Wie vanaf de drukke Prinsengracht het huis van Mies Bouhuys (1927) binnenkomt, wordt overvallen door rust. Het is de sfeer van een gezellig bezoek aan je oma. Bouhuys is niet een «gezellige oma». Behalve een veel bekroond schrijfster van meer dan tachtig boeken is ze politiek activiste. Ze is niet fanatiek, maar ze zet zich wel al bijna dertig jaar onafgebroken in voor de mensenrechten in Argentinië.

Rondom het huwelijk van Alexander en Máxima in 2002 kwam ze vaak in de pers. Ze nam het initiatief voor het Nationaal Geschenk Argentinië: een gironummer waarop geld gestort kon worden voor steun aan slachtoffers en nabestaanden van de militaire dictatuur tussen 1976 en 1983. Het Videla-regime was niet alleen het bloedigste en meest repressieve, maar ook het meest corrupte van alle Argentijnse militaire regimes uit de vorige eeuw.

Jorge Zorreguieta heeft daarin als staatssecretaris van Landbouw een prominente politieke en ideologische rol gespeeld. Uit Nederlandse publicaties over zijn verleden komt hij naar voren als charmant, slim en sluw. Als belangenbehartiger van de grootgrondbezitters was «El Zorro» een van de mensen die aandrongen op de staatsgreep. Bij zijn ambtsaanvaarding onder Videla zwoer hij de eed op onder meer het decreet «alle noodzakelijke militaire operaties uit te voeren om de subversie in het hele land uit te roeien». Maar zijn geheugen laat hem in de steek als het gaat om het uitmoorden van die subversieven. De «koning van de suiker» geldt nog steeds als een van de machtigste en rijkste mannen van het land, dat economisch in handen is van vijftig families. De bevolking is al decennialang slachtoffer van de ene na de andere crisis.

Bouhuys haalde vorige week het nieuws omdat zij stelde dat «Anne Frank wordt misbruikt» tijdens het bezoek, deze week, van Beatrix, Alexander en Máxima aan Argentinië. De rondreizende tentoonstelling over Anne Frank wordt geopend op 29 maart, de dag dat het precies dertig jaar geleden is dat Jorge Rafael Videla werd beëdigd als president van de militaire dictatuur. De tentoonstelling, georganiseerd door de Anne Frank Stichting, was veel eerder gepland dan het staatsbezoek. Met hulp van Argentijnse mensenrechtenorganisaties heeft de expositie ook een lokale invulling gekregen doordat op panelen direct wordt gerefereerd aan de Videla-dictatuur.

Mies Bouhuys: «Het gaat mij niet om de expositie, maar om Máxima. Als zij de tentoonstelling onder grote media-aandacht bezoekt, kan zij haar rechtvaardigheidsgevoel tonen. Maar ik zeg: doe dat dan eerst maar eens voor de Dwaze Moeders in je eigen land. Voor de koningin en haar gevolg hebben we een alternatief reisgidsje gemaakt. Het is overhandigd vlak voor hun vertrek.»

Bouhuys toont het boekje Argentinië: Een beetje anders, dat dient als een gids om het land vanuit een ander perspectief te bekijken. De route leidt langs diverse historisch beladen locaties, zoals het Plaza de Mayo, waar sinds de staatsgreep moeders met een witte hoofddoek – het symbool van de luiers van hun kinderen – wekelijks demonstreren tegen de verdwijningen van familieleden. Of clandestiene detentiecentra waar zwangere vrouwen met elektrische schokken werden gefolterd, moeders voor de ogen van hun kinderen door honden werden aangerand, kinderen werden gemarteld, vakbondsleden en studenten werden vermoord. Of inta, een van de dependances van het ministerie van Landbouw, waar een aantal werknemers aan de hand van lijstjes die het ministerie opstelde zijn verdwenen. In de gids staan ook plekken die symbool zijn voor hoop en verzet in zowel de periode van de junta als nu. Op een zwart-witfoto staat een glimlachende Jorge Zorreguieta naast president Jorge Rafael Videla tijdens een militaire parade.

