Friedrich Nietzsche schreef een flink deel van zijn oeuvre in zijn hoofd, tijdens lange wandeltochten door het hooggebergte. Eenmaal thuisgekomen noteerde hij het bedachte, dat zelden de lengte van een bladzijde overschreed, op papier.

Wandelen en schrijven gaan alleen samen bij korte teksten. Poëzie is er ideaal voor, uitgevonden als ze is om het onthouden te vergemakkelijken. Een column van driehonderd woorden gaat nog net. Koos van Zomeren schreef zijn columns ooit in twintig minuten, nadat hij ze op een vaste wandeling van vijf kwartier al bijna helemaal had uitgedacht.

Van Zomeren vertelt dat in het laatste nummer van het magazine Literatuur, dat een uitgebreid wandeldossier bevat. Een erg gelukkige combinatie is dat niet: lopen en lezen gaan nauwelijks samen en lopen en schrijven maar mondjesmaat. Flaubert merkte al op: «Denken en schrijven kun je alleen maar zittend.»

Nietzsche ging daar fel tegen tekeer: «Nu heb ik je, nihilist! Je zitvlees is juist een zonde tegen de heilige geest.» Maar een kleine eeuw later moest de filosoof Jacques Derrida zijn landgenoot gelijk geven: «Het schrift is ten eerste en ten leste iets waarover men zich buigt.»

Geen wonder dat de artikelen in Literatuur het wandelen nogal ruim opvatten en er al snel iedere verplaatsing onder verstaan. Met reizen heeft het lezen inderdaad een wat hechtere band, al moesten de vervoermiddelen daartoe eerst wel een redelijke mate van comfort bereiken. De postkoets was nog te hobbelig, de trekschuit ging er al mee door. Lucht- en wagenziekte maken het lezen in auto en vliegtuig onaantrekkelijk, en dus is het railvervoer nog altijd ideaal, vooral wanneer dat, zoals in Parijs dagelijks wordt bewezen, ondergronds gebeurt.

En bij al deze verplaatsingen zit de lezer — zolang het spitsuur geen roet in het eten gooit. De redactie van Literatuur moet zich dat hebben gerealiseerd, want in een ander artikel in hetzelfde nummer speelt die zit behoefte een belangrijke rol. De kwaliteit van de Nederlandse boekhandels werd door het blad aan een kritisch onderzoek onderworpen. En een van de conclusies luidt alvast dat slechts weinig winkels bleken te beschikken over een zitgelegenheid die de boekenkoper rust gunt.

Staande moeten bladeren, gehinderd door en als hindernis voor andere klanten, is een steevast terugkerende klacht in het rapport, net als de plaag van het ruimtegebrek. Slechts in een enkele zaak lijkt men vrijuit te kunnen rondbenen. Een interieurfoto van boekhandel Praamstra in Deventer is zo verlekkerend en oogstrelend dat je er desnoods een voetreis voor over zou hebben.

Provinciesteden blijken het in het Literatuur- onderzoek verrassend goed te doen. Leeuwarden, Haarlem, Groningen, Middelburg en zelfs Purmerend beschikken over boekhandels die de omweg waard zijn. Komt de wandelende literatuurliefhebber buiten de grote stad dan toch het meest aan zijn trekken?

Het bucolische dat het wandelwoord suggereert, gaat er in ieder geval beter mee samen. Geen mens gaat in Parijs of Londen «wandelend» naar de boekwinkel. Hij gaat — lezend — per metro of loopt desnoods, maar wandelen kun je dat niet noemen.

En wat treft hij aan? Bij Foyles, waarschijnlijk de beroemdste boekhandel ter wereld, is het mij nog nooit gelukt ook maar één boek te vinden dat ik zocht. En in de Parijse Fnac bleek de klassieke studie Le cru et le cuit (Rauw en gekookt) van de antropoloog Claude Lévi-Strauss tussen de kookboeken te staan.

Toegegeven, er zijn andere voorbeelden. In de laatste stad imiteert Shakespeare & Co. de chaos van Foyles op menselijke maat én er staan uitnodigende leunstoelen. Aan het andere eind van het spectrum telt Londen een paar mega-stores waar klanten niet alleen koffie kunnen drinken, maar zelfs hele maaltijden bestellen.

Maar zijn dat voor de boekenliefhebber werkelijk idealen? De beste boekhandel is hoogstens middelgroot en geen bedevaartsoord. De eigenaar weet niet alleen alles van ieder boek dat ooit is verschenen, maar ook van jou, zodat hij je precies kan vertellen wat je zoekt. Ik ken één zo’n winkel, al zullen er wel meer bestaan. De mijne is te vinden in Madrid. Voor een wandeling is dat wat ver.

Een uitgebreide versie van het rapport van Literatuur is te vinden op www.literatuuronline.nl