Met Joop den Uyl verscheen er elke dag echt vlees op het bord van de arbeider. Vissticks, het blikje corned beef, smack en de plak schouderham op de macaroni werden vervangen door kogelbiefstuk en het barbecuepakket. De door Sicco Mansholt ingezette schaalvergroting en industrialisatie van de landbouw brachten het biefstuksocialisme naar ons land. Met goed onderwijs voor iedereen, een autootje voor de deur en een vakantie naar Spanje was het sociaal-democratisch paradijs in het laatste kwart van de vorige eeuw zo goed als bereikt.

Het Akkoord van Parijs zet echter een groot deel van die verworvenheden op het spel. In 2050 moet de uitstoot van CO2 95 procent lager zijn dan in 1995, anders stijgt de zeespiegel tot boven onze dijken. Alle sectoren zullen moeten bijdragen om de reductie te bereiken. De vliegtickets moeten daarom op termijn een stuk duurder worden en de benzine- en dieselslurpers moeten vervangen worden door prijzige elektrische auto’s. Autorijden, een weekendje Rome – het worden weer luxegoederen voor de happy few.

In 2050 mogen we nog maar drie ons vlees per week eten

Hetzelfde geldt voor veel vlees eten. De veeteelt veroorzaakt op dit moment tien procent van de totale uitstoot van alle broeikasgassen in Nederland, becijferde de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur in het vorige week verschenen rapport Duurzaam en gezond. En als alle nu bekende technische maatregelen worden genomen om deze uitstoot terug te dringen, zal in 2050 de CO2-emissie vanuit de landbouw volledig beslag leggen op de totale hoeveelheid broeikasgassen die Nederland dan nog mag uitstoten.

Onacceptabel natuurlijk, omdat er zeker nog een aantal industriële processen zullen zijn die niet zonder CO2-uitstoot kunnen. We moeten daarom minder vlees gaan produceren en vooral eten, stelt de raad. De verhouding dierlijke/plantaardige eiwitten bedraagt in ons huidige voedingspatroon 70/30 en die moet in dertien jaar naar 40/60. De gemiddelde Nederlander eet nu 39 kilo vlees per jaar en dat mogen er over dertien jaar nog maar 24 zijn. In 2050 staat nog maar drie ons per week op ons menu.

Om dit te bereiken moet het Voedingscentrum de Schijf van Vijf aanpassen en tv-koks kunnen ons de kunst van het vegetarisch koken bijbrengen, maar bovenal zullen financiële prikkels het werk moeten doen. Minder productie zorgt voor hogere prijzen en een hoger btw-tarief doet dan de rest. Het mechanisme zal voor veel meer milieumaatregelen gelden: alleen de rijken kunnen zich nog vervuilende producten permitteren en de kosten van de opwarming worden bij midden- en lagere inkomens gelegd. Die moeten hun cv-ketel door een dure warmtepomp vervangen en hun tweedehandsje vervangen door een Tesla, en ze hebben vaak niet het geld en de ruimte om zonnepanelen op hun dak te leggen.

Nog voor de zomer wil het kabinet de onderhandelingen met werkgevers, milieubeweging, vakbeweging en andere belangengroepen over een nieuw klimaatakkoord afronden. Het gevecht zal gaan om welke sectoren het hardst moeten ingrijpen en wie daarvoor uiteindelijk de rekening betaalt. Gezien de samenstelling van het kabinet en de negatieve reacties van bewindslieden op het rapport van de Raad voor de Leefomgeving zullen de boeren tot 2030 ontzien worden – waardoor later veel harder gesaneerd moet worden. En wie de samenstelling van de onderhandelingstafels beziet, met een ondergeschikte rol voor de vakbeweging, heeft al een vermoeden wiens koopkracht er het meest onder zal lijden. Het milieustreven ‘de vervuiler betaalt’ legt de kosten nu eenmaal vooral bij de consument van het eindproduct. Kogelbiefstuk zal zo rond 2050 de prijs van kaviaar dicht gaan naderen.