Dat de plek waar je opgroeide je minstens voor een deel vormt, zal geen mens ontkennen, maar het belang van de omgeving groeit wanneer een jeugd zich létterlijk op straat lijkt af te spelen, en een straat aldus veel meer wordt dan een verbindingsweg, zelfs uitgroeit tot een huis. Met name de straten van New York en LA (en dan niet Manhattan en Beverly Hills) zijn veelvuldig bezongen in de hiphophistorie, maar rapper Common komt uit Chicago. Daar woont hij al jaren niet meer, en precies dat is de rode draad door zijn tiende album Nobody’s Smiling.

Tiende, ja. Zijn productie is hoog sinds hij debuteerde in 1992. In Nederland is zijn roem relatief klein: hij scoorde vier jaar geleden een hit samen met John Legend en The Roots, maar zijn status hier is onvergelijkbaar met die in de Verenigde Staten, waar hij op de covers van muziekbladen staat, zich inzet voor zowel dierenrechten als aidsfondswerving en werd genomineerd voor een Grammy Award.

Het is een interessant thema van zijn album, dat van de man en de stad die hem deels vormde, juist omdat Common er niet meer woont. De afstand leidt tot nostalgie, maar ook weer niet tot romantisering. Sterker, het beeld dat Common van Chicago schetst is ronduit grimmig. Zelf is hij de zoon van een basketbalprof en zat hij op de universiteit (waar hij mee stopte toen hij doorbrak), maar hij richt zijn vizier duidelijk niet op de middenklasse.

Het album begint sterk met een sample van Curtis Mayfields Other Side of Town: ‘I’m from the other side of town/ Out of bounds/ To anybody who don’t live around/ I never learned to share or how to care/ I never had no teachings about being fair.’ De locatie is geduid. En even later ook het tijdperk: ‘The era of Reagan, the terror of Bush/ Crack babies, momma’s a push, we were the products of Bush.’

Het fraaie aan Nobody’s Smiling is dat het de toegankelijkheid van Commons recente albums combineert met een zekere grimmigheid, ook door de hernieuwde samenwerking met zijn oude producer No I.D., die bepaald niet heeft stilgezeten: er zijn momenten dat het geluid van het album neigt naar het formidabele Yeezus van Kanye West.

Sterk is dat hij de stad die hij verliet, die hij liefheeft maar die hem ook zorgen baart, aangrijpt om andere onderwerpen aan te snijden, zoals de rol van vrouwen in de straatcultuur. In Hustle Harder bezingt Common, zelf grotendeels opgevoed door alleen zijn moeder, een vrouw die daarin met gemak standhield: ‘Swag like Angelina or more like Angela Bassett/ Many aspects emphasis sophisticated and ratchet/ She fasted for a week, that’s stronger than most/ If she had kids she could mother/father them both.’

In het slotnummer Rewind That blikt hij terug op zijn eigen carrière en dan met name de begindagen ervan. In een bijzin haalt hij daar zijn vertrek uit Chicago aan. De redenen, gevat in één zin. Zo simpel is het soms: ‘I said, “Come to L.A. for peace and good weather”.’


Common, Nobody’s Smiling (Universal)


Beeld: Common (Courtesy Def Jam Recordings)