Het Piketty-effect – een boek dat pas echt aandacht trekt nadat het vertaald is – doet zich voor bij het in 2009 verschenen meesterwerk van de Duitse historicus Jürgen Osterhammel over de geschiedenis van de ‘lange negentiende eeuw’ (circa 1760-1918), dat dit jaar werd vertaald als The Transformation of the World (Princeton University Press).

Natuurlijk is Osterhammel niet de eerste die laat zien dat vanaf pakweg 1800 de wereld fundamenteel veranderde, en dat in feite toen pas de Middeleeuwen ten einde liepen en de ‘moderne’ wereld zoals wij die kennen een aanvang nam. Bijzonder is echter wel dat hij dit transformatieproces op zo’n veelomvattende wijze beschrijft – van demografische en economische ontwikkelingen tot veranderingen op het terrein van politiek, cultuur en vrijetijdsbesteding – en dat hij zijn verhaal niet beperkt tot de ‘westerse wereld’. De manier waarop hij de eerste echte doorbraak van het mondialiseringsproces beschrijft resulteert werkelijk in een excellente proeve van ‘wereldgeschiedenis’. Een briljant en onmisbaar boek.

Ada Palmers Reading Lucretius in the Renaissance (Harvard University Press) is niet alleen prachtig geschreven, het laat bovendien zien hoe fundamenteel historisch onderzoek ons beeld van een bepaalde periode verheldert en scherper maakt. Door nauwgezet de kanttekeningen en commentaren in honderden vijftiende- en zestiende-eeuwse manuscripten en gedrukte edities te bestuderen, laat Palmer zien hoe, en langs welke omwegen, het epicurisme van Lucretius de westerse cultuur beïnvloedde en hoe geleidelijk twee belangrijke ideeën ingang vonden: het atomistisch materialisme en de scheiding tussen fysica en het bovennatuurlijke. Superieur handwerk en een belangrijke bijdrage aan de geschiedenis van de boeiendste periode uit de westerse cultuurgeschiedenis.