HAVANA - Met een flauw lachje overhandigt Elizardo Sanchez me zijn visitekaartje. ‘Valt je niets op?’ vraagt hij nieuwsgierig. Achter het telefoonnummer staat tussen haakjes geschreven ‘cuando functiona’ (‘als hij het doet’). ‘Mijn telefoon is al acht maanden afgesloten. Niet omdat de lijn niet werkt, iets wat je zou verwachten in een land als Cuba, maar omdat de regering niet wil dat ik contact heb met de buitenwereld.’
Elizardo Sanchez Santa Cruz is vijftig jaar oud en een van de belangrijkste dissidenten van Cuba. Hij is leider van de ‘Comision Cubana de derechos humanos y reconciliacion nacional’, de cubaanse commissie voor mensenrechten en nationale verzoening. Vroeger gaf Sanchez les in de marxistische filosofie aan de universiteit van Havana. Maar door zijn kritische houding tegenover de politiek van de Cubaanse president Fidel Castro viel hij in ongenade en moest hij de universiteit verruilen voor de gevangenis; van de afgelopen elf jaar zat hij er acht opgesloten.
‘De afgelopen weken zijn er meer invallen in mijn huis geweest dan ooit daarvoor. Castro is bang voor een georganiseerde oppositie nu er zoveel onrust in het land is. Het wordt dissidenten zo moeilijk mogelijk gemaakt te functioneren en contact met elkaar te hebben. Om te voorkomen dat ik me kan verplaatsen hebben ze bij de laatste inval zelfs mijn schoenen meegenomen. Omdat dissidenten geen auto’s mogen bezitten, mijn fiets al eerder door de politie was meegenomen en er in Havana nauwelijks meer bussen rijden, boeken ze veel succes.’ Nieuwe schoenen kopen, zou een logische oplossing zijn, maar in Cuba ligt dat niet zo voor de hand. Voor de nationale munteenheid, de peso, is nauwelijks meer iets te koop. Alleen harde valuta hebben nog waarde, en zoals de meeste Cubanen bezit ook Elizardo geen dollars.
SANCHEZ NEEMT ME MEE naar de ruimte die ooit z'n bibliotheek was. In het plafond zit een gat waaruit elektrische bedrading steekt. Daaraan vast zit het vernielde armatuur voor een tl-buis. ‘De lamp die daar hing is door de agenten gesloopt. Ik laat het zo, zie het maar als een souvenir.’
Op El Capital van Marx, de verzamelde werken van Lenin (vijfentwintig delen) en wat andere revolutionaire literatuur na zijn de planken leeg. Bij een inval door de politie, een paar jaar geleden, werden de andere boeken voor zijn eigen ogen verbrand. ‘Door de verslechterde politieke en economische situatie groeit het respect voor de strijd van dissidenten. Vroeger werd ik altijd verlinkt door mijn buren, maar na de laatste inval zijn ze ’s avonds langs gekomen om me te troosten. Een bevriende dissident heeft zelfs zijn archief bij mensen in de buurt mogen opslaan om het uit handen van de politie te houden. Castro’s macht is aan het afbrokkelen. Mensen zijn ontevreden over de toestand in het land. Als er nu vrije verkiezingen zouden worden gehouden, wordt Castro niet herkozen, terwijl dat twee jaar geleden nog wel het geval zou zijn geweest.’
DOOR DE WOONKAMER schalt de stem van El Commandante. De president houdt een televisietoespraak, geensceneerd als een persconferentie. Sanchez, tot dan toe rustig en relativerend, wordt emotioneel als hij Castro’s gezicht op de buis ziet. ‘Deze man is persoonlijk verantwoordelijk voor alles wat me wordt aangedaan,’ zegt hij fel. ‘Hij is de oorzaak van de psychische druk waaronder mijn familie en ik leven. De martelingen in dit land zijn zeer subtiel en psychologisch. Soms word je na een gesprek met een journalist een dag onder mensonterende omstandigheden in een politiecel vastgehouden. En vorige week nog ben ik na een gesprek met een collega op straat door een groepje mannen in elkaar geslagen. Mijn vader heeft alle spanningen met een dodelijke hartaanval moeten bekopen.’
In zijn speech haalt Castro fel uit naar de Verenigde Staten. Sanchez schudt zijn hoofd. ‘Die scheldpartijen aan het adres van Clinton hebben geen enkele zin. Niemand op Cuba neemt dat meer serieus. Castro moet met vernieuwende geluiden komen wil hij zijn volk hoop geven.’
