DE REGERING-OBAMA, zo schreef The New Republic onlangs, stelt het zonder grootvizier of huisideoloog. Daarin heeft het Amerikaanse tijdschrift niet helemaal ongelijk. Barack Obama presenteert zich als een pragmatist die zich laat leiden door concrete problemen en niet door een grote ideologie. Toch onderschat The New Republic de invloed van één man: de jurist Cass R. Sunstein. Het was een naam die ontbrak op de spelerslijsten van Obama’s politieke team die kranten en tijdschriften publiceerden rondom zijn aantreden. En dat is vreemd, want het publieke profiel van Sunstein mag dan niet zo groot zijn als dat van bijvoorbeeld Hillary Clinton, zijn invloed op het beleid van Obama is behoorlijk.
Dat heeft alles te maken met Sunsteins nieuwe baan. Obama heeft hem benoemd tot hoofd van het Office of Information and Regulatory Affairs (OIRA). Dit instituut, onderdeel van het ambtenarenapparaat in Washington, beoordeelt alle nieuwe wetgeving op doelmatigheid en uitvoerbaarheid en adviseert de president direct bij het bedenken van nieuwe wetgeving. Het OIRA functioneert dus als een dubbel scharnierpunt in de Amerikaanse politiek: het instituut is denktank én moet nieuw beleid goedkeuren.
Dat Sunstein niet vies is van politieke macht is overigens al langer bekend. Zo was hij adviseur bij het opstellen van de grondwet van Oekraïne, Zuid-Afrika, Polen, Bosnië, Israël en China. Daarnaast is hij een extreem ijverige publieke intellectueel. De afgelopen decennia verscheen een lange lijst met artikelen en boeken van zijn hand over zeer uiteenlopende onderwerpen: pornografie, privacy, natuurrampen, burgerschap, de vleesindustrie en internet; alles wordt aan de pen van Sunstein onderworpen. Kortom, Sunstein is een intellectuele celebrity met een hang naar macht.
SUNSTEIN HEEFT een belangrijke baan, maar is – zeker in Nederland – bekender van het boek dat hij samen met de gedragseconoom Richard Thaler schreef getiteld Nudge: Improving Decisions about Health, Wealth and Happiness. In Nudge ondergraven Sunstein en Thaler ons beeld van de mens als homo economicus die rationeel kiest en louter wordt gedreven door eigenbelang. Bij alles wat we doen, zo leggen Thaler en Sunstein uit aan de hand van gedragswetenschappelijk onderzoek, worden we ongewis beïnvloed door onze omgeving en onze psyche. Daarbij hebben we een gebrek aan zelfbeheersing en lijden we aan chronische zelfoverschatting. Het gevolg is dat we allerlei keuzes maken die in de ogen van de auteurs ten koste gaan van onze eigen welvaart en gezondheid. We eten te veel, sparen te weinig, sluiten riskante leningen af en zijn te lui om ons te melden als orgaandonor. Volgens het duo moet een overheid haar voordeel doen met deze kennis. Door invloeden op het gedrag van mensen strategisch in te zetten – Sunstein en Thaler noemen dit keuzearchitectuur – kan gewenst gedrag bevorderd worden.
Een van de voorbeelden waarmee de auteurs hun idee uitleggen is een Nederlandse uitvinding: de afbeelding van een vlieg in de hangtoiletten van de mannen-wc. De mens (of in ieder geval de man) zit zo in elkaar dat hij zijn straal graag op de vlieg richt. Schonere toiletten zijn het gevolg. De vlieg is oneindig veel effectiever dan een tegeltje met een appèl om het toilet schoon te houden.
Het voorbeeld is wat flauw, maar geeft wel aan hoe Sunstein en Thaler tegen gedragsbeïnvloeding aankijken: als je weet hoe gedrag werkt, kun je mensen zachtjes in een bepaalde richting sturen (nudge betekent duwtje). Nog een voorbeeld: als mensen veel energie gebruiken, vertel je ze dat hun buren minder stoken. Het stellen van een norm beïnvloedt namelijk sterk het individuele gedrag.
