Een vrouw wordt op staande voet ontslagen, stapt naar de rechter en eist een schadevergoeding. Niks nieuws, maar dan komt de Canadese rechter op 11 januari met het oordeel. Niet het accountantskantoor moet de portemonnee trekken. Het is de werknemer, ene Karlee Besse, die haar baas ruim achttienhonderd euro schuldig is. Officiële reden: ‘tijddiefstal’.

Besse werkte vanuit huis. Omdat haar leidinggevende het niet vertrouwde werd een speciaal programma, TimeCamp, op de laptop geïnstalleerd. Critici spreken van spionagesoftware. De Poolse ontwikkelaar houdt het liever op een applicatie om ‘de werktijd van werknemers bij te houden’. In ruim een maand tijd, aldus het vonnis, werden op deze manier ‘50,76 uren gevonden die Miss Besse op haar rooster had vermeld maar niet leek te hebben besteed aan werkgerelateerde taken’.

De zaak zegt veel over de populariteit van thuiswerken sinds de coronacrisis én het wantrouwen dat dat met zich meebrengt. Interessant is ook de razendsnelle opkomst van software die elke minuut bijhoudt wat je doet (en wat niet) op je scherm. De opzichter die de loonslaven in de gaten hield, met een stopwatch verstopt in een dik boek, behoort voor de westerse middenklasse tot het verleden. Het onderliggende taylorisme is op tal van plaatsen (distributiecentra, thuiszorg, delen van de financiële sector) springlevend. En dan is er nog het merkwaardige fenomeen waarbij een klein deel van het bedrijfsleven – TikTok, Instagram, YouTube, kortom: de aandachtseconomie – geld verdient door aandacht te kapen van, onder meer, werkenden. Ten koste van de organisaties bij wie ze op de loonlijst staan.

Bij mij is het echter die schijnbaar achteloos gebruikte term die blijft hangen. Tijddiefstal. Op internet blijkt het nogal een ding. Althans, volgens de consultants en leveranciers die tegen betaling aanbieden het met wortel en tak uit te roeien. ‘Acht manieren waarop medewerkers tijddiefstal plegen’, lees ik. Waarna een indrukwekkende opsomming volgt, van valsspelen met in- en uitklokken tot ‘excessieve rookpauzes’.

Zelf kende ik het fenomeen vooral uit de omgekeerde context. Adam Smith wist al dat tijd de werkelijke, fundamentele valuta is van onze economie. Om te overleven moeten mensen geld verdienen. Daartoe verkopen ze een deel van de schaarse uren die ze op aarde hebben. Al in de negentiende eeuw meldden fabrieksinspecteurs dat het er daarbij niet altijd eerlijk aan toe gaat. Zij spraken van de ‘kleine diefstallen’ van het kapitaal.

Eens gaan nadenken over een massaclaim tegen overuren?

‘De frauduleuze fabrikant start het werk een kwartier – soms eerder, soms later – voor 6 uur ’s ochtends en eindigt een kwartier – soms eerder, soms later – na 6 uur ’s middags’, begint er één zijn verslag. Waarna een nauwkeurige berekening volgt van alle op die manier bij elkaar gesprokkelde minuten. Conclusie: ‘Een extra uur per dag, gewonnen door nu eens hier een stukje tijd te nemen, dan weer daar een ander beetje, maakt van de 12 maanden van het jaar er 13.’

Hoe groot zou deze vorm van tijddiefstal vandaag de dag zijn? Onder het mom van ‘efficiëntie’ zijn de afgelopen decennia alle gaatjes in de werkdag opgevuld. ‘Targets’ werden opgeschroefd, lunchpauzes duren korter, werknemers zijn gaan multitasken en zijn via hun smartphone ook buiten werktijd bereikbaar. Een forse flexibele schil maakt dat er altijd nét genoeg werkkrachten aanwezig zijn. Wetenschappers spreken van ‘werkintensivering’. Meer doen in minder tijd dus.

Makkelijker te kwantificeren is overwerk. De rekening blijkt zelfs al keurig opgesteld, met dank aan de onderzoekers van TNO. Zij vonden uit dat Nederlanders zich gemiddeld drie uur per week onbetaald inzetten voor hun werkgever. Dat is goed voor het astronomische jaarlijkse bedrag van 21 miljard euro. Oftewel een slordige 3200 euro per betrokkene. Vergeleken daarmee zijn die 51 onproductieve uren van luie (of onhandige, zoals ze zelf volhield in haar rechtszaak) werknemers als Karlee Besse kruimelwerk.

Des te opvallender hoe weinig aandacht er is voor de Great Time Robbery. Een voorstel om in Nederland tenminste vast te leggen dat werkenden ’s avonds en in het weekeinde niet gestoord mogen worden door hun baas lijkt geen meerderheid te krijgen in de Tweede Kamer. Misschien eens gaan nadenken over een massaclaim tegen tijddiefstal vermomd als overuren?

Reageren? Haegens@groene.nl