‘Never let a good crisis go to waste.’ Deze gevleugelde woorden zijn afkomstig van Rahm Emanuel, vertrouweling van de voormalige president Barack Obama. Hij sprak ze uit in november 2008. Daarmee bedoelde hij dat crises historische breekpunten zijn die wij moeten leren herkennen om ze te kunnen gebruiken voor het in gang zetten van veranderingen die ervoor onmogelijk leken en erna opnieuw onmogelijk lijken.
De crisis waarnaar hij verwees, was de bankencrisis van 15 september 2008. Na het bankroet van Lehman Brothers droogden de interbancaire markten op en kwamen banken die er voor hun financiering van afhankelijk waren in de problemen. En zoals Adam Tooze in zijn onovertroffen verslag van de crisis Crashed heeft laten zien, waren dat vooral Europese grootbanken.
Twaalf jaar later moeten we concluderen dat de crisis van 2008 teloor is gegaan. Banken zijn nog altijd te groot om failliet te gaan, de private schulden zijn alleen maar gestegen, de onderlinge verwevenheid die ABN Amro en andere grootbanken fataal werd is onverminderd groot, de vermogensbuffers zijn nog altijd te laag, en veel banken worstelen nog steeds met de erfenis van de zeepbellen van ervoor. Oftewel, het is een crisis gebleken waarin weinig is geleerd en niets is vergeten: burgers waren de klos, bankiers en aandeelhouders zijn gespaard.
De verklaring is eenvoudig: het ontbrak politici aan kennis, wil en alternatieven. Op enkelen na had niemand zicht op omvang, diepte en reikwijdte van het interbancaire verkeer. Ook de centrale bankiers niet, die er verantwoordelijk voor waren. Laat staan dat er een draaiboek klaarlag over hoe banken konden worden opgebroken, hoe we konden afkicken van onze schuldverslaving, en hoe de onderlinge verwevenheid kon worden verkleind.
Het gevolg was dat politici maatregelen namen die vooral waren bedoeld om terug te keren tot de wereld van ervoor. Er is vooral eerste hulp verricht, genezing bleef uit. Zie de nationaliseringen, renteverlagingen, kwantitatieve verruimingen en de Europese Kapitaalmarktunie: allemaal bedoeld om de bancaire verdienmachine aan de praat te krijgen.
Inmiddels zitten we midden in de tweede globaliseringscrisis van deze eeuw: het coronavirus en de maatregelen die overheden nemen om de pandemie in te perken, gaan grote financieel-economische gevolgen hebben – vergelijkbaar met die van de crisis van 2008. Voor de economische groei in het algemeen, en zeker voor sectoren die afhankelijk zijn van grensoverschrijdend verkeer: toerisme, luchtvaart, autofabrikanten, oliemaatschappijen, chemische bedrijven, vee- en vleesindustrie, en ook – via de opschorting van rentebetalingen en aflossingen – banken.
Weer klinkt de roep om steun. Wereldwijd staan overheden onder grote druk om de gevolgen van het stilvallen van economische activiteiten met dezelfde maatregelen op te vangen als in 2008 is gebeurd: kapitaalsteun voor grootbedrijven als Air France-KLM, niet voor burgers en kleine ondernemers.
Zie de uitlatingen van minister Wiebes dat zzp’ers niet in aanmerking komen voor steun ‘omdat ze er zelf voor hebben gekozen’. Het is een brandende lont in het kruitvat van het electorale ongenoegen. Dat moet andersom: burgers boven multinationals, arbeid boven kapitaal. En gelukkig heeft het kabinet dat ook beseft en komt er toch een regeling voor zzp’ers. Voor vervuilende grootbedrijven als KLM betekent het dat werknemers moeten worden geholpen bij hun overstap naar duurzaam werk bij duurzame bedrijven in duurzame sectoren, niet aandeelhouders. Daar zou de overheid in moeten investeren: geen kapitaalsteun maar arbeidssteun. Het is de enige manier om het ongenoegen weg te nemen.
Belangrijker is dat genezing het doel moet zijn, niet het stelpen van het bloeden – hoe nodig dat nu ook is. Onder de coronacrisis gaat namelijk een veel ernstigere crisis schuil: de ecologische ontwrichting die zich openbaart als klimaatverandering en verlies van biodiversiteit. Dezelfde sectoren die nu piepend en krakend tot stilstand komen, zijn ook de sectoren die verantwoordelijk zijn voor het merendeel van deze ontwrichting.
Geeft het dan pas om met belastinggeld multinationals te nationaliseren waarvan we nu al weten dat die op termijn hun deuren moeten sluiten omdat hun activiteiten onverenigbaar zijn met de klimaatdoelstellingen van Parijs?
Lange termijn boven korte termijn, duurzaamheid boven economische groei – dat is de echte les van de vorige crisis. Toekomstige generaties zullen ons voor altijd dankbaar zijn als we die les nu wel leren.