De schok die de nederlaag binnen de Labourparty veroorzaakte was zo groot, dat de oude aan vermolming lijdende socialistische beweging in één klap rijp werd voor de grote verandering. De verslagen Kinnock, een soort blue-collar-arbeider met een wit overhemd, verdween; John Smith, spits Schots advocaat kwam, maar ging plotseling dood. De New Age voor Labour kon beginnen, in de zomer van 1994, met Tony Blair, net veertig, maar al tien jaar parlementariër, afgestudeerd aan het duurste college van Oxford (St. Johns, rechten), vervaarlijk debater en kerkgaand christen. Het is vaak gezegd en het blijft onverminderd waar: Blair zou de perfecte leider zijn geweest van de Conservatieve Partij. In het Lagerhuis verschrompelt John Major (vader trapeze-artist, lower-lower-middleclass) tegenover Blair dikwijls tot kabouterformaat.
Opererend als een verlicht despoot heeft Blair de Labour Party hervormd tot een moderne centrum-linkse beweging met grote aantrekkingskracht op jonge mensen. De macht van de vakbonden werd gebroken, het bloedrode programma werd herschreven (afschaffing van de beruchte nationaliseringsparagraaf), een totaal vernieuwde interne structuur kwam tot stand plus een nieuwe naam: New Labour. Natuurlijk is Old Labour er ook nog. Zelfs Tony Blair kan niet in drie jaar bijna een eeuw historie volledig ongedaan maken. Blairs pragmatische oplossing: John Prescott plaatsvervangend leider maken. Deze econoom, ooit steward op de grote vaart, hemelse orator, is de geniale zoethouder voor de oude garde. De rest van Blairs schaduwkabinet valt ook te omschrijven als degelijk en briljant.
Tegen deze formidabele oppositie moet de oververmoeide Conservatieve Partij van John Major het over luttele weken opnemen. Het lijkt onbegonnen werk. De opiniepeilers worden kaal van narigheid. Ze hebben, na de catastrofe van 1992, hun systemen ‘bijgesteld’. Mal gevolg: waar Mori New Labour inschat op een voorsprong van 21 punten, komt Gallup uit op 12. Over één ding zijn de vorsers het echter eens: de achterstand is voor Major en de zijnen niet in te lopen.
John Major voert de verloren strijd ook nog op een erbarmelijke manier. Kies Labour, trompetteren de Conservatieven, en de belastingen zullen worden verhoogd, want socialisten, dat zijn big spenders. New Labour, een mooie naam voor Old Labour, zal zich volledig onderwerpen aan de bureaucraten van Brussel, de eenheidsmunt slikken en de beeltenis van onze koningin laten verdwijnen. En ze zullen de sociale paragraaf accepteren. Daardoor zal de werkloosheid drastisch toenemen, zoals deze week bleek in Duitsland; als u er een half miljoen werklozen in één week bij wilt, kies dan New Old Labour. De scholen zullen gelijkgeschakeld worden, als u uw kind socialistisch wilt laten indoctrineren, kies dan vooral Labour. Maar als u prijs stelt op vrijheid van meningsuiting, kies dan ons.‘
In hun armetierige wanhoopsstrategie kwamen de Conservatieven de afgelopen weken met twee projectielen die in hun eigen handen ontploften. Zonder enig overleg met wie dan ook verkondigden ze dat ze een nieuw jacht zouden laten bouwen voor de koningin, want de oude 'Britannica’ was het koninklijk huis niet meer waardig. De hoop was dat Labour zou laten weten niets voor een nieuw jacht te voelen. Maar Labour-schaduwminister van Financiën, de vlijmscherpe Gordon Brown, maakte snel bekend dat een nieuw jacht er zo nodig zou komen met steun van het bedrijfsleven. ‘Een drijvende reclamezuil dus’, kreten de Conservatieven prompt, daarmee het bedrijfsleven op de kast jagend. Mislukt dus.
Vorige week: een plan tot privatisering van de Londense ondergrondse. De verwachting was dat iedereen hoera zou roepen, privatisering immers zou betekenen: beter vervoer. Maar de Londenaars zagen maar één gevolg: nog hogere tarieven. Het plan werd snel afgeblazen.
En ook het grote onderwijsvernieuwingsplan dat Major dinsdag tijdens een persconferentie lanceerde, werd direct door Labour van tafel gelachen. Als het zo slecht gesteld is met ons onderwijs, wie is daar dan verantwoordelijk voor?
De moeilijkheid voor de Conservatieven is dat ze weinig hebben om trots op te zijn. Ze hebben in de achttien jaar dat ze regeerden, honderden miljarden, verworven uit privatiseringen, laten verdwijnen in de consumptie. En dat terwijl de infrastructuur jammerlijk verouderde. Het gekke-koeienziekteschandaal is een direct gevolg van de erbarmelijke toestanden in de slachthuizen in de jaren zeventig.
De strop rond de Conservatieve nek zal waarschijnlijk nog verder worden aangehaald op 27 februari, tijdens een tussentijdse verkiezing in Wirral South. De peilingen voorspellen dat de (overleden) Conservatief zal worden opgevolgd door een Labour-kandidaat. Niet leuk voor de Conservatieven, zo vlak voor algemene verkiezingen, die uiterlijk 1 mei zullen plaatsvinden. Er wordt dan ook rekening gehouden met de mogelijkheid dat Major de pijnlijke Wirral-uitslag zal proberen te voorkomen door de algemene verkiezingen te vervroegen - naar 20 maart - waarmee Wirral komt te vervallen.
Er is overigens een kans dat Tony Blair met zijn New Labour straks boven de vijftig procent uitkomt. Dat zal dan voor het eerst zijn sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog dat een partij echt een stemmenmeerderheid heeft. Al blijft het theoretisch mogelijk, met vijf partijen in de race en het stelsel der eenvoudige meerderheid per district, dat je met meer dan de helft van de stemmen lang niet de helft van de Lagerhuiszetels binnenhaalt. Dat is dat ondemocratische Britse kiessysteem. Labour wil dan ook, in samenwerking met de liberalen, die de derde partij vormen, het kiesstelsel veranderen. Naar evenredige vertegenwoordiging, ongeveer het Nederlandse model. Alleen al daarom moeten aanhangers van een democratisch stelsel hopen dat New Labour ofwel op 20 maart ofwel op 1 mei de macht in het Verenigd Koninkrijk zal overnemen.
Redactioneel
De strop rond de conservatieve nek
De Britse Labourparty heeft veel te danken aan Neil Kinnock. Als Kinnock, leider van Labour, niet vlak vóór de verkiezingen van april 1992, voor live camera’s zijn ‘overwinning’ had gevierd, dan had waarschijnlijk Kinnock echt Downingstreet 10 als premier mogen betrekken. Maar John Major won. De opiniepeilers stonden in hun onderbroek.
Uit: De Groene Amsterdammer van
www.groene.nl/1997/7
www.groene.nl/1997/7