Natuurlijk is het goed om je in te leven in een ander, de wereld door zijn of haar ogen te zien, vast en zeker. Het is alleen dat de inleving zo vaak afgedwongen wordt. ‘Hoe voelt dat nou?’ is de eerste vraag van bijna elk interview in krant of talkshow. Hoe voelt het om ziek te zijn, een kind te verliezen, erkenning te krijgen, onderdrukt te zijn? Zodat wij, het onwetende publiek, ons het zo goed mogelijk voor kunnen stellen. Hoe voelt het om een vrouw, lhbtqi’er of persoon van kleur te zijn? Dat lijkt sowieso het uitgangspunt van de huidige emancipatiestrijd te zijn. Deel je verhaal, laat de ander discriminatie van dichtbij beleven, als was hij of zij zelf het slachtoffer ervan. Alsof onrecht niet via het verstand te begrijpen is, maar alleen via het hart. Alsof je pas iets zou willen veranderen als je er zelf door geraakt bent.
Tot de jaren tachtig zouden ze dat heel anders hebben gedaan, zei mijn vriend. We keken First Man, een film over Neil Armstrongs reis naar de maan. We vroegen ons af waarom hoofdrolspeler Ryan Gosling toch altijd zo’n droevige man van weinig woorden speelt. Wat zou Neil Armstrong daarvan vinden, om zes jaar na zijn dood in die mal gegoten te worden, alleen omdat Ryan Gosling zich er zo in thuis voelt? Het is een vervelende film, somber en saai. Maar de minutenlange scène waarin Gosling als Armstrong dan eindelijk een voet op de maan zet is absoluut weergaloos. Gefilmd vanuit zijn perspectief voelt het alsof je zelf op dat trapje staat en langzaam, o zo langzaam, afdaalt om uiteindelijk vaste grond te vinden op volstrekt onbekend terrein. Voor de kijker is de scène bijna een fysieke ervaring.
Vroeger zouden ze de camera van Armstrong hebben weggedraaid, zei mijn vriend. Omdat er destijds nog een besef heerste dat elke ervaring subjectief is, en dus niet reproduceerbaar – alleen Armstrong weet hoe het echt voelde. De camera zou daarom gericht zijn op de achterblijvers, zijn vrouw, Houston, de mensen thuis die horen over de kleine stap en grote sprong voorwaarts. Als voorbeeld noemde hij de film Rashomon waarin een moord verbeeld wordt vanuit vier perspectieven, zonder dat ooit duidelijk wordt wat er nu precies gebeurd is. Hij noemde Butch Cassidy and the Sundance Kid: vlak voor het moment van de waarheid, de shootout, eindigt de film in een freeze frame. Als om te zeggen: vul die waarheid verder zelf maar in.
Tegenwoordig lijkt de claim echter dat ervaring wel degelijk reproduceerbaar is. Zoals Armstrong zich voelde, zo zouden we ons allemaal hebben gevoeld: zijn voet is de onze. Al eerder had ik bedacht dat hierin de toekomst van film lag. Het was nadat ik Monos had gezien, een film over kindsoldaten in de ruige natuur van Zuid-Amerika, waarin eigenlijk niets gebeurt, maar die prachtig is gefilmd. Nu alle verhalen zijn verteld en technologische hoogstandjes ook op YouTube te zien zijn, rest alleen nog de beleving. Monos bevat nauwelijks een coherent verhaal of iemand met een persoonlijkheid, maar geeft je wel het gevoel dat je erbij bent, je als kindsoldaat door de jungle waart. En dat is knap, alleen deed het me helemaal niks. Het zal wel aan mij liggen, dacht ik nog, want de film werd overal de hemel in geprezen en ik heb dit probleem wel vaker. Ik leef me niet in en heb niet het gevoel dat het mezelf overkomt en als me gevraagd wordt met welk personage uit de wereldliteratuur of -cinema ik me het meest identificeer, is mijn antwoord: met niemand.
Maar toen stuitte ik afgelopen week op de website WindowSwap. Kijk eens door het raam van iemand anders, is het simpele idee. Met een druk op de knop krijg je op je beeldscherm een nieuw uitzicht te zien, ergens ter wereld, statisch gefilmd, alsof je zelf achter dat raam hangt, starend naar dorre heuvels met cactussen, een klein stukje blauw tussen flatgebouwen, een was in een achtertuin of de ijzeren tralies van een balkon. En opeens meende ik het verschil te zien. Die opdracht om je in te leven in een ander, met hem of haar mee te voelen, het idee daarachter is dat we eigenlijk, diep vanbinnen, allemaal hetzelfde zijn. Dat we elkaar herkennen in pijn, verdriet en verwondering, en de ander dus heus wel kunnen begrijpen. Ook al is het risico op een ryan goslingetje ondertussen natuurlijk levensgroot: dat we de ander in een mal gieten die vooral onszelf goed past.
WindowSwap daarentegen heeft een bijna tegenovergesteld effect. Je leeft je in niemand in, want die ander zie je niet en je weet er ook niets van. Maar heel even krijg je wel een besef hoe anders je zélf had kunnen zijn. Als je ergens anders was geboren, in andere omstandigheden, met een ander raam op de werkelijkheid dat andere verlangens en dromen opwekt. Ik had iemand anders kunnen zijn, maar ik ben het niet. Dat is het overheersende gevoel dat WindowSwap opwekt. Dit alles, mijn leven, lichaam en omgeving, is slechts willekeur, en toch zal ik nooit weten wie ik nog meer had kunnen zijn. Ik weet alleen hoe het voelt om uit mijn eigen raam te staren. Precies zoals dat voor ieder ander geldt.