ZELFS WANNEER JE RIGOUREUS besluit het hoofdprogramma over te slaan, dan nog blijft Rencontres Trans Musicales in Rennes een in alle opzichten overweldigend festival. Le Parc Expo, een zalencomplex voor vijfduizend man op een half uur rijden van de stad, bereikt men door middel van een pendelbus, die sardinebliksgewijs met dronken studenten wordt gevuld. Op de grootste podia in het Parc staan vooral rock en dance centraal, in zalen met omineuze namen als Espace Sony Ericsson en Heineken Green Room. Het is weliswaar grappig om te zien hoe men wachtend op de navette met flessen rode wijn over Place Republique zwalkt, zoals Nederlandse studenten dat met bierflesjes plegen te doen, toch kiezen we liever voor de kleinere programmaonderdelen en het ‘off-Trans’-festival Barsentrans in de stad. Want naast Les Trans is in de loop der jaren een volwaardige randprogrammering ontstaan: film, moderne dans, lezingen en debatten, een tournee door het land voorafgaand aan het festival en Les Trans dans les Prisons – een kleine versie van het festival in de gevangenissen van Rennes. Zou Lowlands ooit op de gedachte zijn gekomen een ‘off-Lowlands’ in de Bijlmerbajes te organiseren?
Les Trans produceert ieder jaar een création en résidence. In dit jubileumjaar is dat een samenwerking tussen het Farøerse avant-garde-ensemble Orca en Yann Tiersen. In Frankrijk is Tiersen een gevierd popster, internationaal is hij vooral bekend vanwege de soundtrack die hij schreef voor Le fabuleux destin d’Amélie Poulain. De krachtige muziek op zelfgebouwde instrumenten en de theatraliteit van Orca doen denken aan Einstürzende Neubauten, met het belangrijke verschil dat de mannen van Orca zingen en niet declameren zoals hun legendarische voorgangers deden. De frontman bespeelt daarbij een tot de essentie teruggebrachte harp, gemaakt van een olievat. Melodisch zorgt de combinatie Orca en Tiersen voor die typisch Scandinavische kwaliteit om muziek verstild, episch en eeuwig te laten klinken – alsof de Edda is getoonzet. Het moet raar lopen wil deze voorstelling volgend jaar niet in Nederland te zien zijn.
Het filmprogramma is samen met de conferentiesessies eigenlijk al een geslaagd festival op zichzelf. Als het niet zo pretentieus zou klinken, zou je kunnen stellen dat dit festival behalve muzikaal ook intellectueel en cinematografisch uitdagend is. In La Parcheminerie – het arthouse van Rennes – zie ik twee klassiekers van de wereldmuziek: Super 8 Stories, een uiterst vitale concertfilm van Emir Kusturica’s No Smoking Orchestra, vol Balkan-surrealistische intermezzo’s zonder duidelijk aantoonbaar doel, en Balalaïka Explosion, een oudje van de Finse arthouse-regisseur Aki Kaurismäki. Die is al even over the top, maar deze twee heerlijk foute films stellen wel degelijk wezenlijke vragen over de aard van wereldmuziek, de verfrissende werking van camp en het belang van slechte smaak.
De zwarte muziek (het onderscheid is helaas nog steeds zonneklaar: je hebt muziek die rockt en je hebt muziek die swingt – never the twain shall meet) heeft Les Trans bij wijze van cluster geparkeerd op de laatste festivalavond in Salle de la Cité. Op deze gewijde grond vond in 1979 de eerste editie van Les Trans plaats, met aanvankelijk louter lokale new wave-bands. De opening door ene Leon Jean Marie blijkt niet meer dan belegen rock te bieden, waarbij je je vooral realiseert hoe overweldigend goed en idiosyncratisch Living Colour en Urban Dance Squad ooit waren. Even later geeft Anthony Joseph, dichter en zanger uit Trinidad, het meest indringende concert van Les Trans. Spoken word meets calypso-funk, met hier en daar een welgemikte explosie van freejazz.
Na de uitputtende show van Anthony Joseph dient zich een dilemma aan. Alsnog naar Le Parc Expo om The Residents te zien, Amerikaanse avant-garde van dertig jaar geleden? Nee, ik kies voor een duik in Barsentrans, dat het hele uitgaansleven van Rennes vier nachten lang annexeert. Ik kom op het spoor van Café Laverie, een sfeervolle combinatie van wasserette en disco en naar verluidt de enige hotspot van Rennes voor afro-latin muziek en dans. Dankzij de uitstekende collectie 7 inch-singles van dj’s Boogaloo & Lotari wordt het nog laat.
Les Trans ervaren is ineens het subtiele verschil zien tussen de Angelsaksische benadering van popcultuur – het cultiveren van hypes – en de Franse: het bijbrengen van een cultureel besef. Kortom: hier dient zich wederom het aloude verschil aan tussen kunst en entertainment, tussen een zielsverheffende ervaring en een goeie avond uit. Hier overigens geen waardeoordeel, slechts bewondering voor de kunstzinnige en intellectuele rigueur waarmee dit festival wordt georganiseerd.

www.lestrans.com, www.barsentrans.com