VRIJ, ONVERVEERD
NEDERLANDSE UITGEVER IN LONDEN BEDREIGD
LONDEN –Britse uitgevers behoren niet tot de dappersten ter wereld. Een kleine kans op een smaadzaak, of een verontwaardigde moslimfanaticus, kan al leiden tot het niet publiceren of het uit de handel nemen van een boek. Een uitzondering in dit klimaat van de angst is de Nederlander Martin Rynja met zijn onafhankelijke en florerende uitgeverij Gibson Square. Afgelopen weekeinde betaalde hij een prijs voor zijn moed: drie inmiddels gearresteerde moslimterroristen wierpen een brandbom in zijn kantoor annex woning in de Londense buurt Islington. De 44-jarige uitgever – en zijn hond – bleef ongedeerd.
Een klein decennium geleden startte Martin Rynja in zijn woning aan het pleintje Gibson Square zijn gelijknamige uitgeverij. Met een startkapitaal van een paar duizend pond bouwde hij een fonds op met boeken die niemand anders durfde uit te geven. Aanvankelijk waren dat vooral ‘smaadgevoelige’ publicaties. Immers, het Verenigd Koninkrijk heeft sinds de Victoriaanse dagen de strengste smaadwetgeving ter wereld, één waarbij de bewijslast bij de gedaagde partij ligt. De ‘libel’ is zo stringent dat er tegenwoordig zelfs sprake is van ‘smaadtoerisme’. Zo dreigde George W. Bush’ adviseur Richard Perle de journalist Seymour Hersh in Londen aan te klagen na een reeks kritische stukken.
Rynja, die wijsbegeerte studeerde in Leiden en rechten in Oxford, leest omstreden boeken niet alleen met een literair, maar ook met een juridisch oog. Zijn eerste klapper was Craug Ungers House of Bush, House of Saud, waar geen enkele Britse uitgever zin in had. Zelfs Amazon.co.uk dorstte het onthullende en controversiële boek aanvankelijk niet te verhandelen. Rynja liet de Amerikaanse onderzoeksjournalist een paar passages herschrijven om verongelijkte sjeiks en hun advocaten de wind uit de zeilen te nemen.
Een andere omstreden publicatie was O.J. Simpsons If I Did It, dat in Amerika uit de handel was genomen onder druk van de publieke opinie. Aan deze kant van de plas toonde alleen Rynja interesse. Voor het Kremlin bleek hij evenmin bevreesd: hij publiceerde Blowing Up Russia, van de in Londen vermoorde Alexander Litvinenko. Deze reconstructie van de voormalige KGB-agent van de machtsovername van Vladimir Poetin is verboden in Rusland.
Het grootste gevaar lijkt uiteindelijk te komen vanuit islamitische hoek. Twee jaar geleden al baarde Rynja opzien met Melanie Philips’ Londonistan: How Britain is Creating a Terror State Within. Een collega-uitgever zei liever ricine in te nemen dan hiermee naar de drukker te gaan. Het boek werd een succes en ellende bleef uit. Met de aanstaande uitgave van The Jewel of Medina, een fictief verhaal van de relatie tussen de profeet Mohammed en zijn minderjarige bruid Aïsha, van de Amerikaanse schrijfster Sherry Jones, heeft Rynja echter de toorn gewekt van Allah’s literatuurcritici, die gevaarlijker zijn dan de smaadrechter.
PATRICK VAN IJZENDOORN
BELASTE PREKEN
DOMINEES OP CAMPAGNE
NEW YORK – Christenen die op Barack Obama stemmen, lijden aan ‘ernstige morele schizofrenie’. Dat vindt dominee Ron Johnson van Living Stones Church in Crown Point, Indiana. De standpunten die de Democratische presidentskandidaat heeft op het gebied van abortus en homorechten ‘staan lijnrecht tegenover Gods waarheid, zoals geopenbaard in de Bijbel’, zei Johnson afgelopen zondag in zijn kerk.
