Het boek The Yellow Spot begint met een hoofdstuk gewijd aan de Neurenbergse rassenwetten, ongetwijfeld het meest infame stuk wetgeving ooit door enige overheid opgesteld. En wat Schmitt, wiens werk volgens Rob Hartmans in De Groene ‘uitmunt door scherpe formuleringen en glasheldere analyses’, als President van de Nationaal-Socialistsiche Duitse Juristenbond in de Deutsche Juristenzeitung van 15 oktober 1935 over die wetten schreef, liegt er niet om: ‘De Reichstag die bijeen kwam ter gelegenheid van de Reichsparteitag, staat voor niets meer of minder dan het Duitse volk, in samenhang met de Nationaal-Socialistische beweging en geleid door de Fuhrer Adolf Hitler; zijn wetgeving vormt het eerste Duitse handvest van vrijheden sinds eeuwen. De fundamenten van onze nationale organisatie zijn thans duidelijk gedefinieerd. Het Duitse volk, met aan het hoofd zijn Fuhrer als staatshoofd en opperste rechter in de natie; de nationaal-socialistische beweging als bewaker van onze constitutie; het Duitse leger met de Fuhrer als opperbevelhebber. Voor de Duitse rechtsgeleerden betekent dit het begin van grootse en nieuwe taken.’
Het is algemeen bekend dat degenen die verantwoordelijk waren voor de Duitse wetgeving en de Duitse rechtspraak in de periode 1933-1945 zich in opvallende mate aan het denazificatieproces hebben weten te onttrekken. Het verhaal over de populariteit van Schmitt in Duitsland na 1945 in De Groene illustreert dit nog eens. Als het hof in Neurenberg zijn taak goed had vervuld, hadden in de eerste plaats een aantal rechtsgeleerden terecht moeten staan en veroordeeld moeten worden die het perverse juridische kader hebben geschapen dat de nazi-misdaden heeft gelegitimeerd en die gefungeerd hebben als uitvoerders van dit ‘recht’. En het lijkt me dat Carl Schmitt in die beklaagdenbank op de voorste rij had behoren te zitten. Holysloot, DRS. P. H. VAN WESTENDORP