Het hout mist ons, alle aaibare kamers,

het bed van de vriend, kom blijf nog even

staan. Een omhelzing kun je thuisbezorgen

net als dit geluid, deze roep, dit gebed.

Kijk: de trapleuning geeft ons balletles

en de tram zingt ’s nachts een liedje

over hoe de duiven eruitzien als ze in slaap

gevallen zijn.


Dit gedicht is onderdeel van Corona in de stad, een digitale tentoonstelling van het Amsterdam Museum