Er schuilt inderdaad een kleine GBJ in de inborst van Bolkestein, en de irritatie daarover begint in het Haagse nu steeds duidelijker vormen aan te nemen. Op de vleugels van zijn succes begint de bemoeizucht van Bolkestein werkelijk manische vormen aan te nemen. Hij is veranderd in een kakelende opera van opinies, een vierentwintig uur per dag vingerwijzingen, amendementen en aanscherpingen uitbrakende politieke machine, bezig aan een permanente electorale campagne op ieder mogelijk terrein. Het kan niet lang meer duren eer deze driftig stomende snelkookpan uit elkaar spat.
Ondertussen begint de onvrede over de hompen gebakken lucht die de VVD-fractieleider in steeds grotere hoeveelheden als feestelijke taarten serveert, hand over hand toe te nemen. Het enthousiasme waarmee hij iedere ingezonden brief van zijn hand laat opnemen in kloeke ‘essaybundels’ zegt wat over de verregaande vorm van eigendunk waardoor deze politieke desperado wordt gedreven.
Het wezenlijke probleem van Frits Bolkestein is dat hij altijd een rebel is gebleven. Hij begaf zich medio jaren zeventig in de Nederlandse politiek in het kader van een kruistocht tegen het uyliaanse socialisme en twintig jaar later is hij daar nog steeds mee bezig, zich niet realiserend dat zijn opponenten al dood en begraven zijn en het staatsmodel waartegen hij zich richt alleen nog maar bestaat uit een vage, sentimenteel stemmende herinnering.
Bolkestein kan niet relativeren, zoals Hans Wiegel dat verleden week zo treffend verwoordde in de kolommen van dit blad. Vandaar het hoge vandalistische karakter van zijn wijze van politiek bedrijven: Bolkestein heeft blijkbaar maar half door dat zijn partij zich inmiddels in een regeringscoalitie bevindt. Misschien kan hem dat wel helemaal niets schelen, en is hij zoals het een ware provocateur betaamt nu bezig aan de vernietiging van het systeem van binnenuit.
Een dergelijke wijze van politiek bedrijven wordt gekenmerkt door een hoog gehalte zelfbevrediging en een zo min mogelijke mate van constructiviteit. Het is uiteindelijk hoogmoed en in dit koninkrijk der calvinisten weten we hoe het daarmee uiteindelijk vergaat. Een teken aan de wand is dat nu zelfs Paul Rosenmoller zijn bewondering voor Bolkestein niet onder stoelen of banken steekt. Gegeven de kwaliteit van de politieke antenne van het GroenLinks-opperhoofd is dat niet minder dan een doodvonnis op termijn.
Redactioneel
De snelkookpan van frits bolkestein
‘Het heeft allemaal een hoog Hilterman-gehalte’, zo oordeelde CDA-leider Enneus Heerma onlangs over de nimmer aflatende activiteiten van Frits Bolkestein. Dat was niet alleen een aanzienlijk zoetgevooisder verwijt aan het adres van de liberale voorman dan de vergelijkingen met Flip Dewinter en Janmaat zoals CDA-Europarlementariers Hanja Maij-Weggen en Arie Oostlander die trokken, het was ook een stuk dodelijker.
www.groene.nl/1995/10