De Amerikaanse indierockband The National met leadzanger Matt Berninger treedt op in een uitverkochte Afas Live, 25 Oktober 2017. ©  Paul Bergen/ ANP

‘It’s not what I meant to say at all’, zingt Matt Berninger halverwege het nummer Tropic Morning News. En even daarna, in het aanstekelijke refrein: ‘I was so distracted then/ I didn’t have it straight in my head.’ Die tekst zou een beginselverklaring kunnen zijn van de vijfkoppige Amerikaanse band The National – of anders tenminste een overtuigende samenvatting van hun werk. De muziek klinkt op zichzelf meestal best energiek, met als fundament een mengeling van rock en pop, uptempo-drums, soms stevige gitaren, af en toe toegankelijke keyboardloopjes; de krakerige stem van frontman Berninger zorgt intussen steevast voor melancholisch reliëf. De zeurderigheid ligt daarbij weleens op de loer, maar The National bewaakt de grens tussen kunst en kitsch al ruim twintig jaar knap.

Op de beste nummers klinkt de muziek zoals op Tropic Morning News: toegankelijk en emotioneel, maar nergens zwelgend. Je hoort het dan allemaal in Berningers stem: het tasten, het hunkeren, het net niet concreet kunnen maken van wat er nou eigenlijk gezegd moet worden. Tot welke ‘you’ richt hij zich in deze vertelling? Een geliefde, een ex? Wat wilde hij dan eigenlijk wél zeggen? Is hij nou somber aan het terugblikken op de tijd dat hij het allemaal niet straight in zijn hoofd had, of is hij – getuige ook die ferme muzikale ondergrond – juist strijdvaardig?

Er staan meer van zulke fraaie momenten op First Two Pages of Frankenstein, het nieuwe, negende National-album. Berninger zingt vertrouwd meeslepend over heimwee, over liefde, over wat hij allemaal net niet gezegd krijgt – soms voluit, soms met ingehouden nostalgie: ‘I keep what I can of you/ Split second glimpses and snapshots and sounds/ You in my New Order T-shirt.’ Weer rijst die intrigerende vraag: om welke ‘you’ gaat dit? En waar is hij of zij gebleven?

Toch gaat First Two Pages of Frankenstein maar weinig echt fonkelen. Hoe behendig het allemaal ook in elkaar is gezet. Hoe groot sommige gastartiesten ook zijn: Taylor Swift, Sufjan Stevens, Phoebe Bridges – allemaal prominente muzikanten die vooral opgaan in het geheel.

Dat heeft ongetwijfeld te maken met de toonvastheid van de band: deze elf nummers zijn vintage The National. En daarmee worden ze amper echt verrassend, of meeslepend. Misschien ook doordat er iets van de vroegere rauwheid verdwenen lijkt. Soms klinkt het alsof Berninger en zijn bandgenoten diep vanbinnen zelf ook beseffen dat ze door eenzelfde hoepel springen als op hun vorige albums, die ook al niet tot hun allerbeste behoorden.

‘You feel it in your nerves’, zingt Berninger zelf tegen het einde van de plaat, weer met die aangrijpende kraak in zijn stem, alsof hij het heeft over zijn eigen inspanningen – hij blijft bij uitstek een zanger die zijn persoonlijkste getob in mooie muziek kan vangen. ‘Don’t you understand/ Your mind is not your friend.’

The National – First Two Pages of Frankenstein