Over een donker bedrijventerrein in Amsterdam-Zuidoost loopt een klein spoor van in lichtjes omwikkelde bierkratjes. De kratjes wijzen de weg naar een beloofd skatepark verstopt in een kantoorgebouw. Met zwaaiende armen trekt een jonge vrouw de aandacht, dik ingepakt tegen de decemberkou. ‘Daar is de ingang, ga snel naar binnen!’ Op de kratjes is een A4'tje geplakt van een meisje dat op een skateboard zoeft, met een wereldbol in haar hand. Doorlopen naar achteren, is de instructie. Via een gang met lege kantoortjes komen bezoekers terecht in een levendige ruimte met een houten skatebaan waar skaters met grote vaart hun trucs uitvoeren. De omgebouwde zaal is vrolijk beschilderd en belicht met kerstlampjes, wat de ruimte zowaar gezellig maakt. Muren zijn fel gekleurd in paars en oranje. Wie de top van de drie meter hoge, bijna verticale ramp haalt, wordt begroet door een plantje en een regenboogvlag. Een klein detail dat je in reguliere skateparken niet zo snel tegenkomt en dat dit park net wat warmer doet ogen. De verstopte baan is het eerste officiële skatepark voor meiden, vrouwen en queer personen, gebouwd door stichting Women Skate the World (WSTW).

Steun en respect staan hier op nummer één, en skaten op twee. Bezoekers weten hoe het voelt om aan de kant geduwd te worden en zich niet welkom te voelen op reguliere skatebanen waar uitblinken en competitie het belangrijkst zijn. Hier doen zij er alles aan om die lompe cultuur te doorbreken. ‘Iedereen wordt hier toegejuicht, ongeacht de truc die je aan het leren bent’, zegt de twintigjarige Britt Bosschers. Ze kijkt toe vanaf een miniramp in de hoek van het park, een ruimte speciaal ingericht voor beginners. Bijna elk weekend is zij te vinden in het nieuwe park. ‘Op maandag doet alles pijn.’

Haar fascinatie met de sport begon drie jaar geleden tijdens de coronalockdown in Enschede. Daar, in het lokale skatepark, kreeg ze weinig ruimte en stond zij meer te wachten dan dat ze kon skateboarden. Deed ze iets goed, dan kreeg ze hooguit te horen dat ze ‘best goed’ was ‘voor een meisje’. ‘Dat is tekenend voor hoe ik en veel van mijn vrienden het skatepark hebben ervaren’, vertelt ze later. Voor haar studie kwam ze naar Amsterdam. ‘Ik dacht vroeger altijd: ik wacht wel even aan de zijkant tot jullie klaar zijn, en dan ga ik er wel even tussendoor. Het was daar meer “kijk uit” dan “wat leuk", waardoor ik ook niet beter kon worden.’

Die ‘groeiblokkade’ wil WSTW doorbreken. Via skateboarden leert de stichting haar bezoekers over zelfvertrouwen, doorzettingsvermogen en hoe zij een plek kunnen claimen in een cultuur die over het algemeen gedomineerd wordt door mannen. ‘Inclusie via exclusie’: door een boosdoener uit te sluiten creëert de stichting een safe space. Die boosdoener? Machogedrag. De reguliere skatecultuur zit er vol mee en weerhoudt veel vrouwelijke of lhbtiq+-skaters ervan om de sport op te pakken. ‘Uit noodzaak’ zijn sessies van WSTW daarom niet toegankelijk voor degenen die dit gedrag volgens de stichting vaak vertonen: stoere cisgender heteromannen.

Apart iets organiseren is niet nieuw. Feministen en lhbtiq+-activisten doen dit al jaren en benadrukken een aloude behoefte aan een veilige omgeving, weg van vooroordelen en intimidatie. Homobars zijn niet meer weg te denken uit het uitgaansleven en roze sportclubs faciliteren sinds de jaren tachtig een safe space door te sporten in een club met gelijkgestemden. Maar veel clubs hebben weinig aanwas van jonge leden, blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut. Oudere, gevestigde verenigingen houden het groeiende verlangen naar meer inclusie en diversiteit van de jonge generatie met moeite bij. Jongeren organiseren zich buiten de traditionele routes om. Vaak vinden die hun origine op sociale media, blijven de initiatieven informeel en komen zij samen in openbare ruimtes. Ze stappen af van begrenzende namen, noemen zich eerder queer en richten zich op een breder publiek dan traditionele verenigingen. De jonge generatie schroomt niet om te verkondigen dat zij in de praktijk discrimineren want de emancipatiestrijd is volgens hen nog lang niet gestreden.

