
Misschien vloeit zijn kenmerkende, overdreven vriendelijke houding hieruit voort, alsof Theroux de empathie zelve is.
In zijn eerste speelfilm, My Scientology Movie, komt zo’n moment tegen het einde wanneer hoofdpersoon Marty Rathburn, voormalig kopstuk in de Scientology-kerk die met Theroux aan de film meewerkt, op het punt staat zijn masker te laten vallen. Marty was namelijk lang een sterke man voor David Misgavice, de beruchte leider van Scientology die al jaren van wanpraktijken wordt beschuldigd. In Theroux’ film begeleidt Marty het naspelen van wat er achter de schermen bij Scientology gebeurde toen hij nog van de partij was, met name het afranselen van leden die niet in het gareel bleven. Theroux’ camera vangt maar een glimp op van Marty, maar dat moment zegt veel. Marty die de acteurs aanmoedigt om elkaar eens goed te lijf te gaan. Marty die verlekkerd lacht wanneer de acteurs losgaan. Later vraagt Theroux voorzichtig, vol meegevoel: kwam dat voor jou te dicht bij de waarheid, Marty?
Deze momenten maken My Scientology Movie een film die niet over Scientology gaat maar over angst en paranoia, vooral dat laatste. Werkelijk iedereen is elkaar aan het filmen: Theroux die alles opneemt, niet alleen met de apparatuur van zijn team, maar ook met zijn eigen mobiele telefoon; surveillancecamera’s bij het sterk beveiligde hoofdkwartier van Scientology in Riverside County, California; veiligheidspersoneel dat Theroux confronteert wanneer hij telkens weer probeert contact te maken met de leiding van de kerk; agenten van Scientology die afvallige leden zoals Marty stalken, en ‘documentairemakers’ die in opdracht van de kerk filmen wat Theroux filmt. Jij filmt wat ik film, het is alsof het filmen het hele punt is – de camera als wapen in de absurde psychologische oorlog.
Maar Theroux realiseert zich dat de camera gezien het onderwerp een ironische functie heeft. Wat de camera registreert is echt, maar wat ‘echt’ betekent in de wereld van Scientology is per definitie een leugen. Theroux speelt doorgaans met de dodelijke ernst waarmee Misgavice’s handlangers hem bejegenen door hen beschaafd en gemoedelijk toe te spreken, waardoor ze nog meer belachelijk overkomen dan ze al zijn. Maar in één scène laat Theroux de grap vallen. Het is ’s avonds, en voor de zoveelste keer wordt Theroux tegengehouden door een mevrouw in mantelpak en een kerel met een camera. Met zijn telefooncamera begint Theroux de man te filmen. Hij loopt tot dicht bij de man en duwt de camera bijna in zijn gezicht, en hij wil weten: en hoe heet u eigenlijk, meneer?
Dat angst het leven overheerst van mensen die zich met de Scientology-kerk mengen is inmiddels goed gedocumenteerd, vooral in Going Clear, Alex Gibney’s uitstekende film uit 2015 gebaseerd op Lawrence Wrights gelijknamige boek. My Scientology Movie is een mooie aanvulling hierop. Theroux legt de absurditeit van de kerk bloot door ‘gewoon te doen’. Daar kunnen rabiate gelovigen absoluut niet tegen.
Te zien vanaf 5 mei
Beeld: Louis Theroux in My Scientology Movie (Cinema Delicatessen)