Tim Olivier Somer (links) en Tarik Moree in My Dinner with André ©  Paul Rondags

Het Internationaal Theaterschoolfestival ITS is deze maand de plek waar die generatie jonge podiumkunstenaars aantreedt die volledig is opgeleid in het afgekalfde landschap van ná de kunstbezuinigingen. De openingstoespraak van performer Ludwig Bindervoet (teruglezen: website Theaterkrant) is een oproep om een gemeenschap van collectieve moed te vormen, als oefening in anti-ego, het niet-ik: ‘om via de ander kunst te maken die ingewikkeld is, waar je moeite voor moet doen, zonder nut maar mét zin’. Bravoure helpt daarbij. Je redt het niet met blufdurf alleen, maar ’t helpt. Studenten uit het vierde jaar van de Arnhemse Toneelschool spelen een gewaagde hiphopversie van het Middelnederlandse dierenepos Van den Vos Reynaerde, titel: Fox Populi, een ding met een pittige bite. Schelmenstuk rond boef die overal mee wegkomt. En die in the end sneeft door zijn eigen nakroost. Sterke bewerking, muzikaal tot in de haarvaten, een goeie regisseur (Jip Vuik) en memorabele speelbeesten – Merel Pauw als het dodelijke kind, Dalorim Wartes als de vossenboef en Steven Ivo in een oergeestige dubbelrol.

Tarik Moree (1996) en Tim Olivier Somer (1993) zijn acteurs uit het afstudeerjaar van de Toneelacademie Maastricht. Zij spelen My Dinner with André, oorspronkelijk een filmdialoog, over theaterexperimenten (Grotowski), een boekbewerking voor toneel (De kleine prins) en levend begraven worden tijdens Halloween. En over dat het leven van de kunstenaar voor de meeste mensen niet is weggelegd. In Nederland en Vlaanderen is de film onbekend, de bewerking voor toneel niet, door vertolkers als Ramses Shaffy en Damiaan De Schrijver. De performers Moree en Somer hebben vijftien toneelmakers, regiekoppels en toneelcollectieven gevraagd de dialoog in stukken en brokken te regisseren tot een stilistische landkaart van ons huidig theaterlandschap. Het circus van tegen elkaar op biedende gradaties van ijdelheid en zelftwijfel in het origineel wordt ontweken doordat de acteurs voortdurend van rol wisselen. We kijken naar een duel zonder de directe mogelijkheid tot identificatie met een van de strijdende ‘partijen’.

Het gaat niet om de inhoud van het gevecht maar om de stilistische middelen die worden ingezet om inzichten en argumenten vorm te geven en daardoor kracht bij te zetten. Die hoekige ambitie bevalt me enorm. Twee jonge speelhengsten die zich koprollend, flauw imiterend, stijlboksend en schaamteloos parodiërend (ook zichzelf trouwens) een weg banen door de jungle van rariteiten, ontroerende nieuwigheden, intelligente verbouwingen en fragmentarische heldenmoed waaruit ons toneel anno 2018 lijkt te zijn samengesteld. En natuurlijk loopt die machine ook een keer vast. Of liever: los. Uit de rails. Zeker daar waar het spel niet meer tussen die rails past. Want de jongens gaan het apenkooien met stijlen op den duur net iets té leuk vinden en verliezen daardoor deels de greep op hun stof. All in the game. Dondert niks. Ze hebben een grote gooi gedaan. Voor gemeenschapszin moet je moed bij elkaar vergaren. Die moed tonen ze. Dus: op tournee met Somer & Moree!

*Fox Populi *is donderdag 28 juni nog te zien in Lindenberg Theater Nijmegen