Is deze manier van strijd voeren wel reëel? Wat hopen de skaters hiermee te bereiken? ‘Skateboarden is net als elke andere cultuur, dezelfde mensen worden vaak ondervertegenwoordigd en over het hoofd gezien.’ Als algemeen directeur en medeoprichter heeft Nanja van Rijsse (26) stichting WSTW in vier jaar tijd zien uitgroeien tot voorloper op het gebied van diversiteit en inclusie. Haar visie is helder: de ideale stad is te bereiken door samen te skateboarden. ‘Dat was de wereld waar ik in zat, dus wilde ik daar beginnen.’

Nanja organiseert projecten voor kinderen, waar zij met skaten en creatieve lessen werken aan hun zelfontwikkeling, soms ook in gemengde groepen. Met New Wave organiseert de stichting besloten sessies voor vrouwen en lhbtiq+’ers. Bij goed weer kan dat in openbare buitenparkjes. Skatepark NOORD stelt zijn binnenbaan het hele jaar door, elke twee weken op donderdagavond, exclusief beschikbaar voor New Wave-bezoekers. Het aantal deelnemers bij die evenementen groeit gestaag.

Op het Zeeburgereiland in Amsterdam-Oost is het grootste betonnen skatepark van Nederland geopend © Kim van Dam / HH / ANP

De stichting heeft zich ontplooid als een voorbeeld voor andere sectoren die aan meer diversiteit willen voldoen. Nanja heeft oog voor de kleine dingen die nog vaak over het hoofd worden gezien, zoals de toiletten in het grootste urban sports-park van Nederland, het Zeeburgereiland in Amsterdam-Oost. Door WSTW kwamen daar openbare toiletten nadat bleek dat daar enkel urinoirs waren geplaatst. Gemeente Amsterdam betrekt de stichting nu bij nieuw buitensportbeleid. Wethouder Sofyan Mbarki van o.a. Sport en Bewegen spreekt bewondering uit voor de successen die WSTW op eigen kracht behaald heeft. Hij noemt de stichting een belangrijke voortrekker in de toegankelijkheid van sport en een inspiratie voor andere sportaanbieders. Door financiële steun van de gemeente, een succesvolle crowdfunding en hulp van de Skateboard Federatie Nederland kon de nieuwe locatie in Zuidoost werkelijkheid worden. ‘We veranderen de scene van binnenuit en laten zien dat het werkt. Ze kunnen niet meer om ons heen’, vertelt Nanja trots.

Skateboarden is van nature een ongeorganiseerde straatsport die outsiders een uitlaatklep biedt. De sport draait om zelfexpressie, identiteitsvorming en een hechte gemeenschap. Vrijheid staat centraal bij skaten; de stad is je speelveld. Amsterdam staat bekend als een relatief tolerante en progressieve stad. Lang was Amsterdam de homohoofdstad van Europa. In 1998 was de stad zelfs gastheer van de Gay Games, een groot lhbtiq+-sportevent dat ook nu nog elke vier jaar gehouden wordt.

‘Skateboarden geeft zo'n kick. Het is echt zo leuk’

Jongeren worden enorm gefrustreerd door diverse vormen van uitsluiting, stelt Agnes Elling, onderzoeker van sociale ongelijkheid in en door de sport aan het Mulier Instituut in Utrecht. Ze ziet een overlapping met de Black Lives Matter-protesten in 2020 en de MeToo-beweging. ‘We hebben in Nederland lang gedacht dat we er al waren, want vrouwen en queer personen worden minder belemmerd. Dat is in Amsterdam relatief minder erg dan in bijvoorbeeld het oosten van het land, maar het is nog niet opgelost.‘ Elling zet zich al jaren in voor emancipatie van vrouwen, lhbtiq+’ers en andere minderheden in de sportwereld. ‘Steeds vaker vraag ik me af: is het nog steeds zo erg?’