Wát de conservatieve dominee zei, was geen verrassing: Obama is voor het recht op abortus en steunt samenlevingscontracten voor homokoppels. Dát de dominee het zei, en dat hij ook nog eens journalisten bij zijn kerkdienst had uitgenodigd, was een daad van verzet. Samen met 32 andere dominees en ondersteund door de lobbygroep Alliance Defense Fund (ADF) probeert hij een debat uit te lokken over de vrijheid van meningsuiting van predikanten.
Kerken hoeven in de Verenigde Staten geen belasting te betalen, maar daar staat tegenover dat ze zich politiek niet mogen uitspreken. Als privé-persoon kunnen dominees een steunbetuiging aan een politieke kandidaat geven – en dat doen velen – maar in hun kerk moeten ze neutraal blijven. Die interpretatie uit 1954 van een van de artikelen van de belastingwetgeving wil de ADF ter discussie stellen. ‘Dominees hebben een grondwettelijk recht om zich vanaf de kansel uit te spreken over bijbelse waarheden zonder angst of vervolging’, ronkte ADF-advocaat Erik Stanley zondag.
De altijd om liquiditeit verlegen zittende Amerikaanse belastingdienst, de Internal Revenue Service (IRS), heeft direct inspecteurs op de kerken afgestuurd om te bepalen of de preken inderdaad tegen de wet ingaan en of de kerken alsnog belast kunnen worden. Een aantal van de 33 dominees sprak zich expliciet uit voor de Republikeinse kandidaat John McCain, anderen, zoals Johnson, durfden dat net niet, maar lieten er geen twijfel over bestaan dat de Democratische kandidaat hun zegen niet zal krijgen.
Nota bene het kerkgenootschap waarvan Barack Obama tot voor kort lid was, de United Church of Christ, kwam vorig jaar in problemen, toen Obama tijdens de nationale jaarvergadering van de kerk een toespraak had gehouden. De presidentskandidaat sprak over politieke thema’s als gezondheidszorg en de oorlog in Irak, waarmee de kerk volgens de IRS ‘mogelijk bij politieke activiteiten betrokken was’. Na onderzoek concludeerde de IRS niettemin dat de toespraak door de beugel kon en dat de Obama-folders niet ín het conventiecentrum, maar net erbuiten waren verspreid. Ook zijn kerk hoeft nog steeds geen belasting te betalen.
Met de uitgesproken steunverklaringen van afgelopen weekend zal dat lastiger worden. Bovendien hebben de in veel gevallen vermogende dominees direct een andere discussie losgemaakt. David Silverman, woordvoerder van American Atheists: ‘Waarom betalen dominees eigenlijk geen belasting? Er zijn meer kerken in dit land dan pizzeria’s en geen kerk betaalt grondbelasting, zelfs als ze niets doen om de gemeenschap te helpen. In deze tijd van economische onzekerheid hebben de mensen het recht op de laagste en eerlijkste belastingheffing mogelijk, en ik denk dat we zouden moeten beginnen met het belasten van kerken.’
PETER VERMAAS
LESJE VOOR WILDERS
HET STRAATBEELD IN ITALIË
ROME – Geert Wilders zou zich in Italië bij de regering-Berlusconi prima thuis voelen. Want Wilders’ oplossing voor het straattuig in Gouda – het leger erop afsturen – lijkt regelrecht te komen uit de regeringsplannen van de Italiaanse mediamagnaat.
Bij het ‘tuig’ in Italië gaat het niet alleen om relschoppers, raddraaiers, kruimeldieven en tasjesrovers, maar ook om verkrachters, overvallers en terroristen. En laten we vooral de maffia niet vergeten. Het leger in Italië lijkt overal voor inzetbaar. Problemen met afvalverwerking in Napels? Laat het leger de stortplaatsen maar bewaken. Een verkrachting bij een verlaten station aan de rand van Rome? Patrouillerende soldaten moeten herhaling voorkomen. Camorristen schieten nabij Napels zes Nigerianen dood? Hup, het leger erop af.
Al is Italië binnen Europa een relatief veilig land als het gaat om berovingen, overvallen en dergelijke – de georganiseerde misdaad even buiten beschouwing gelaten – de bevolking voelt zich steeds onveiliger op straat. Om dat gevoel te veranderen besloot Berlusconi deze zomer het leger in te zetten. Want een soldaat met mitrailleur in de aanslag geeft de meeste Italianen een veilig gevoel.
