Brazaville - ‘Heart of Danceness’ zette een slimme kopijschrijver ooit boven een artikel over muziek uit Congo. Een toepasselijke variatie op de beroemde novelle van Joseph Conrad, die zich in het hart van Afrika afspeelt. Op 14 december 2021 maakte unesco bekend dat Congo’s muzikale handtekening, rumba, was geplaatst op de lijst van het immaterieel cultureel werelderfgoed, tot grote vreugde in de beide Congolese hoofdsteden, Kinshasa en Brazzaville. De wortels van de rumba liggen in de tradities en ritmes van Congo maar voeren ook terug naar een misdaad. Van de vijftiende tot de negentiende eeuw vervoerden Europese schepen miljoenen tot slaaf gemaakten naar Noord- en Zuid-Amerika. Cultuur en muziek kwamen mee.
In de vorige eeuw reisde de muziek weer terug naar Afrika, onder meer in een Cubaanse gedaante. Rumba (de Cubaanse) vond een warm onthaal dankzij grammofoonplaten en optredens van het legendarische Orquesta Aragon. In de twee Congo’s zetten muzikanten die Cubaanse klanken over op een import-instrument: de gitaar. Zo werd de rumba uitgevonden, de soundtrack van de moderne geschiedenis, zoals bezongen in Indépendance Cha Cha van 1960. Dat nummer is inmiddels een pan-Afrikaanse klassieker.
Ouderwetse rumba was vooral: dansen bij een groot live orkest. Een nummer duurde zeker een kwartier. Het begon ontspannen en zwoel, met zoetgevooisde stemmen die een verhaal zongen, meestal over de liefde. Dan een overgang – en door naar het lange en onverbiddelijk dansbare slotdeel, waarbij het voltallige orkest voluit ging en drie, vier gitaarlijnen, bas en koper als een kluwen door elkaar buitelden op de strakke syncopen van de drummer, terwijl het publiek de nieuwste danspassen uitprobeerde. Zo klonken de orkesten van Franco Luambo Makiadi en Tabu Ley Rochereau, de onbetwiste zwaargewichten in de jaren zestig, zeventig en tachtig. Die gouden tijden zijn voorbij maar de muziek leeft voort in oude en nieuwe vormen, op de radio, op podia en in bars en disco’s over het hele continent: dit was en is ware pan-Afrikaanse dansmuziek.
Expliciet politiek commentaar is trouwens relatief schaars. Het zijn vooral de gedragingen van mensen in de buurten, bars en bedden van Kin en Brazza die uitnodigen tot het schrijven van liedjes, waarin ook – tegen betaling – namen gedropt kunnen worden. Want rumba is behalve dans ook en vooral: business.