De skaters gaan hard en hun boards maken luide, holle dreunen op de houten baan tijdens de feestelijke pre-opening in Zuidoost. Ze rollen van de quarterpipe over de bank naar de andere kant van de baan en eindigen op een steile ramp van ongeveer drie meter hoog. Sommigen bereiken de coping aan de top, anderen maken slechts een bochtje en pushen zich weer terug. Terug op de quarterpipe wachten skaters netjes op elkaar, geven elkaar de ruimte en zwepen elkaar op. Gaat een truc volgens plan, dan wordt de uitvoerder niet ontvangen met applaus maar met klappende boards op het hout.

De sport heeft een agressief, intimiderend imago, vertelt Selma Hamouda (31) op een besloten New Wave-sessie in Amsterdam-Noord. Het is een donderdagavond en het park is voor hen gereserveerd. Toen skateboarden commerciëler werd kwamen de grote namen op tv: erg mannelijke types die ‘lijpe tricks doen’. Het beeld ontstond dat skateboarden voor tough guys is, en er zijn relatief weinig bekende vrouwelijke skaters. Veel vrouwen kunnen hun weg niet vinden in deze cultuur. ‘Wij proberen die drempel te verlagen door specifieke activiteiten te organiseren met New Wave.’

New Wave is het grootste project van WSTW, dat girl & queer skate sessions organiseert. Waar WSTW zich vooral richt op lessen voor meisjes, organiseert New Wave sessies voor alle leeftijden om meiden en lhbtiq+’ers naar het park te trekken. Selma was een van de initiatiefnemers in Amsterdam en is elke twee weken gastvrouw van de besloten sessies in Noord. ‘Cisgender heteromannen mogen die dagen echt niet komen skateboarden.’

New Wave begon in Rotterdam en breidt zich steeds verder uit. ‘We zijn een aanspreekpunt geworden voor mensen die de skatewereld in hun eigen stad ook inclusiever willen maken’, vertelt Selma. Die vraag is zo groot dat New Wave nu een handleiding ontwikkelt waarmee mensen dit in hun eigen stad kunnen opzetten. Inmiddels bestaan er gelijksoortige vrouwen- en queerinitiatieven in Nijmegen, Groningen, Maastricht, Rotterdam en Eindhoven. New Wave gaat ook internationaal, want in Engeland worden zulke sessies nu opgezet door Amber Edmondson, met wie Nanja de stichting startte. ‘Die nieuwe groepen zouden we kunnen zien als concurrentie, maar eigenlijk is het alleen maar goed. We hebben een gezamenlijk doel.’

‘Sport moest van mannen een echte kerel maken. Het is uitgevonden door en voor mannen’, vertelt Elling. Homoseksualiteit was een diskwalificatie van je mannelijkheid en vrouwen werden lang uitgesloten. Zo kwamen vrouwen en homomannen vrijwel altijd op een tweede plek. Volgens de onderzoeker hebben heteromannen door deze geschiedenis een ‘natuurlijk voordeel in vrijwel alle activiteiten die wij sport noemen’. Aparte gendercategorieën boden een oplossing. Zonder zouden vrouwen nooit ‘de beste’ kunnen zijn. ‘Die ongelijkheid zit verankerd in de sport’, stelt Elling. Gek genoeg accepteren we dat niet zo snel in de rest van onze samenleving, maar wel in deze context.

Van sport wordt volgens Elling vaak te makkelijk gezegd dat die een oplossing kan bieden voor maatschappelijke problemen. ‘Je kunt sport alleen als instrument gebruiken om verandering te brengen als je ook ongelijkheden in de sport zelf aanpakt.’ Acties zoals de OneLove-campagne voor lhbtiq+-acceptatie in het voetbal zijn niet genoeg. ‘Voor echte gendergelijkheid in sport is een radicale herdefiniëring en -waardering van sportactiviteiten nodig. Daarvoor moet die persoon de strekking van het hele probleem kunnen begrijpen.’ Het is volgens de onderzoeker belangrijk om sommige groepen apart te faciliteren, zodat zij kunnen meedoen op de voorwaarden die zij zelf stellen. ‘Je moet het mogelijk maken: dat is inclusie.’