Mies Bouhuys: «Máxima heeft nog nooit gerept over het drama uit het verleden. Ze zou zich kunnen inzetten voor mensenrechtenorganisaties en haar contacten uit de kring van haar vader aanboren om mensen te helpen informatie over de verdwijningen te achterhalen. Inmiddels is er in Argentinië wel beweging aan het ontstaan, dankzij de huidige president Kirchner. Hij heeft de deuren opengezet om onderzoek te doen en aanklachten in te dienen. Máxima zegt daar ook nooit iets over. Maar ja, haar vader ligt nu voor het eerst zelf onder vuur. Er is een half jaar geleden een aanklacht tegen hem ingediend over de verdwijning van Marta Sierra. Zij was een jonge moeder van een drie maanden oude baby en een zoontje van drie jaar. Ze werkte op zijn kantoor bij Landbouw. In haar vrije tijd gaf ze bijlessen lezen en schrijven aan arme mensen. Zij werd op 30 maart 1976 door paramilitairen ontvoerd en er is sindsdien nooit meer iets van haar vernomen. Haar zoons Guido en Nicolas, opgevoed door hun grootmoeder, proberen nu langs juridische weg de schuldigen voor de rechter te brengen. Zorreguieta was haar rechtstreekse baas. De rechters zijn inmiddels formeel competent verklaard om de aanklacht te onderzoeken. Dat wordt interessant. Hoewel een rechtszaak jaren kan duren, mag hij officieel hangende het onderzoek het land niet verlaten.»

Bouhuys lacht wrang, want ze zegt aanwijzingen te hebben dat Zorreguieta zo’n beetje permanent in Nederland woont: «Niet alleen vanwege zijn dochter, natuurlijk. Veel medeplichtigen aan de junta die het te heet onder de voeten wordt, wijken de laatste jaren uit naar Europa. Ze wonen in Spanje, Zweden, en ook in Mexico. Het is de omgekeerde beweging van na de Tweede Wereldoorlog, toen nazi’s een veilig onderkomen vonden in Latijns-Amerika. Ik heb geen idee waar Zorreguieta precies verblijft. In Wassenaar of op een van de vele verblijven voor buitenlandse gasten van de Oranjes, zoals Drakesteijn. Het is bizar, want terwijl in Argentinië duizenden en nog eens duizenden mensen eisen dat hij in eigen land noch in het buitenland vrij mag rondlopen wordt hem in Nederland de hand boven het hoofd gehouden. Ik weet wel hoe lastig het is: de kroonprins wordt verliefd op een meisje en het blijkt echte liefde te zijn. Althans dat lijkt zo, want Máxima stapte indertijd zeer doelgericht af op haar keuze. Ik geloof niet in erfschuld, maar ze zou júist met haar achtergrond loyaal moeten zijn aan de slachtoffers.»

Voor de slachtoffers zet Mies Bouhuys zich in als voorzitster van de stichting Steun aan Argentijnse Moeders (saam). Samen met onder anderen Liesbeth den Uyl, Ria Beckers en Hedy d’Ancona Heuvel liep zij eind jaren zeventig als «dwaze moeder» met een wit hoofddoekje op de Dam in Amsterdam. Bouhuys reisde na de val van Videla vele malen naar Buenos Aires om mensenrechtencomités te ondersteunen met geld en een luisterend oor.

Mies Bouhuys: «De dictatuur deed er alles aan om de gruwelijke feiten voor de buitenwereld te verdoezelen. Ze lieten mensen verdwijnen met een raffinement dat minstens zo erg was als dat van de nazi’s. Als lijken dreigden aan te spoelen in Uruguay of Brazilië gingen ze zeekaarten bestuderen om te kijken hoe de stromingen liepen, zodat niemand op het strand geconfronteerd kon worden met half vergane lichamen. Het begon allemaal pas internationaal door te dringen tijdens het wereldkampioenschap voetballen. Er was geen buitenlandse correspondent meer, maar door de komst van buitenlandse journalisten lekte het naar buiten. Zweedse sportjournalisten werden aangeklampt om eens te gaan kijken op het Plaza de Mayo. Zo is het begonnen. Terwijl het regime probeerde het Argentinië van de stilte te creëren, werd in de schoongepoetste stad in 1978 de beerput opengetrokken. Maar het heeft nog jaren geduurd voor het regime viel, en daarna nog jaren voordat de eerste paar hoofdschuldigen gestraft werden. Videla werd in 1985 veroordeeld tot levenslang. Onder president Menem werd dat omgezet in huisarrest. Vorige week hebben tienduizend Argentijnen voor zijn huis actie gevoerd. Het komt in beweging.»