In hun boek presenteren Thaler en Sunstein een paar dozijn nudges. Veel daarvan zijn weinig opzienbarend. Je hoeft geen gedragsexpert te zijn om te bedenken dat als je in de kantine het fruit voor de toetjes zet, mensen eerder ‘de gezonde keuze’ zullen maken. Andere nudges zijn subtieler. Zo denken Thaler en Sunstein mensen te kunnen laten stoppen met roken door ze een programma aan te bieden waarbij ze elke maand het bedrag dat ze aan sigaretten uitgeven op een rekening kunnen storten. Na een half jaar wordt het geld teruggestort als de persoon niet heeft gerookt. Is er toch gerookt? Dan gaat het geld naar de kankerbestrijding. Zelfbinding noemen Thaler en Sunstein het.
Zij gebruiken hun pakket aan nudges om een nieuwe politieke filosofie te lanceren: het libertair paternalisme. Het uitgangspunt van libertair paternalisme is eenvoudig: het is voor de overheid mogelijk het gedrag van haar burgers te sturen zonder overmatige inperking van individuele autonomie. Om bij de plassticker te blijven: niemand dwingt de man tot recht plassen, maar hij wordt er wel toe aangezet door het plaatsen van een sticker. Een serieuzere toepassing van keuzearchitectuur: mensen houden niet van veranderen, dus door iedereen automatisch ergens voor in te schrijven (orgaandonatie, pensioenregeling) tenzij ze bezwaar maken, krijg je veel meer mensen mee. De uitschrijfmogelijkheid moet tegemoet komen aan de wens van mensen om zelf te bepalen wat ze willen. Een truc die minister van Volksgezondheid Ab Klink in Nederland onlangs uithaalde met het Elektronisch Patiëntdossier.
Door Sunsteins benoeming tot wat Amerikanen de ‘regulatory czar’ noemen komt het libertair paternalisme terecht in het hart van de Amerikaanse macht. De eerste gevolgen hiervan zijn al merkbaar. Obama’s plan om industrieën vervuilrechten te laten kopen en verhandelen wordt uitgebreid besproken in het boek van Thaler en Sunstein.
NU ZIJN IDEEËN worden omarmd door een van de machtigste mensen ter wereld wordt de vraag interessant wie Sunstein eigenlijk is en wat zijn verdere ideeën zijn. De eerste vraag is niet eenvoudig te beantwoorden, want Sunstein is niet bijster open over zijn privé-leven. Bovendien mijdt hij sinds zijn aanstelling alle publiciteit. Bij zijn laatste stuk in The New York Review of Books stond expliciet vermeld dat het geschreven was vóór zijn benoeming door Obama.
Toch valt er uit zijn vele interviews, publicaties en de roddeljournalistiek een beeld te destilleren van Sunstein als een veelzijdige en productieve intellectueel die de fine fleur van wetenschap en politiek tot zijn sociale kring kan rekenen. Om hem te benaderen hoefde Obama alleen maar in zijn blackberry te kijken: de twee waren jarenlang directe collega’s bij de Universiteit van Chicago.
Wat losse feiten over Cass Sunstein. Hij is geboren in 1954, heeft een joodse achtergrond, ging naar school in Concord, Massachusetts, eet vegetarisch, protesteerde tegen het afzetten van Bill Clinton na de Lewinsky-affaire en speelt graag squash.
Op het oog is hij een wat sloom type. Grote bril, kalend en drager van nietszeggende pakken; bijna een karikatuur van een professor. Ook de carrière van Sunstein lijkt in eerste instantie weinig avontuurlijk. Kort na Magna Cum Laude te zijn afgestudeerd kreeg hij een aanstelling aan de Law School van de Universiteit van Chicago. Hij verbleef daar vervolgens 27 jaar, alvorens aan te monsteren bij Obama. Zijn meest ingrijpende carrièresprongen waren uitstapjes als gastprofessor naar zijn oude universiteit, Harvard. In die 27 jaar ontwikkelde hij zich tot een zeer vooraanstaand wetenschapper: Sunstein is een van de meest geciteerde juristen ter wereld.