Sanchez, inmiddels weer genuanceerd, bekritiseert ook de houding van de Verenigde Staten. ‘Dat land heeft een communistentrauma waardoor Castro per definitie nooit iets goed zal doen. Dat dogmatische anti-castrisme is fundamentalistisch en orthodox, en zal op den duur leiden tot een geweldsuitbarsting op Cuba. Daar is Washington op uit. Zolang de emotie in de hersens van de beide leiders de ratio overheerst, zal de verstandhouding tussen Cuba en de Verenigde Staten nooit verbeteren.’
Aan de muur hangt een foto waarop Elizardo een onderhoud heeft met zijn amigo Felipe Gonzalez. De Spaanse president heeft al ettelijke vergeefse pogingen gedaan om zijn Cubaanse collega een andere koers te laten varen. Europa zou volgens Sanchez een belangrijke rol kunnen spelen om de vijandige sfeer te doorbreken. ‘Europa is het niet eens met de Amerikaanse politiek, maar durft geen stelling te nemen. De angst voor het uit de pas lopen met de Verenigde Staten of voor een eventuele splitsing binnen de Navo, is te groot.’
Wat zou u nu zelf aankondigen als u op de stoel van Castro zat en het volk via de tv moest toespreken?
‘Ik zou de creativiteit, die door 35 jaar revolutie is vermoord, bij het Cubaanse volk willen terugbrengen. Ik zou toestaan dat de mensen handel drijven, restaurantjes opzetten of winkeltjes openen. Daardoor leren ze verantwoordelijkheid te dragen en kunnen ze bovendien het hoofd boven water houden. Zo'n maatregel zou op dit moment hoop geven.’
Maar zou een logische eerste stap niet zijn het uitschrijven van vrije verkiezingen?
‘We zijn nog niet klaar voor een democratie. Cubanen zijn gewend aan dictators. Voor Castro was er de dictatuur van Batista. Democratisering moet, maar stap voor stap. We zitten nog in de fase van een kind dat leert lopen. En vernieuwing kan alleen worden begeleid door een sterke regering. Fidel heeft nog steeds alle touwtjes in handen. Hij is de enige die op dit moment veranderingen kan doorvoeren zonder dat het een chaos wordt.’
Wat is dan de plaats die Castro in een liberaler Cuba moet gaan innemen?
‘We zouden een voorbeeld kunnen nemen aan Chili. De voormalige dictator Pinochet heeft plaats gemaakt voor een democratisch gekozen bewind. Maar zelf is hij, met zijn benoeming tot bevelhebber van het Chileense leger, niet buitenspel gezet. Zo'n constructie zou voor Fidel ook bedacht kunnen worden.’
DE TELEVISIESPEECH is inmiddels afgelopen, maar kritische vragen van de journalisten of hoopgevende geluiden zijn uitgebleven. Triest genoeg lijkt Castro zelf niet in te zien dat vernieuwingen die er de afgelopen jaren in Cuba zijn doorgevoerd, niet voldoende zijn om de ontevredenheid bij de bevolking weg te nemen. Van de tientallen miljoenen dollars die de toeristen sinds enkele jaren meebrengen komt slechts een heel klein deel bij de bevolking terecht. Het meeste geld wordt geinvesteerd in nieuwe toeristische projecten. En ook het legaliseren van Amerikaanse dollars heeft nog weinig verbetering in de leefomstandigheden gebracht. De meeste Cubanen hebben gewoon geen dollars. Persconferenties zoals die van vanavond lijken niet in het voordeel te werken van het behoud van Castro’s machtsbasis.
Wat staat Cuba te wachten als Castro zijn macht echt verliest?
‘Als Castro wordt afgezet of komt te overlijden, ontstaat er een machtsvacuum. De kans op gewelddadigheden en opstanden neemt dan toe. Lagere baasjes zullen proberen hun macht uit te breiden. Een opvolger vinden die net zoveel macht heeft als Castro is onmogelijk. Hij is Numero Uno. In dit land bestaan geen nummers twee of drie.’
Castro kan dus beter blijven?
‘Ik leef nog bij de gratie van Castro. Hij laat me leven om niet de hele internationale gemeenschap over zich heen te krijgen. Als hij weg is ben ik overgeleverd aan de lagere echelons. Ik ben bang dat ik een van de eersten zal zijn die ze uit de weg ruimen. Dus zodra Castro niet meer aan de macht is, duik ik onder.’
‘als castro weggaat, duik ik onder’
Elizardo Sanchez is een van de meest prominente dissidenten van Cuba. Ze hebben hem inmiddels alles afgenomen, tot zijn schoenen aan toe. Toch blijft hij, ook al weet hij dat zodra Castro opstapt, het pas echt gevaarlijk voor hem wordt.
Uit: De Groene Amsterdammer van
www.groene.nl/1994/36
www.groene.nl/1994/36