De vader van een schoolvriendje was ‘geestelijk raadsman’ bij het Humanistisch Verbond. Equivalent van pastoor en dominee, maar zonder hulp van Geopenbaard Geschrift. Wij hadden thuis ook God noch heilig boek maar beleefden dat ongeorganiseerd. Toch ging ik een keer mee naar een avond van de Humanistische Jeugd Beweging – grootse naam voor een handvol scholieren, verspreid over het land, die, niet begeleid door volwassenen zoals in padvinderij en AJC, zaaltjes huurde en discussieerde over ‘het leven’, ‘goed en kwaad’; en die zomerkampen organiseerde waarin je nachtwandelingen maakte en voor het eerst verliefd werd (op kamp moest op eis van ouders wel één volwassene mee: voor EHBO en toezicht op het nachtelijk scheiden der seksen – wat overigens, jaren vijftig en bij ons überbrave kinderen, nog een fluitje van een cent was). Ik ging meedoen met kamperen en discussiëren. Er was een vegetariër bij, die zo weinig argumenten had dat ik na wat socratisch gevraag mezelf zozeer van zijn armzalig verdedigd gelijk overtuigde dat ik het nog altijd ben. Al pratend leerde je ontdekken wie en wat je was (al is dat natuurlijk niet statisch).

Er is een omroep die agnosten en atheïsten vertegenwoordigt en die nog altijd precies doet wat wij als vijftien- tot achttienjarigen deden: hardop denken zonder God. Dat is nu minder uitzonderlijk dan destijds, toen zeker tweederde van de bevolking praktiserend gelovig was. Oorspronkelijk religieuze omroepen hebben bovendien inmiddels hun christelijk gehalte vaak tot homeopathische hoeveelheden verdund, met als tegenreactie de EO (en zelfs die haalt er God niet langer systematisch bij). Je zou kunnen zeggen dat HUMAN dus nergens meer toe dient. Behalve dan, kleinigheid, voor serieuze kwaliteitstelevisie waarbij het toestel het kampvuur is waar rond wij destijds zaten. Het meest op die zomerkampen lijkt What’s the Right Thing to Do?, waarin de Harvard-politiek-filosoof Michael Sandel Socrates speelt voor een internationaal gezelschap van 21 hoogopgeleide twintigers en dertigers, van wie de helft Nederlanders. Een antiek Grieks theater is de locatie, verwijzing naar de bakermat van ‘vrij denken’ en democratie. Thema’s waren tot nu ‘immigratie’ en ‘robotisering’. Aanstaande zondag gaat het over ‘discriminatie’. Daarna volgen nog ‘inkomensongelijkheid’ en ‘privacy’. Filosoferen kan behoorlijk vrijblijvend zijn, maar Sandel dwingt via casus na casus concreet te worden, waardoor menig deelnemer hardop denkend en luisterend eigen zekerheden bevraagt. Zijn aandeel is belangrijk maar niet groot: het draait om de deelnemers. Van wie de meesten de categorie ‘mensen van goeden wil en open geest’ vormen. Geen reaguurders, zeg maar.

Toch is er, inzake discriminatie, wel degelijk behoorlijk wat verschil, zeker als het om de ‘positieve’ variant gaat. Daar staan bijvoorbeeld tv-presentator en journalist Danny Ghosen (uit Libanon naar Nederland gevlucht) en hardware-ingenieur Nora Schillinger (Hongaars, maar gestudeerd en wonend in Londen) lijnrecht tegenover elkaar. Danny zou het verschrikkelijk vinden op zijn herkomst of etniciteit uitgekozen te worden (het gaat louter om kwaliteit), en Nora is zich ervan bewust dat ze als enige vrouw in een mannenwereld extra kansen krijgt, maar dat ze daardoor rolmodel kan zijn voor meiden die haar belangstelling en talenten delen maar de stap niet durven wagen. Mijn hart steelt trouwens dreadlock-Nederlander YMP, spoken-word-artist van wie ik nooit gehoord had (ik leef in een bubbel), wiens hartstocht en ijzersterke argumentatie, gebaseerd op ervaring met negatieve discriminatie als individu en als lid van een groep, Danny aan het wankelen brengt. Een ander verrukkelijk moment, dat bovenstaande herinnering aan mijn vegetariër-discussie terugbracht, vind ik dat waarop Carolien Borgers, cabaretière, door een vraag van Sandel uitgedaagd, plotseling beseft wat ze eigenlijk vindt. Zichtbare Aha-Erlebnis die een blije lach meebrengt.