Berlusconi komt daarmee ook tegemoet aan de wensen van zijn coalitiepartners Alleanza Nazionale (AN) en Lega Nord. Historisch gezien staat de rechts-conservatieve AN, als degelijke, volwassen zoon van de neofascistische partij MSI, het dichtst bij het leger en de ordediensten. Dus kreeg zij het ministerie van Defensie. De xenofobe, separatistische Lega Nord maakte de grootste verkiezingswinst door in te spelen op het thema veiligheid en kreeg het ministerie van Binnenlandse Zaken toebedeeld. Gezamenlijk besloten beide ministeries tot de inzet van het leger op straat. Duizend soldaten patrouilleren samen met de politie en carabinieri in de straten van negen grote Italiaanse steden; gemiddeld iets meer dan honderd soldaten per stad. Niet veel voor metropolen als Rome en Milaan, maar het is het beeld dat telt.
Dat beeld van patrouillerende soldaten op straat hebben de Italianen dan ook dagenlang op de televisiejournaals (onder meer die van Berlusconi) gezien en dat beeld verhoogt hun gevoel van veiligheid. Dat de soldaten niets weten van burgerrechten en de grenzen van de rechtsstaat (ze mogen bijvoorbeeld geen arrestaties verrichten) is blijkbaar niet belangrijk.
Oppositieleider Veltroni verwijt de premier zich als Poetin te gedragen, wiens autoritaire regering de democratie ondermijnt. Berlusconi echter is, juist dankzij zijn daadkracht, weer in populariteit gestegen. Wilders kan er wat van leren. Maar misschien moet hij eerst een paar tv-zenders opkopen.
HEDWIG ZEEDIJK
KHALLAS!
RUST IN DE MOSKEE
DAMASCUS – ‘Er wordt hier vanavond niet ge-iftard, alleen gebeden!’ Terwijl een oude man de enorme gebedsruimte door hobbelt om zijn boodschap te verspreiden, verlaten enkele tientallen mensen mompelend de Umayyaden-moskee. Het is kwart over zes, dinsdag 23 ramadan. De avond valt over Damascus’ beroemdste heiligdom. Het licht van de schemering valt door de enorme koepel boven de gebedsruimte. Beneden zijn groepjes mensen aan het bidden, slapen, lezen, en spelen kinderen. De Umayyaden-moskee, oppervlakte ruim vijftienduizend vierkante meter, is een schitterende combinatie van klassiek islamitische architectuur, toeristische trekpleister en rustplaats voor gelovigen en bezoekers, in het hart van oud Damascus.
De afgelopen jaren nam Damascus’ voornaamste moskee ook een prominente plaats in tijdens de belangrijkste islamitische maand: als een groot openluchtrestaurant. Duizenden gelovigen kwamen rond zonsondergang bij elkaar op de binnenplaats en braken daar gezamenlijk het vasten. Maar deze avond ligt het gebedshuis er verlaten bij. Als de zon om kwart voor zeven onder is, krijgen de pakweg 75 aanwezigen weliswaar een handje dadels – waarmee traditioneel het vasten wordt gebroken – maar voor de echte iftar moet men ergens anders zijn.
‘In overleg met het ministerie van Religieuze Zaken hebben wij besloten dit jaar geen iftar te organiseren in de Umayyaden-moskee’, zegt een van de voedselmanagers van het Project voor Voedselbehoud in Damascus, waar men liever zijn naam niet geeft, omdat ‘wij Allah’s werk niet doen om beroemd te worden’. Drie jaar geleden blies deze islamitische liefdadigheidsinstelling, die voedsel en geld inzamelt om de armen te voeden, de traditionele iftar in Damascus’ oudste moskee nieuw leven in. Het evenement, voornamelijk bedoeld voor de arme medemoslim, had echter onverwachte consequenties. ‘Het gratis eten trok nogal wat profiteurs aan’, zegt een medewerker met minder gevoel voor politiek. ‘Er kwamen mensen die helemaal niet vastten of zelfs niet eens moslim waren!’ En dat was niet de bedoeling.
