Het communisme: net op tijd verslagen.
Het ik-tijdperk: is onderhand voorbij.
Het yuppendom: was nimmer iets voor mij.
Nix: werd nooit door volwassenen gedragen.
Tot de patatjeugd wou ik nooit behoren.
New Age: troep! Strekte mij nimmer tot lering.
Ik flirtte nooit met McDonaldisering.
De hapsnap-generatie lijkt verloren.
Nooit het liberalisme warm omhelsd.
En rechts gehaat, al waren zij het felst.
Nieuw Flinks: had niemand die boys kunnen remmen?
Voor mij geen Melkert, geen Dijkstal, geen Kok.
Ik geloof niet in die paarse belle époque:
zo dwingt men mij om zwevend te gaan stemmen.