
In het begin lijkt er weinig lijn in het verhaal te zitten, maar langzamerhand ontvouwt zich een tragikomisch epos waarin het thema zelfverbetering centraal staat. Pijnloos depileren, streeploos zemen, hydroscheren, huidverzorgen, het hele jaar vakantiebruin blijven, een traprenovatie, alles kan beter en mooier in de Rai.
De acteurs halen alles uit de kast om de bezoekers bij het spektakel te betrekken. Ze proberen allemaal met geluidsversterking het publiek te verleiden om naar hun podium te komen. De toeschouwers worden op de meest dynamische manieren betrokken: workshops, quizzen, prijsvragen, massages, spirituele readings en healings. ‘Het is profiteren met een hoofdletter P’, zoals een van de personages zegt.
De Huishoudbeurs is een landschap met veel beloftes: het nieuwe schoonmaken, betover de borreltoast met een nieuwe dip, maak je eigen soda – bevrijd de bubbel, win een biologische truffeldelicatesse voor je hond. Hoe groter de belofte, hoe meer publiek zich er verzamelt.
Toch ontbreekt de echte vernieuwing. Zo is er de derde generatie knoflook-kruiden-snijder, ook bij navraag wordt het niet helemaal duidelijk hoe deze verschilt van de tweede generatie snijders. Een nieuw soort chips wordt aangeprezen met ‘gepoft in hete lucht’. En ook de nieuwste uiercrème maakt weinig indruk. Het enige echt innovatieve product is het vibrerende fietszadel en het publiek kan voor het eerst ter plaatse een goedkope botoxbehandeling krijgen.
De kracht van de marathonvoorstelling zit echter niet in de vernieuwing, maar juist in het repetitieve. Elk jaar weer worden de toeschouwers met rolkoffers en Blokker-tassen vol naar huis gestuurd met dingen die het leven iets aangenamer maken. De mens is een organisme dat uit herhaling bestaat en oefening nodig heeft om beter te worden.