Seoul - Veel Koreanen staan in de rij voor de ingang van het Nationaal Paleismuseum in hartje Seoul. Daar zijn sinds vorige maand oude metalen drukletters te bezichtigen uit de vijftiende eeuw. Ze kwamen afgelopen juni boven de grond bij archeologische opgravingen. Er klonk gejuich, want het zijn de oudste metalen fonts ter wereld. Bekend was wel dat er al zo vroeg gedrukt werd, maar deze drukletters in het Koreaanse alfabet, het Hangul, waren nooit gevonden. Dat Koreaanse alfabet is pas ontworpen in 1443 in opdracht van koning Sejong en deze gevonden drukletters stammen uit de tijd dat dit alfabet nog maar net was uitgevonden.
De pot met de metalen drukletters staat op de grond in het museum, zodat het publiek de drukletters precies ziet zoals ze zijn aangetroffen. De tentoonstelling toont de metalen fonts die allemaal uit de Choson-periode (1392-1910) komen. De vondst onderstreept dat in Korea al gedrukt werd toen de Duitser Gutenberg nog moest beginnen aan zijn ‘uitvinding’. Gutenbergs bijbel, dat lang beschouwd is als oudste boek, werd pas in 1455 gedrukt.
Het oudst bewaard gebleven boek dat met losse metalen typen werd gedrukt, is een Koreaans boeddhistisch boek uit 1377. Het enig overgebleven exemplaar bevindt zich in Parijs. Deze maand verzocht Zuid-Korea’s minister van Cultuur in Parijs of Zuid-Korea dit boek in bruikleen kan krijgen. Hoewel het boek eind negentiende eeuw legaal werd verkregen door een Franse diplomaat was de Franse minister bang dat het boek in beslag zal worden genomen. Maar Korea verzekerde dat er geen sprake van kunstroof is. Dus er kunnen afspraken gemaakt worden over bruikleen.
Maar de boekproductie in Korea gaat nog eeuwen verder terug, vertelt Boudewijn Walraven, emeritus hoogleraar Koreastudies in een podcast over de boekcultuur in Korea. Al vanaf de achtste eeuw werd er met houtblokken gedrukt, ruim een eeuw eerder dan in Europa. Zo’n tachtigduizend houten drukplaten uit de dertiende eeuw vormen samen de boeddhistische canon, Tripitaka Koreana. Ze zijn te bewonderen in het klooster Haeinsa. Luchtgaten in het gebouw voorkomen dat de houtblokken gaan rotten. Walraven bekeek deze drukplaten al midden jaren zeventig, toen er nog geen toerisme was in Korea: ‘De houtblokken kunnen nog steeds gebruikt worden. Ik heb ook nog een afdruk van zo’n houtblok gekocht.’ De openstelling bewijst de interesse van Koreanen in hun geschiedenis van boekdrukkunst.