Wijlen Rob van Gennep, de uitgever, heeft mij nog een keer bijna de gracht in gegooid, omdat ik op een gegeven moment tegen de vaste boekenprijs was. Dat vond hij een vorm van verraad. Een paar maanden daarvoor waren we nog naar Antwerpen afgereisd om te demonstreren tegen de FNAC die boeken onder de vaste boekenprijs verkocht. ‘t Moet ergens in de jaren tachtig zijn geweest.
Maar ik had (en heb), na gesprekken met verschillende uitgevers, een heleboel redenen om tegen die vaste boekenprijs te zijn, en ik vond dat ik dat aan Van Gennep moest melden.
Eén van Robs argumenten om voor de vaste boekenprijs te zijn, was dat je anders sympathieke kleine boekhandels om zeep hielp.
Dat begreep ik. Maar ik zat met het volgende principiële punt: ‘Als een boekhandel niet genoeg boeken verkoopt om te blijven bestaan, moet hij dan blijven bestaan omdat hij alleen maar sympathiek is?’
Er valt iets voor te zeggen. Zo’n sympathieke man of vrouw kent je smaak, hij kan je goed adviseren, hij houdt iets voor je apart. Maar ik dacht: het zou ook niet erg zijn om daarvoor te betalen.
Ik wist wel dat dit ‘rechts denken’ was, maar ik wist ook dat die zogenaamde sympathieke boekhandelaar mijn boeken nooit eens in de etalage zette. Die sympathieke boekhandelaar vond namelijk alleen boeken sympathiek die hij goed kon verkopen – en terecht. En ik, met een geschiedenis van slechte verkopen, stond wel op voorraad met één exemplaar, maar dat was het dan ook. Ik meende dat wanneer mijn boeken goedkoper waren, ik er wellicht meer van zou kunnen verkopen. Maar ja, dan maakte de sympathieke boekhandelaar te weinig winst – en kon hij failliet gaan. Dat ik dan niet van het schrijven kon leven, was voor niemand een punt. Ik heb dat altijd gek gevonden.
Toen ik ouder werd, zweeg ik over de vaste boekenprijs. Ik kreeg alleen conflicten met verschillende sympathieke boekhandels die mijn boeken niet wilden verkopen omdat 1) ik een vriend was van die vervelende Theo van Gogh, 2) ik zelf een brulaap was met een matig talent en 3) ik nooit goed verkocht. Het kon me weinig schelen, al was het voor mijn ego toch niet goed. En… ik merkte dat de vaste boekenprijs eronder ging lijden, althans: mijn opvattingen daarover. Want Connie Palmen zag ik wel goedkoper bij Albert Heijn liggen, en op internet was elke auteur, ook ik, voor een lagere prijs te bekomen. De vaste boekenprijs werd zonder dat het iemand opviel domweg genegeerd. Mooi.
Die sympathieke boekhandel is er nog steeds. Hij heeft een modern antiquariaat in zijn winkel. Hij verkoopt ‘goede’ dvd’s. Sommige verkopen ook cd’s.
In Nederland (en België) komen per jaar, zo hoorde ik vorige week, 25.000 duizend boeken uit. Als we een gemiddelde eerste druk op 2500 exemplaren schatten, dan moet de Nederlandstalige boekwinkel 62.500.000 boeken verkopen willen uitgevers er hun drukkosten alleen uit hebben. Dat gebeurt niet, dus er is een enorm overschot aan boeken. Met een vaste boekenprijs kunnen deze niet weg. (Stel het gemiddelde boek op twintig euro, dan praten we over meer dan een miljard euro.) Er komen dus te veel boeken uit. Om niet alles door te draaien (wat trouwens gebeurt) kun je veel beter die vaste boekenprijs loslaten. Zelfs een slecht boek wil ik nog wel eens meenemen voor een lage prijs.
Een beschaafde cultuur verbrandt geen boeken.
Maar die beschaafde cultuur zet wel de shredder aan.