Bouhuys vindt het onbegrijpelijk dat het koninklijk staatsbezoek plaatsvindt in deze week van herdenkingen. Het betreft een bezoek dat twee keer onder meer vanwege verkiezingen in Argentinië werd uitgesteld: «We zullen maar zeggen dat het diplomatiek een beetje dom is geweest. Het moet toch wel erg wrang zijn voor Beatrix om te horen dat grootouders bezig zijn hun gestolen kleinkinderen te achterhalen. Van de naar schatting vijfhonderd baby’s en peuters die zijn afgenomen van hun vermoorde moeders en werden geadopteerd door kinderloze militaire echtparen zijn er nu vijftig op basis van dna-materiaal getraceerd. Dit trekt een zware wissel op de loyaliteit van de inmiddels volwassen kinderen. Ze zijn vaak in grote luxe opgegroeid, terwijl hun echte grootmoeders veel verwachten van het contact. Het zijn drama’s. We besteden het geld van het nationaal huwelijkscadeau onder meer aan deze groep.»

Bouhuys kreeg voor haar inzet voor de mensenrechten in 2003 de Clara Meijer-Wichmann Penning. Ze zegt dat haar achtergrond – ze komt uit een gelovig gezin – haar bewustzijn heeft gevormd over het onrecht dat in de Tweede Wereldoorlog over Nederland en de wereld kwam. Samen met haar man, de dichter en oud-gevangene van concentratiekamp Dachau, Ed. Hoornik gaf ze met boeken en lezingen aan dit engagement gestalte: «Ik herkende bij de Dwaze Moeders het trauma van de nabestaanden van de Tweede Wereldoorlog. Zwijgen helpt niet. Je moet altijd eerst de rotzooi uit het verleden opruimen en oud zeer naar boven halen voordat je een nieuwe gemeenschap kunt opbouwen.»

Bouhuys heeft nooit met Máxima gesproken, hoewel er voorafgaand aan het huwelijk door diverse mensen gelobbyd is om een ontmoeting te arrangeren: «Ik werd door Saskia Noorman-Den Uyl gesommeerd haar te ontmoeten. Maar ik zei tegen haar: ‹Wat moet ik haar vertellen over haar land wat zij niet weet›, waarop zij met trillende stem zei: ‹Dat kun je niet maken.› Wat mij enorm heeft verbaasd is hoe rondom dat huwelijk mensen gecharmeerd raakten van het koningshuis. Ook Andrée van Es liet zich paaien om Máxima te helpen inburgeren. Maar zolang Máxima geen uiting geeft over de verschrikkingen van haar land, heb ik geen behoefte met haar te praten.»

Beatrix heeft ze wel ontmoet. Tijdens een receptie van het Prins Bernhard Fonds werd ze in de kraag gegrepen door een adjudant van de koningin. Mies Bouhuys: «We hebben een onschuldig gesprek gevoerd over mijn boeken. Maar geen woord over Argentinië. Na afloop werd ik besprongen door journalisten of ik had gesproken over Zorreguieta. Ik heb altijd de indruk gehad dat Beatrix niet erg gelukkig is geweest met de keuze van haar zoon.»

Aan Beatrix schrijft ze in het gidsje Argentinië: Een beetje anders: «Nu u zo’n ongelukkig moment heeft gekozen voor een officieel bezoek aan Argentinië, zou ik u, om die verkeerd gekozen datum toch zin te geven, mee willen nemen naar het Huis van de Moeders van het Plaza de Mayo in het hart van Buenos Aires. Officiële plichtplegingen zijn niet nodig. Woorden ook niet. Stilstaan voor die ene muur is voldoende. Waar u in uw leven ook gaat, die muur overdekt met foto’s van jonge vrouwen, mannen, kinderen, baby’s zelfs zal u bijblijven zoals hij in mijn geheugen en dat van duizenden anderen gegrift staat. Ze blijven u aankijken, de verdwenenen, de dertigduizend, met geweld van huis gehaald, op weg naar werk of school van straat gegrist, gemarteld, vermoord in geheime gevangenissen of in zee gegooid vanuit militaire vliegtuigen.»