Parijs – Éric Zemmour bungelt vervaarlijk. Maar gevallen is hij niet. Dat is de tussenstand na een volle week van heftige discussies rond de omstreden polemist. Inzet is de toespraak die Zemmour hield bij de Convention de la Droite, de uiterst rechtse landdag die onlangs werd gehouden op initiatief van Marion Maréchal, de kleindochter van Jean-Marie Le Pen. Spreker na spreker trok hier van leer tegen immigratie, liberale elites, de Europese Unie, kunstmatige inseminatie en wat niet al.

Maar het was Zemmour, auteur van bestsellers met veelzeggende titels als Mélancolie française en Le suïcide français, die de show stal. Degenen die zich decennialang voor vrouwen- en homo-emancipatie inzetten, noemde hij de ‘nuttige idioten van de vernietigingsoorlog tegen de heteroseksuele blanke man’. Het hardst tekeer ging Zemmour tegen wat hij ‘dat andere universalisme’ noemde: de islam. De bourgeois-bohème in de steden zou een duivelspact hebben gesloten met de moslimimmigranten in de banlieues. Het uiteindelijke doel? Vernietiging van de Franse katholieke identiteit. Het drieluik ‘immigratie, integratie, assimilatie’ had plaatsgemaakt voor het rijtje ‘invasie, kolonisatie, bezetting’.

Uiteindelijk, zo stelde Zemmour, kwam het allemaal neer op bevolkingsaantallen. Ooit hadden die de Europeanen in staat gesteld de wereld te veroveren, de indianen uit te roeien en de Afrikanen te knechten. Nu waren de rollen omgedraaid en kwamen de kolonisten onze kant op, zwaaiend met de vlag van de islam. De grote vraag was nu of jonge Fransen dat allemaal over hun kant zouden laten gaan. Het was een kwestie van ‘leven en dood’.

Het is niet voor het eerst dat Zemmour voor ophef zorgt met harde teksten over moslims. In een vorige maand verschenen boek maakt de historicus Gérard Noiriel de vergelijking met de beruchte negentiende-eeuwse antisemiet Édouard Drumont, auteur van La France juive (1886). Beiden bedienen zich volgens Noiriel van een ‘omkeringsretoriek’, waarin minderheden steevast worden voorgesteld als onderdrukkers die de Franse identiteit ondermijnen. Toch klonk de kritiek niet eerder zo luid. Premier Édouard Philippe nam expliciet afstand en Le Monde publiceerde een snoeihard hoofdredactioneel commentaar.

Ook binnen Zemmours eigen krant, Le Figaro, rommelt het. De redactieraad liet een verklaring uitgaan waarin ze haar ongemak uitspreekt over een collega die zich buiten de krant ‘volledig laat gaan’ en met wiens ‘provocaties’ de overgrote meerderheid van de journalisten niet wenst te worden geassocieerd. Vooralsnog mag Zemmour bij de krant blijven. Maar gezien het tempo waarin hij radicaliseert is de vraag hoelang.