De voornaamste reden waarom ik nooit kinderen wilde, was de angst geen mens te kunnen worden. Vrijwel alle vrouwen die ik van jongs af aan bewonderde waren kinderloos of hadden hun kind(eren) verlaten, zoals Doris Lessing en Susan Sontag.

Zou ik het moederschap hebben aangedurfd wanneer ik voorbeelden had gekend als Mensje van Keulen en Femke Halsema? Nee, denk ik. Het idee om mezelf te reduceren tot een ‘moeder de vrouw’ was daarvoor te afschrikwekkend. De protesten tegen het Boekenweekthema ‘De moeder de vrouw’ zijn me dan ook uit het hart gegrepen. Waarom, zo vragen de ondertekenaars van een open brief aan de CPNB, is gekozen voor een thema ‘waarin de vrouw wordt geïdentificeerd met de moeder (en niet met bijvoorbeeld de huisarts of de postbode)’. Of met een heilsoldaat, een bekroonde schrijfster of de burgemeester van Amsterdam, voeg ik eraan toe.

De moeder van Martinus Nijhoff, aan wiens gedicht De moeder de vrouw het bizarre Boekenweekthema is ontleend, was heilsoldate, iemand die meer kon dan kinderen baren. Vandaar dat de zoon in het prachtige gedicht aan haar terugdenkt als hij een stoer wijf aan het roer van een schip psalmen hoort zingen. Volgens Trouw is Nijhoffs uit de context gelichte regel ‘een schot in de roos’, omdat de CPNB hiermee ‘een ode wil brengen aan het moederschap en aan de vrouw’. Maar wie zit er, afgezien van religieuze gekkies en achterlijke seksisten nog te wachten op een eerbetoon aan de vrouw als broedmachine?

Als dit Boekenweekthema geen seksistische grap of provocatie is, waarom is het Boekenweekgeschenk dan gegund aan een manlijke auteur die vooral bekend is wegens zijn – door mij bewonderde – ode aan ‘De Heer Onze Vader’? En waarom is er voor het Boekenweekessay een wederom manlijke schrijver gevraagd van wie we nog maar moeten afwachten naar welk type ‘moeder de vrouw’ zijn voorkeur uitgaat?

De jaloerse rotzak probeert haar het schrijven onmogelijk te maken

Ik sta kortom achter de protestbrief tegen Nijhoffs misbruikte regel als Boekenweekthema. Maar niet achter het daarin vervatte nogal suffe verzoek aan de CPNB om naast het geplande Boekenweekgeschenk en -essay een bundel uit te geven ‘waarin vrouwen en mannen aan het woord komen over moeders en moederschap’. Ook het voorstel om zowel een man als een vrouw een essay te laten te schrijven over Vasalis’ gedicht Moeder slaat nergens op.

Waarom geen massale gratis verspreiding van twee recente, adembenemende egodocumenten over ‘de vrouw als mens’? Mensje van Keulens Neerslag van een huwelijk: Dagboek 1977-1979 moet het alternatief Boekenweekgeschenk worden en Femke Halsema’s politieke memoires Pluche het essay. De twee auteurs hebben gemeen dat ze – onder meer dankzij hun stimulerende moeders – meer zijn geworden dan vrouw en moeder, net als mannen met kinderen die behalve vader ook arts, postbode, heilsoldaat, schrijver of burgemeester kunnen zijn.

Mensje van Keulen was al schrijver voordat ze moeder werd. Neerslag van een huwelijk is haar intieme dagboek waarin ze het als veelbelovende 32-jarige auteur uitschreeuwt van ellende over haar echtgenoot die haar geluk saboteert. De jaloerse rotzak probeert haar op alle mogelijke manieren het leven zuur en daarmee het schrijven onmogelijk te maken. ‘God ik voel me zo ongelukkig!’ noteert ze. ‘De laatste jaren van verdriet en wanhoop, het niet kunnen werken (…)’ En: ‘Ik houd dit niet vol (…) Boek, help me!’ Maar het boek dat ze wil schrijven kan haar niet helpen, zolang haar man haar het werken belet. Een van de redenen waarom ze ondanks zijn wreedheid bij hem blijft, is dat ze verlangt naar een kind. Pas als ze zwanger is, besluit ze voor zichzelf (en het kind) te gaan zorgen en kan ze de succesvolle schrijver worden die ze is. Maar wat een eenzame worsteling is daaraan voorafgegaan.

Ook Femke Halsema’s talent was al gespot voordat ze moeder werd. ‘Als beginnende dertiger realiseer ik me dat de gedachte aan kinderen de komende jaren dwingender kan worden, maar verlangen ernaar doe ik niet’, schrijft ze in Pluche. Een paar jaar later is ze als fractievoorzitter van GroenLinks in de Tweede Kamer niettemin zwanger van een tweeling. Kan gebeuren. Haar partner steunt haar, vele anderen niet, blijkt uit haar memoires: ‘In NRC schrijft de parlementaire journalist Frank Vermeulen dat ik door zwanger te zijn “de facto twijfel veroorzaak aan mijn leiderschap”. Over Wouter Bos, wiens vrouw tegelijkertijd in verwachting is, wordt dit oordeel niet geveld.’

Nu Halsema burgemeester van Amsterdam wordt, is ze opnieuw doelwit van jaloerse seksisten. Maar wie Pluche heeft gelezen, weet dat zelfs de grofste aanvallen en bedreigingen haar er niet van zullen weerhouden om – net als Van Keulen – mens te zijn in plaats van een simpele ‘moeder de vrouw’.

Verspreid alsjeblieft hún boeken, CPNB, om jullie beledigende miskleun te corrigeren.