Halverwege de Teledoc De race wordt Leo Kouwenhoven, natuurkundige en wereldberoemd nanowetenschapper te Delft, gebeld door een redacteur van een tv-programma. Het is 2014 en we zijn op een feestelijke receptie nadat minister van Economische Zaken Henk Kamp officieel de oprichting van QuTech heeft aangekondigd, dat hij omschrijft als ‘centrum voor toponderwijs, toponderzoek en top-engineering; onze Deltawerken van morgen’. Lang daarvoor hebben we Kouwenhoven op het ministerie al zien lobbyen, want in deze branche kan een geleerde zich niet beperken tot publiceren, college geven en het lab. Met succes dus. De bellende vrouw: ‘Ik heb me een beetje verdiept in de kwantumcomputer, maar ons grootste probleem morgen is: is het begrijpelijk voor de kijkers?’ Ik schiet in de lach: háár hoef je kennelijk niks meer uit te leggen, maar ja, de kijker. Kouwenhoven: ‘Dat is inderdaad het punt, want wij begrijpen het zelf ook niet, hè.’ ‘Wat zeg je?’ ‘Wij begrijpen het ook niet.’ Zij weer, nu casual, collega’s onder elkaar: ‘Nee, ik begrijp het ook niet goed.’
Twee vliegen in één klap: de voorgesprekjes voor tv-uitzending in hun tenenkrommendheid; en de kloof tussen wetenschappers en leken, ook of juist als die wetenschapper Socrates nazegt: ‘Ik weet dat ik niets weet’. Zelf waande ik me, dankzij een tekstkaart in de film, even gelijk aan Einstein: die zei ooit dat als de kwantummechanica klopte, de wereld krankzinnig was. Einstein had gelijk, zegt ander kwantumgenie, Daniel Greenberger, gevat: de wereld ís krankzinnig.
Ik mag alfa in het kwadraat zijn; de documentaire van David Kleijwegt is zeer informatief. Omdat in simpele voorbeelden en metaforen toch gepoogd wordt enigszins uit te leggen wat de theorie van kwantummechanica behelst en welke verwachtingen er bestaan als die ooit (of binnenkort) tot een supercomputer leidt (Delft zit in de kopgroep, als universiteit en inmiddels als zelfstandig Microsoft-Instituut waarheen Kouwenhoven overstapte). Kleijwegt blijft weg van het persoonlijk leven van zijn hoofdpersoon, op de boerenafkomst in Pijnacker na (een verademing nu de intimiteiten van beroemdheden je om de oren vliegen), maar één aspect komt wel aan de orde. Kouwenhoven had kanker, maar de therapie heeft zijn immuunsysteem aangetast, waardoor elk virusje effect heeft. Impliciet wordt duidelijk dat een van de verwachtingen over de kwantumcomputer met zijn gigantische rekenkracht is dat die voor gepersonaliseerde medicatie kan zorgen. En precies dat is ook de motivatie van een van Kouwenhovens promovendi en rechterhanden die voorheen in de gezondheidszorg werkte.
Mooi om de relatie tussen leermeester en pupillen te zien (sommigen haken gedesillusioneerd af vanwege schijnbare sisyfusarbeid); mooi om te zien hoe concurrentie tussen toppers in de race om de computer én de Nobelprijs vriendschap niet uitsluit. Leerzaam om te zien hoeveel mislukkingen en krankzinnig dure apparaten, mede gebouwd op basis van intuïtie en hoop, de queeste bepalen. En angstaanjagend, omdat vooruitgang een tweesnijdend zwaard is en die computer ook ten kwade gebruikt kan worden. Maar ook: je kijkt in de keuken van de Nielsen Bohr van deze tijd.
David Kleijwegt, De race, VPRO Teledoc, maandag 4 februari, NPO 2, 20.25 uur