Sarajevo – Het is druk bij het monument voor Mišo. Een vrijwilliger wrijft het glas voor zijn portret schoon, een ander herschikt de bruine schoen op de lege stoel in de hoofdstraat van Sarajevo. Dit is Mišo’s plek. Altijd geweest, zal het altijd blijven.
Sarajevo mist zijn laatste straatschoenpoetser. Het overlijden van Husein Hasani, alias Mišo, dompelt de stad in rouw. Direct werd een monument geïmproviseerd: zijn lege stoel, versierd met wat schoenpoetserparafernalia. Het is maar een voorproefje. Na een paar dagen kwam een handtekeningenactie op gang voor een blijvend monument. Geduldig wachten voorbijgangers voor het tafeltje naast Mišo’s lege stoel om te kunnen tekenen. ‘Hij was hier mijn hele leven’, zegt een keurige vrouw van een jaar of vijftig. ‘Sarajevo is niet meer hetzelfde zonder hem.’
De teller staat na vijf dagen op drieduizend steunbetuigingen, een aantal waar heel wat andere publieksacties jaloers op kunnen zijn. ‘Ons doel is tienduizend, daar zullen we nog wel een paar dagen voor nodig hebben’, zegt de jongen achter de tafel. Met zijn lange haar en skatersmuts is hij een onwaarschijnlijke bewonderaar van een archaïsch beroep als dat van de 82-jarige ‘oom’ Mišo. Hij bekent ook nooit van zijn diensten gebruik te hebben gemaakt. ‘Ik draag er de schoenen niet voor’, zegt hij en hij tilt zijn zwarte gympen op. ‘Maar hij was een symbool van de stad. Misschien wel hét symbool.’
Heel Sarajevo, en de vele correspondenten die de stad aandeden, herinneren zich hoe hij in weer en wind aan de straat zat, onberispelijk met zijn hoed en markante snor, beschut onder de uitstekende voorpui van een fastfoodzaak. Onverwoestbaar, een voorloper van het standbeeld dat er ongetwijfeld zal komen. Hij zong, danste en pareerde gevat opmerkingen van voorbijgangers. Oom Mišo was een verschijning uit de vorige eeuw, een eeuw die in Sarajevo, met zijn kronkelige straatjes en oude bazaar, altijd net iets dichterbij voelt dan in andere steden. Hij werd gekoesterd en in 2009 officieel gedecoreerd. ‘Ze vragen wel eens waarom een legende als ik nog steeds schoenen poetst’, zei hij in een van de vele reportages die er aan hem zijn gewijd. ‘Sarajevo’s laatste schoenpoetser’ staat er onder de lege stoel. Behalve weemoed is het ook een waarschuwing aan wie het gat zou willen opvullen. Zo eentje vind je niet gauw weer.