Zelf was Elling lang actief in de homosport. In 1998 was zij medeorganisator van de Gay Games en medeoprichter van de eerste, en nog steeds enige, atletiekvereniging voor homo’s en lesbiennes: Dutch Gay and Lesbian Athletics. Ook haar vereniging gaat mee met de tijd en heeft de naam veranderd naar Rainbow Athletics Amsterdam. ‘Met gelijkgestemden sporten was voor mij een luxe om te kunnen doen.’ Veiligheid staat niet bovenaan op haar lijstje met beweegredenen.

‘Het voelt soms stom, om jongens die door de regen hebben gefietst te moeten vertellen dat ze niet welkom zijn’

Veertig jaar geleden was dat wel anders. Na verschillende geweldsincidenten op Roze Zaterdag, waar lhbtiq+’ers demonstreerden voor hun eigen rechten, begonnen zij zelf terug te vechten. ‘Er is toen een clubje in Amsterdam geweest dat zei: dit kan echt niet meer zo’, vertelt Daan Bonnier, voorzitter van het huidige bestuur van vereniging Tijgertje. Met karate bood de eerste Nederlandse homosportclub zelfverdedigingscursussen en weerbaarheidstraining aan homoseksuele mannen en lesbische vrouwen. De eerste leden werden als ordeploegen ingezet om de veiligheid bij andere demonstraties te waarborgen.

Nog steeds is zelfverdediging het ‘hart van de club’. Vooral mensen die ‘buiten de norm vallen’ melden zich bij de weerbaarheidstraining. ‘Dat zijn mensen die zich toch niet altijd veilig voelen. Ook niet in Amsterdam, helaas.’ De drempel ligt hier lager. ‘Door de gezellige, warme sfeer en door de weerbaarheid die wij bieden, vinden zij gelukkig aansluiting bij ons’, vertelt Bonnier. Leden hebben veel contact met elkaar, ook buiten de trainingen om. ‘Bij ons zit er net wat meer achter. Iemand noemde Tijgertje laatst een chosen family, daar kon ik me wel in vinden.’ Ook Tijgertje noemt zich nu een lhbti+-sportclub, om meer inclusie en diversiteit uit te dragen.

Tijgertje wil af van het hokjesdenken en verwelkomt iedereen, ook hetero’s. Zolang mensen elkaar goed behandelen, ziet Bonnier geen problemen. Maar de voorzitter herkent zich in de kritiek van jongeren. ‘We bereiken nog niet iedereen. Zij moeten zich ook willen aanmelden, dus daar doen wij ons best voor. We sturen niemand weg, maar je moet het als club wel profileren naar buiten toe dat je er óók voor hen bent.‘

Nanja nam het heft in eigen handen en heeft niet geluisterd naar het advies om zich bij bestaande projecten aan te sluiten. ‘Als ik bij bestaande skateboardscholen in mijn eentje, als enige vrouw, vecht voor meer meiden die skaten, dan heb je alsnog niet die representatie waar wij voor staan en die wij voor ogen hebben.’ Stap voor stap probeerde zij gevestigde verenigingen en fondsen mee te nemen in haar visie. ‘Wat leuk, lief en schattig dat je dit wil doen’, kreeg ze als denigrerend antwoord. Helpen deden ze niet. Vaak werd ze genegeerd. Het WSTW-skatepark in Zuidoost is daarom een mijlpaal. Hier kunnen de eigen regels vanaf het begin gelden. ‘We willen het vanaf het begin goed doen.’