BIJ NADERE INSPECTIE gaat er behoorlijk wat schuil achter de degelijkheid die Sunstein uitstraalt. Zijn liefdesleven, bijvoorbeeld, is erg interessant. Hij trouwde jong met zijn college sweetheart Lisa Ruddick, thans professor Engelse literatuur in Chicago. Na het stuklopen van dit huwelijk begon Sunstein een relatie met Martha Nussbaum, ook al verbonden aan de Universiteit van Chicago. In oktober 2007 vertelde Nussbaum nog aan The Guardian dat ze haar beste kus ooit van Sunstein had gekregen, maar een paar maanden later was hun relatie beëindigd en trouwde Sunstein met mensenrechtenexpert en Pulitzer Prize-winnares Samantha Power. Voor de geïnteresseerden: hun trouwauto was een champagnekleurige Lexus en Power droeg op hun bruiloft in Cork, Ierland, een crèmekleurige bruidsjurk.
Net als Sunstein was Power actief betrokken bij de Obama-campagne én werd ze daarvoor beloond: ze zit nu in de Nationale Veiligheidsraad. Daarmee bekleedt het koppel twee cruciale politieke posities: Power gaat over het antwoord van Amerika op de dreiging van wereldwijd terrorisme en Sunstein overziet de algehele koers van het presidentiële beleid. Pillow talk van twee geliefden en de politieke koers van een supermacht komen zo op een interessante manier met elkaar in verband.
Sunsteins partners zijn vrouwen van groot intellectueel statuur die aldus een belangrijke invloed hebben op Amerika’s nieuwe beleidstsaar. Zo schreven Nussbaum en Sunstein samen het boek Animal Rights: Current Controversies and New Directions waarin ze bepleiten dieren een rechtspositie te geven met mensen als hun juridisch vertegenwoordiger. Het is dus niet ondenkbaar dat met Sunstein aan het roer van het Office of Information and Regulatory Affairs nieuwe wetten ook zullen worden getoetst op de gevolgen voor dierenwelzijn. Deze mogelijkheid leidt in ieder geval al tot onvrede bij de vele jagers in de Verenigde Staten. Op diverse internetfora spuien zij hun ongenoegen over het feit dat een ‘dierenrechtenactivist’ zoveel politieke macht is gegund.
De groep van critici beperkt zich niet tot jachtliefhebbers. Libertariërs hekelen Sunsteins libertair paternalisme als een cosmetische truc om overheidsbetutteling te legitimeren. Een ander verwijt dat Sunstein wordt nagedragen is dat hij een baantjesjager is. Zo zou hij zijn aanstelling bij het OIRA gebruiken om terecht te komen op een plek die macht en publiek aanzien combineert: een aanstelling als rechter bij het Supreme Court. Dit zou, vanuit Obama gedacht, niet onverstandig zijn. Als hij werkelijk duurzame veranderingen wil bewerkstelligen is een buitenpost bij het hoogste Amerikaanse rechtscollege onontbeerlijk. Een les die Bush maar al te goed begreep: gedurende zijn ambtsperiode benoemde hij twee conservatieve rechters bij het Supreme Court.
DAT SUNSTEIN op die baan aast zou niet vreemd zijn. Het functioneren van dit rechtscollege is een van zijn favoriete onderwerpen. Neem bijvoorbeeld zijn laatste boek, A Constitution of Many Minds, waarin hij, vlak voordat hij bij het OIRA begon, zijn visie op de Amerikaanse grondwet nog eens snel uiteenzet. In dit boek laat hij zien dat hij een filosofie heeft naast het libertair paternalisme: het juridisch minimalisme.
