Professor Michiel Baud wijdt in zijn boek Militair geweld, burgerlijke verantwoordelijkheid, Argentijnse en Nederlandse perspectieven op het militaire bewind in Argentinië (1976-1983) een hoofdstuk aan de aandacht in Nederland voor het Argentinië van de junta. In 1978 organiseerde Argentinië twee wereldkampioenschappen waaraan Nederland prominent deelnam. Het eerste WK, dat van de hockeyers, gold als generale repetitie voor het WK van de voetballers.

De aanloop in Nederland tot dat laatste wereldkampioenschap wordt uitgebreid belicht door Baud. Ouderen herinneren zich wellicht nog de oproep tot een boycot van het wereldkampioenschap door Bram en Freek en de bal op de paal drie minuten voor tijd van Rob Rensenbrink.

Los van het voetbal toont Baud onafhankelijk wetenschappelijk aan dat Jorge Zorreguieta liegt als hij beweert dat hij pas in 1984 wist van verdwijningen. Zelfs de behoudende knvb wist het al in 1978. Ondanks de stuitende ambassadeur ter plaatse, Van den Brandeler, had de knvb besloten het banket na afloop van de finale te boycotten. Ook was er grote twijfel hoe, in geval van een titel, te handelen als juntaleider Jorge Videla de gouden medailles zou uitreiken. Zo ver kwam het niet, want Nederland werd tweede. Tot ergernis van de organisatie verdwenen het Nederlands elftal en zijn begeleiders vrij snel na de verloren finale naar hun hotel om nooit meer officieel te verschijnen. Het was een onopgemerkt gebleven vorm van protest.

Niet onopgemerkt bleef de actie van hockeyer Hans Jorritsma. Jorritsma wist voor de finale één ding zeker: hij zou hoe dan ook de medaille weigeren als die hem zou worden overhandigd door Videla. De juntaleider arriveerde tien minuten voor de finale. Jor ritsma weigerde het zilver. In zijn dagboek in Vrij Nederland schrijft hij op maandag 3 april 1978: «Syp IJdema, de hockeyverslaggever van NRC Handelsblad vraagt me: ‹Zo jongetje, vertel me eens waarom je gisteren niet in het rijtje stond?›»

Net als IJdema veroordeelde ook de knhb de actie van Jor ritsma. Baud afgelopen vrijdag aarzelend: «Ik heb getwijfeld, misschien had ik in mijn boek toch aandacht aan Hans Jorritsma moeten besteden.» En misschien ook wel aan de moeder van Máxima, mevrouw Maria del Carmen Cerruti de Zorreguieta. Van haar gaan we nog horen.