‘Ik ga soms best hard. Voor een beginner is het niet fijn als ik daar dan keihard langs suis.’ Britt is elke twee weken op de avonden in Noord te vinden. Daar geeft niemand haar ongevraagd advies, krijgt ze geen afkeurende blikken en heeft ze de ruimte. Tussen de skaters heerst geen competitie en er is een plekje waar beginners hun gang kunnen gaan. Goede communicatie is belangrijk. Toen Britt in Enschede skatete was die communicatie non-verbaal, of kwam die juist heel luid en op het laatste moment. Met veel kabaal kondigden mannelijke skaters aan dat Britt aan de kant zou moeten. ‘Daardoor ben ik wel een paar keer aangereden. Ik snap dat het irritant was dat ik in de weg stond, maar ze hoefden niet van alle kanten te schreeuwen.’

Bij New Wave-sessies worden de ongeschreven regels aan nieuwelingen uitgelegd: houd de lines van mensen in de gaten en rijd daar niet zomaar tussendoor, niet uitrusten op obstakels en kijk altijd om je heen. Mensen zijn nooit boos of agressief. ‘Bij ons gaat dat altijd heel schattig. Dan zeggen ze: sorry, ik wilde nét even op dit obstakel, en dan gaat die persoon meteen zonder problemen aan de kant.’

‘Hoe durven ze ons weg te sturen, ze mogen ons dankbaar zijn dat ze daar überhaupt mogen skaten.’ Reguliere bezoekers reageren niet altijd positief wanneer zij horen over een besloten vrouwen- en queeravond in hun park. Bij een aparte skateavond in Nijmegen stonden boze jongens buiten te mopperen en ook in Amsterdam gaat het niet altijd van een leien dakje. In Noord werd wel eens gereageerd met: ‘Als je ons wegstuurt, dan ben je toch ook niet inclusief?’

‘Het voelt soms stom, om jongens die door de regen hebben gefietst te moeten vertellen dat ze niet welkom zijn’, zegt Selma. Toch weet ze precies wat ze moet doen. ‘Je moet ergens de grens trekken.’ Vaak weten mensen niet dat er een New Wave-avond is. Als zij Selma vragend aankijken wanneer ze dat aankondigt, weet ze genoeg. ‘Een aantal is gefrustreerd en begrijpt het niet. Dat snap ik wel, zij willen ook gewoon skaten.’

Britt heeft advies voor skaters op gemengde banen: geef mensen de ruimte, vooral aan beginners, en blijf communiceren in het park. ‘Ongeacht je gender is het lastig als beginner, maar skaten biedt geen veilige aparte teams zoals in voetbal of hockey. We moeten daar zelf voor zorgen.’ Dat kan volgens Nanja door een rimpeleffect: wat mensen in het skatepark leren, kunnen ze ook uitdragen op andere plekken. Zo blijft de impact niet gelimiteerd tot skateparken. ‘Idealiter kan iedereen samen skateboarden, alleen zijn we daar nog niet.’ Hun ruimte willen zij ook aan anderen gaan aanbieden. ‘We willen niet apart hoeven skaten, maar juist een cultuur waar mensen samen kunnen komen’, vertelt de algemeen directeur. Wél met eigen huisregels. Houd je je daar niet aan, dan word je eruit geschopt. ‘Gelijkwaardigheid is ons doel, en skateboarden ons middel.’

Britt heeft weinig hoop dat de beweging binnenkort voet aan de grond zal krijgen in Twente. Zonde, vindt de geneeskundestudent. ‘Skateboarden geeft zo'n kick. Het is echt zo leuk. Meer mensen zouden het moeten oppakken.’ Misschien wordt die wens binnenkort wel werkelijkheid. Het skatepark in Deventer, een uurtje van Britts ouderlijk huis, heeft nu soms ook een girls night.

Voor een gemeenschap die zich verzet tegen de reguliere skatecultuur zijn welbekende skatetradities toch volop aanwezig. Alles waar je bij skateboarden aan denkt, is hier te zien: slobberige kleding van bekende streetwear-merken, veters als broekriemen en weinig bescherming. Tussen alle beanies is welgeteld één witte helm te zien. Decks met creatieve beschilderingen staan ter decoratie tegen de muren. Aan het einde van de avond loopt iemand met het board onder de arm, bezweet en met een jointje in de mondhoek naar buiten, het kantoorterrein met de lege gebouwen in Zuidoost weer op.