Directeur Crans zit nog steeds op zijn stoel en is niet te spreken over het feit dat Bouma zijn instituut met de BVD heeft vergeleken: ‘Het is net of er twee mensen Bouma zijn’, zei hij tegen de Volkskrant - Bouma de beminnelijke cinefiel en Bouma de man die de brui aan zijn filmkeurderstaak geeft, omdat de keurders geen dwarsdoorsnede van de samenleving zouden vormen en er bovendien gluurderspraktijken op na zouden houden.
Nog onlangs meldde De Groene in een beschouwing over de Lage-Lustenfilm Deep Throat: ‘De Filmkeuring is afgeschaft.’ Bedoeld werd natuurlijk dat de overheid sinds 1977 is opgehouden volwassenen tegen zichzelf te beschermen als ze dan zo nodig vieze filmpjes willen zien. Maar er is nog steeds een soort papieren Filmkeuring die springlevend is. Kijk maar naar de bioscoopladder, waarin leeftijdsaanduidingen onze kinderen voor schadelijke beelden moeten behoeden.
Zo keurt Crans’ Filmkeuring ijverig voort. Maar alleen wat hem wordt voorgelegd, de rest gaat ongezien weg voor 16+. Dit leidt tot absurde situaties, zoals bij de kindermatinees in de bioscoopladder van 15 maart. Daar stond Andrej Tarkovski’s De stoomwals en de viool (1961) aangeprezen voor 16 jaar en ouder. Deze film is dus nooit gekeurd. Het grut zal zijn weg naar deze film desondanks toch wel hebben gevonden, want in de praktijk wordt er nooit door de caissiere, kaartjesscheurder of plaatsenaanwijzer ingegrepen.
Er zijn in feite vier categorieen: 16+, 12+, AL (alle leeftijden) en AL met een vierkantje erom heen. Bij navraag blijkt dat de programmeurs niet eens meer weten dat zo'n AL met een vierkantje staat voor films die speciaal voor kinderen worden aanbevolen.
Pijnlijk is niet zozeer dat een ambtelijk apparaat en veertig hoogopgeleide, niet zelden christelijke Nederlanders hun tijd en ons geld verdoen. Of dat feitelijk een subclubje van vijf dames en heren per keer met ‘quasi-psychologisch geklets’ (Bouma) mag bepalen wat schadelijk is voor de Nederlandse jeugd. Met teksten als ‘Van mij hoeft dit echt niet’ of ‘Ik vind deze film wel erg broeierig’. Als de jeugd qua bloeddorst en wellust aan zijn trekken wil komen, gaat ze de straat wel op.
Beroerder is dat op regeringsniveau blijkbaar nog steeds wordt gezocht naar een adequate regeling met de (pan-Europese) bedrijfstak, voordat de Filmkeuring echt mag worden opgeheven. Misschien dat de minder christelijke leden van een paars kabinet doorhebben dat jong Nederland toch alles ziet wat God verboden heeft, alle toekomstige begeleidingsfolders ten spijt.
Redactioneel
De filmkeuring leeft nog altijd
Het affairetje ‘Bob Bouma contra de Filmkeuring’ heeft een aangenaam effect: wij worden er aan herinnerd dat de Filmkeuring nog bestaat. Zo'n vijf jaar geleden verschenen de eerste berichten dat dit instituut in het kader van de bezuinigingen zou worden opgeheven, gevolgd door een stroom informatie over de kamermeerderheid die voor afschaffing van de Wet op de Filmvertoningen was, terwijl er een wetsontwerp in voorbereiding was over de zelfregulering van geweld en zeden door de bioscoop- en videobranche. En nu vernemen wij via Bouma dat er helemaal niets veranderd is!
www.groene.nl/1994/33