Als zijn collega’s even weg zijn, doet Mohammad van de schoenenbalie er nog een schepje bovenop. ‘Die iftar hier, het werd gewoon een rotzooi iedere keer. Vijftienduizend mensen op de binnenplaats leverde nogal wat problemen op. Ruzietjes, een enorme berg afval en andere ellende. Daarom heeft het ministerie dit jaar gezegd: “Khallas.” Afgelopen.’ Mohammad, die medeverantwoordelijk is voor het stofzuigen van vijfduizend vierkante meter gebedsruimte, vindt het wel best zo. ‘Al die viezigheid is ongepast in een moskee, en zeker in deze. Haraam.’
En dus is de iftar in de Umayyaden-moskee wederom verleden tijd. Het Project voor Voedselbehoud verdeelt de giften nu via lokale liefdadigheidsinstellingen, zodat ze ten goede komen aan mensen die het echt nodig hebben. En volgend jaar? ‘Dat weet alleen Allah’, zegt Mohammad. ‘En de minister van Religieuze Zaken.’
REMCO ANDERSEN
LUCTOR ET EMERGO
POLITIEK DEBAT IN ZUID-AFRIKA
JOHANNESBURG – Om half zeven was de zaal tot aan de nok toe gevuld. Duizend mensen waren naar de Universiteit van Witwatersrand gekomen om te luisteren naar wat een panel van deskundigen over de toekomst van Zuid-Afrika te zeggen had. Fantastische opkomst, zeker gezien het feit dat de discussie overhaast werd georganiseerd, aangedreven door de stormachtige politieke gebeurtenissen.
Een president die onder enorme druk van zijn eigen partij zeven maanden voor de verkiezingen aftreedt. Zijn gedoodverfde opvolger tegen wie al jaren zware aanklachten van corruptie lopen. Een interim-president van wie vrijwel niemand iets weet. Ministers die opstappen. Geruchten over een breuk in de almachtige regeringspartij. En een minister van Financiën die eigenhandig de wisselkoers laat jojo’en door aan te kondigen dat hij ontslag neemt, of nee, zich toch beschikbaar stelt voor een nieuw kabinet. Stabiel is anders.
Dus keken duizend mensen met een mengeling van hoop en vrees naar het panel der wijzen dat hun zou vertellen waar het naartoe gaat.
De vier wijzen wisten het natuurlijk ook niet. De een zei dat hij enorm opgelucht was dat president Thabo Mbeki eindelijk opgedonderd was. De ander zei juist dat Mbeki’s belangrijke bijdrage aan de opbouw van de jonge democratie pas duidelijk zal worden als de rust weer is teruggekeerd. De een vond dat het gedwongen ontslag van Mbeki de antidemocratische tendensen in Zuid-Afrika blootlegde. De ander vond het juist een teken van politieke volwassenheid dat deze ‘koningsmoord’ binnen de grenzen van de grondwet had plaatsgevonden.
Razend interessant, maar het bleef koffiedik kijken. Dan het publiek. Dat leefde intens mee. Achter ons discussieerden drie studenten vol overtuiging over hun ex-president. De sprekers kregen luid applaus van de verschillende facties in de zaal als zij Mbeki aanvielen of prezen. De vragen uit het publiek waren kort en scherp. Zo scherp dat het panel meermalen het antwoord schuldig bleef. Zal het ANC uiteenvallen? Niemand die er iets zinnigs over kon zeggen.
En het wonderlijke was: ondanks alle zorg heerste er een positieve energie, een opluchting dat de bom eindelijk was gebarsten na maanden van duistere interne strijd binnen het ANC. In tijden van onrust openbaart zich de ware Zuid-Afrikaan: sterk, weerbarstig en robuust. Al bijna vierhonderd jaar is die land in die kak. Verbitterde oorlogen tussen zwart en zwart, blank en zwart en blank en blank hebben diepe sporen nagelaten. Vlak voor Mandela aantrad, ontploften er nog bommen en leek een burgeroorlog onvermijdelijk. Het huidige politieke gevecht is een crisisje van niks. Worstelen en bovenkomen, dat is de ware erfenis van de Hollanders die hier in 1652 voet aan wal zetten.
FRED DE VRIES