdag 12 november via een MyIDFA-account besteld worden. Het is wel zaak om daar snel bij te zijn, want de online vertoningen hebben vaak een limiet van duizend kijkers.