Op Blackfriars Bridge ligt sinds kort een indrukwekkend fietspad, door Boris Johnson geopend op zijn laatste dag als burgemeester. Het is er gekomen na een jarenlange bureaucratische strijd, die gepaard ging met aanvallen van taxichauffeurs, gewone automobilisten en The Financial Times. Glunderend reed Johnson over de brug toen een racefietser hem voor ‘prick’ uitmaakte. ‘Daarom is het zo’n mooie stad. Er zijn steden waar mensen dat niet zouden durven.’
Dat eeuwige optimisme, dat gekmakende zelfvertrouwen van de Old Etonian. Zijn biograaf Andrew Gimson noemt de Olympische Spelen als voorbeeld. ‘Iedereen dacht dat de spelen een debacle zouden worden, een vernedering. Behalve Boris. En hij bleek gelijk te hebben. Sterker, hij werd zelf in één klap wereldberoemd.’ In zekere zin is de stad een evenbeeld van Boris: naast optimistisch ook energiek, anarchistisch, grappig, flamboyant en tolerant.
Deze karaktereigenschappen hebben er volgens Gimson aan bijgedragen dat Boris twee keer heeft gewonnen in dit rode bolwerk, een prestatie die meer glans heeft gekregen na de nederlaag van de Conservatief Zac Goldsmith tegen Labour-kandidaat Sadiq Khan. Maar wat heeft Boris precies gedaan? ‘He has promoted Boris’, was het korzelige antwoord van diens voorganger Ken Livingstone. Typerend is dat de grote droom van Boris, een nieuwe luchthaven in de Theemsdelta, beperkt is gebleven tot maquettes.
Onder het bewind van Boris is de woningcrisis van kwaad tot erger geworden. De metropool is hard op weg om een stad van de rijken te worden, van buitenlandse investeerders die van de binnenstad een spookstad maken. Huurders zijn vogelvrij en projectontwikkelaars mogen doen waar ze zin in hebben, tot en met het aanleggen van speciale deuren voor minderbedeelde huurders. Dat Boris op een van zijn laatste werkdagen toestemming gaf om het overheidsgebouw Millbank om te toveren tot weer een woontoren voor de rijken is typerend.
De woningnood werpt een schaduw over de succesvolste stad van de wereld in financieel, cultureel, toeristisch en sportief opzicht. Het is nu de taak van Khan om Londen socialer en rechtvaardiger te maken. Aan de inwoners zelf zal het niet liggen. Dat zijn islamitische achtergrond amper een rol heeft gespeeld bij zijn verkiezing is het beste eerbetoon dat de Londenaren aan zichzelf hebben kunnen geven. Het is dezelfde tolerantie die Boris toonde na voor lul te zijn uitgemaakt.