Wordt het niet de hoogste tijd voor een meldingsplicht voor bezoekers van de legendarische Bilderberg-conferenties, koningin Beatrix voorop? Die vraag dringt zich op nu de Amerikaanse diplomaat Richard Holbrooke onlangs verklaarde dat hij Beatrix tijdens de Bilderberg-conferentie in het Zwitserse Burgenstock van 8 juni 1995, een maand voor de val van Srebrenica, heeft gewaarschuwd voor de «penibele situatie» in en rond de VN-enclave. Holbrooke verklaarde op dinsdag 12 maart jl. in Nova dat hij Beatrix in Zwitserland persoonlijk heeft gewaarschuwd voor de «bijzonder gevaarlijke situatie» waarin de Nederlandse militairen van het Dutchbat-bataljon zich bevonden als bewakers van de veiligheidszone. Volgens de diplomaat zouden de Nederlanders niet in staat zijn de Bosnische moslims te verdedigen tegen de troepen van de Servische generaal Mladic.
«Beatrix reageerde zeer beleefd en een beetje verrast op mijn krachtige uitspraken», aldus Holbrooke in Nova. «Ik had haar nog nooit ontmoet. Ik zei haar dat ik wilde spreken over een zeer serieuze zaak. ‘Jullie troepen zitten in een dal, de heuvels zijn omsingeld door Serviërs; de situatie kan niet gevaarlijker zijn.'» Beatrix beloofde de waarschuwing door te geven, aldus Holbrooke. Toen hij haar een jaar later weer zag, zei Beatrix dat ze hun conversatie «haar leven lang niet zou vergeten».
Als Beatrix Holbrookes waarschuwing al aan Kok heeft doorgegeven, het Nederlandse parlement bereikte de onheilstijding in ieder geval niet. Evenmin maakte de toenmalige minister van Defensie Voorhoeve de Kamer deelachtig van de waarschuwing. Blijkbaar was het zelfs niet eens aanleiding om zich te bezinnen op de toekomst die dreigde voor Srebrenica. Een maand na de waarschuwing kwam de Servische belegering toch nog onverwacht voor de manschappen van Karremans. Heeft Beatrix de premier überhaupt wel ingelicht? Dat alles had voorkomen kunnen worden als Beatrix als staatshoofd gehouden was aan een meldingsplicht inzake de Bilderberg-conferenties. In dat geval had de premier zich als ministerieel verantwoordelijke bewindsman naar de Kamer moeten begeven om te rapporteren wat Beatrix ter ore was gekomen. Dan had het parlement zich evenals Defensie nog kunnen bezinnen op een noodmaatregel, bijvoorbeeld de evacuatie van de enclave. Dat had wellicht duizenden mensenlevens gescheeld. Het instituut Bilderberg waaraan Beatrix in het spoor van haar vader al sinds haar jonge jaren innig is verknocht had dan ook meteen zijn waarde bewezen. Juist de geheimhoudingscultus die Bilderberg sinds zijn oprichting in 1954 in de ban heeft, blijkt in het geval van Srebrenica te hebben bijgedragen aan een bloedbad.
Wie weet welke essentiële informatie er de afgelopen jaren nog meer over de Bilderberg-tafel is gegaan, zonder de daartoe geëigende staatsorganen te bereiken. Als de Kamer straks dan eindelijk kan debatteren over het langverwachte Srebrenica-rapport van het NIOD, mag de Bilderberg-connectie zeker niet ontbreken.