Deze groep vormt uiteraard op geen enkele manier een afspiegeling van wat dan ook, maar gelukkig is er wel Ignatius Garcia, ondernemer in San Francisco, die als een Trump-light stelt dat succes, althans in ontwikkelde landen, altijd een kwestie van keuze is, voor welke etnische groep dan ook; dat je niet moet zeuren als je als zwarte op voorhand verdacht bent, want de statistieken zijn er niet voor niks enzovoorts. In dat laatste staat hij trouwens niet alleen: Marokkaans-Franse Hicham Sabir heeft er begrip voor dat hij vanwege zijn identiteit vaak gecontroleerd wordt. Vast lang niet zo vaak als ik, zegt gesluierde presentatrice en docent Ajar Alariachi, voormalig Meid van Halal, die dat begrip weer onbegrijpelijk vindt: is elke als zodanig herkenbare moslim dus verdacht?

Er loopt nog een HUMAN-reeks die op onmiddellijke manier voedsel voor de geest biedt: Kwartslag. Troebele tijden, heldere ideeën. Simpeler kan het niet: iemand staat op een podium voor een klein publiek en vertelt welke denker, wetenschapper, kunstenaar haar of zijn blik op de wereld ‘voorgoed gekanteld’ heeft. Kan de Groene-lezer bekend voorkomen: De twintig boeken die ons denken veranderden (2015), ook in de krant te lezen geweest. Maar beter goed gejat dan slecht bedacht. En de criteria verschillen ook: voor De Groene ging het om ‘eigentijdse non-fictieklassiekers, gepubliceerd na de Tweede Wereldoorlog’. Stephan Sanders opende de HUMAN-reeks met John Stuart Mill, waarna Heidegger, Schopenhauer, Nietzsche en Thoreau volgden – een andere groep dus. Afgelopen zondag zagen we de eerste vrouwelijke bespreker, Niña Weijers, over de eerste vrouwelijke blikkantelaar, Virginia Woolf – literair vernieuwer en zoveel meer, die ze met grote tegenzin (want een in brons gegoten icoon met waarschijnlijk vergeeld oeuvre) ging lezen. De hele serie is een aanrader voor wie, zoals ik, niet ingevoerd maar wel belangstellend is – maar deze aflevering is dat zeker. Niet alleen leuk om een Groene-medewerker nu eens niet te lezen, maar ook te zien en horen.

Maar veel meer dan leuk om uitgelegd te krijgen wie en wat Woolf was en wat ze voor Weijers, tegen haar vooroordeel in, literair en buitenliterair, ging betekenen en betekent. Mijn vrouw is Woolf-kenner en -bewonderaar (ze heeft er zelfs in de jaren zeventig in De Groene over geschreven) en ze pakte onmiddellijk To the Lighthouse ter herlezing uit de kast. Het boek dat Weijers voor haar studie moest lezen en dat vanaf de eerste bladzijde een intense leeservaring opleverde: ‘De beelden, de woorden, de geluiden zelfs, de geuren trilden van de pagina’s af.’ Woolf probeerde, zegt Weijers ook, ‘de kleine dingen zo uit te pakken en zo van alle kanten te bezichtigen dat daar alsnog iets heel groots uit kwam’. Misschien zou je dat ‘de vrouwelijke blik’ kunnen noemen, waar mannen trouwens niet gedetermineerd ongevoelig voor hoeven te zijn. Haar echtgenoot Leonard was groot bewonderaar van haar werk en was, zegt mijn vrouw, ’teleurgesteld over het feit dat ze in The Years terugkeerde naar een veel traditioneler aanpak’. Kijk zelf terug.

En/of kijk naar de komende Kwartslagen, waaronder Karim Benammar over Albert Camus (20 augustus). Ook die mocht ik al zien, een voortreffelijk verhaal. Al vind ik het jammer dat niet gerept wordt van de tegenhanger van De vreemdeling waarin het Arabische slachtoffer van de moord een naam, gezicht en geschiedenis krijgt: Moussa of de dood van een Arabier van Kamal Daoud. En al blijf ik het onbegrijpelijk vinden (maar dat is niet tegen Benammar gericht) dat zo zelden verwezen wordt naar Camus’ onvoltooide, postuum uitgegeven, sterk autobiografische en ontroerende De eerste man, opgedragen aan zijn dove, analfabete moeder. Misschien dat filosofen (ik heb ze onder mijn beste vrienden) toch minder geïnteresseerd zijn in het persoonlijke en kleine? Of dat ze dat als domein van de vrouw zien?


Michael Sandel gespreksleider, What’s the Right Thing to Do?, HUMAN, vijf afleveringen sinds 16 juli, zondags, NPO 2, 19.15 uur.
Kwartslag, HUMAN, elf afleveringen sinds 11 juni, zondags, NPO 2, 16.30 uur