Een belangrijk kenmerk van juridisch minimalisme is afkerigheid van allesomvattende en ingrijpende wijzigingen in de wetgeving. Hoge rechters moeten vanuit de bestaande wetgeving redeneren en die niet te veel oprekken in specifieke zaken. Deze denkwijze is terug te zien in Obama’s omgang met een van de grootste controverses in de Amerikaanse politiek: het abortusdebat. Hij kiest niet voor een totale liberalisering, maar ook niet voor een categorisch verbod. Je zou kunnen zeggen dat hij weigert stelling te nemen, maar aannemelijker is dat hij handelt in de geest van Sunsteins minimalisme. Stapje voor stapje handelen creëert uiteindelijk meer draagvlak dan grote en abrupte verandering, lijkt het idee.
Behalve de grondwet spelen ook de gedragswetenschappen een belangrijke rol in Sunsteins werk. Zie bijvoorbeeld het opvallende boek Republic 2.0 waarin hij de gevaren voor de democratie in het digitale tijdperk uiteenzet. Zijn these is: internet biedt ons een oneindige bron van informatie. De individuele controle over informatiestromen biedt de mogelijkheid meningen en feiten die ons niet aanstaan eruit te filteren. Dat leidt tot sterkere polarisatie in het politieke debat en terugtrekking in het eigen kamp.
Ook bij dit probleem kan een nudge volgens Sunstein helpen. Hij stelt voor computers uit te rusten met software die berichten met ruw en onbeleefd taalgebruik pas na 24 uur verstuurt, als de auteur hier opnieuw toestemming voor geeft. Zo kan worden voorkomen dat heethoofden in een impuls allerlei radicale meningen het net op slingeren. Het voorstel kwam hem op felle kritiek van zowel progressieven als conservatieven te staan: leiden dit soort plannen niet tot een beperking van de vrijheid van meningsuiting? De eerste petities die roepen om Sunsteins aftreden zijn inmiddels in de maak.
Sunsteins libertair paternalisme is een poging zijn interesse in gedragswetenschappen en het Amerikaanse wetstelsel met elkaar te verenigen. Hij beschouwt de grondwet als de absolute garantie voor de vrijheid van de Amerikaanse burger. Tegelijkertijd is hij ervan overtuigd dat mensen die te veel vrijheid hebben om alles zelf te beslissen keuzes maken waar niemand beter van wordt.
SUNSTEIN COMBINEERT libertarisme met paternalisme en krijgt kritiek van alle politieke gezindten. Het is daardoor moeilijk om hem te plaatsen in het traditionele spectrum van de Amerikaanse politiek. Ook zijn eerdere stellingnamen zaaien wat dat betreft verwarring. Zo vindt hij het recht op wapenbezit te billijken, en is hij zeer bezorgd over klimaatverandering. Hij vindt niet dat federale staten moeten worden gedwongen het homohuwelijk te erkennen en hij bepleit dat iedere werknemer automatisch een flinke pensioensafdracht doet. Tenzij ze bezwaar maken natuurlijk. Sunsteins politieke voorkeuren lopen kortom dwars door de scheidslijn conservatief-progressief. En juist omdat hij zo moeilijk in een politiek hokje is te plaatsen, passen hij en Obama zo goed bij elkaar. Beiden lijken wat Amerika verbindt belangrijker te vinden dan wat Amerika verdeelt. Hoe dit idee zich in wetgeving moet vertalen, kan Sunstein uitproberen aan het roer van het OIRA.
Cass Sunstein is zowel de ideoloog van Obama als executeur van diezelfde ideologie en daardoor heeft hij een sleutelrol in het kleuren van een nieuw politiek tijdperk. Het valt te verwachten dat het bewind van de nieuwe president van de Verenigde Staten uiteindelijk een duidelijk label krijgt opgeplakt. Wie terugkijkt naar de recente geschiedenis ziet dat iedere president stond voor een ideologie die niet alleen in de Verenigde Staten, maar ook in Europa de maat aangaf. Het tijdperk-Clinton was de tijd van de Derde Weg, een synthese tussen sociaal-democratie en het marktdenken. De era-Bush was er een van ongebreideld neoliberalisme. Als Sunstein zijn macht handig weet te gebruiken, kan het tijdperk-Obama de geschiedenis ingaan als de tijd van het libertair paternalisme.