
Het is even ongemakkelijk stil. In beeld is burgemeester Elbert Roest. Hij zwijgt. ‘Kunt u mij horen?’ Deze vraag wordt niet gesteld door een van de zes raadsleden, klein en onderaan in beeld. ‘Niet horen?’ Het lijkt te komen van een van de andere twintig deelnemers aan deze raadsvergadering die zijn verstopt achter het vakje ‘+20’. ‘O jee.’ Roest steekt zijn duim op. ‘Toch wel? Als ik een duimpje zie ga ik gewoon verder.’
Raadslid Richard Kruijswijk (GroenLinks) komt nu groot in beeld en begint te praten over de kerntaken en bezuinigingen als ineens een tekstbalk in beeld verschijnt. Het is het, voor het grote publiek, zeer geheime chatschermpje waarmee de vergaderorde wordt bepaald. ‘Ik graag’, schrijft Henk Schell van de PvdA. ‘Ik ook’, schrijft Marielys Roos-Andriesse van Hart voor Bloemendaal.
‘Zou ik misschien ook wat mogen zeggen?’ Rob Slewe van zelfstandig Bloemendaal lijkt wat geagiteerd. ‘Waarom niet op volgorde?’ De griffier: ‘We vragen Richard om zijn scherm niet meer te delen.’ En weg is de chattekst. De burgemeester legt uit dat hij de volgorde hanteert zoals hij op zijn schermpje ziet. ‘Nou, als het zo gaat’, verzucht iemand verbeten.
Dankzij een spoedwet kunnen lokale overheden tijdens de coronacrisis digitaal vergaderen en zelfs besluiten nemen, dus experimenteren alle gemeenten volop. Het Noord-Brabantse Gemert-Bakel wil straks een ‘hybride’ bijeenkomst, waarbij een aantal raadsleden fysiek in het gemeentehuis is en een aantal digitaal mee vergadert. In de Zuid-Hollandse gemeente Ridderkerk zijn alle raadsvergaderingen tot en met juni van de agenda gevoerd.
In Alkmaar blikten lokale verslaggevers terug op een goede virtuele raadsvergadering, maar in Bergen, Staphorst en Emmen liepen de digitale bijeenkomsten uit tot een fiasco wegens technische storingen. En terwijl Hilversum en Voorschoten trots meldden dat ze voor het eerst digitaal wethouders installeerden, werd in Den Helder gesteggeld over burgemeester Jan Nobel die zijn ambtsketen niet droeg tijdens de virtuele raadsvergadering. Is de hele bijeenkomst dan wel geldig?
Het is kortom wat wennen. In het Belgische Izegem liet schepen (bestuurder) Tom Verbeke van de Nieuw-Vlaamse Alliantie per ongeluk zijn microfoon openstaan. ‘Godverdomme’, klonk het toen een raadslid van Groen aan het woord was. ‘Linkse, groene ratten.’ Het was een ‘te luide innerlijke opwelling’, zei Verbeke, en hij bood direct zijn verontschuldiging aan – ‘uit de grond van mijn hart’. Maar het relletje was al geboren.
Dit soort ongelukjes zijn in de Nederlandse gemeenteraden nog niet gesignaleerd. Maar ‘het was behoorlijk behelpen’, schreef Vlaardingen 24 over de eerste videovergadering van de raad daar. ‘Het alleen al opnoemen van de aanwezigen door voorzitter burgemeester Bas Eenhoorn kostte een minuut of tien.’ In het Algemeen Dagblad benoemde VVD-raadslid Arnold de Man uit de Hoeksche Waard het gemis aan dynamiek in het online debat. ‘Juist die is nu zo ontzettend belangrijk. De raad moet snel weer zichtbaar zijn voor de inwoners en merkbaar daadkracht tonen.’
Op BNR luidden anonieme raadsleden afgelopen week de noodklok: de lokale democratie zou op het spel staan wegens de coronacrisis. Ze krijgen vooral zeer slecht zicht op de financiën, ‘de ondoorzichtige miljoenenuitgaven aan noodmaatregelen’. Ze stuiten op een muur van ‘zwijgende burgmeesters en wethouders’ die er soms ‘projecten doorheen drukken’.
Waar bij BNR raadsleden zich anoniem beklaagden, spat de spanning in Bloemendaal zelfs thuis, in de veilige woonkamer van de verslaggever, van het computerscherm. ‘We zijn nog steeds bezig een crisis te managen’, vertelt burgmeester Roest terwijl de schermen van twee raadsleden al een tijdje op zwart staan. Eerder had hij uitgelegd dat de raad gewoon doorgaat als deelnemers uitvallen. ‘U moet zelf dan zo snel mogelijk terugkeren in het vergadercircuit.’ De raadsleden staan op ‘mute’, via het geheime chatscherm kunnen de raadsleden het woord vragen, de burgemeester bepaalt of ze dat krijgen.
‘Jezusmina’, klonk het toen de burgemeesters de spelregels voorlas. ‘Dit kan echt niet’, klinkt het als hij iets zegt over de afhandeling van integriteitsmeldingen en vervolgens wegvalt. Het i-woord ligt gevoelig in de Bloemendaalse raad die al jarenlang een mijnenveld is. Dit begon in 2009 met afgewezen vergunningen voor renovaties en verbouwingen op het landgoed Elswoutshoek van de broers Hans en Rob (inmiddels raadslid) Slewe.
Talloze rapporten (tot aan de nationale ombudsman aan toe) beschreven een verrotte – door de VVD gedomineerde – ons-kent-ons-bestuurscultuur. Maar ook de gemeenteraad zelf kan er wat van. ‘Er is een cultuur van grote assertiviteit en de eigen wil doordrijven’, schreef waarnemend burgemeester Aaltje Emmens-Knol in 2015 in een rapport over de bestuurlijke mores van de gemeente. ‘Ambtenaren zijn bang voor het maken van fouten.’ En: ‘De rechter wordt belangrijker gevonden dan het openbare bestuur.’
Kort daarop stapte ze bitter op. Ze was de tweede burgemeester die zich verbeet op het dossier Ewoutshoek. Roest is de vierde. Geheime stukken, afluisterpraktijken en de ene na de andere rechterlijke procedure; wie niet beter weet zou denken dat we het hier hebben over een schandaal van Watergate-achtige proporties. Maar we schrijven nog steeds over een landgoed in Bloemendaal – een van de rijkste gemeenten van Nederland met zo’n 22.000 inwoners.
In de politiek is de storm sinds 2015 niet meer gaan liggen. Bestuurders en ambtenaren sneuvelden. Begin dit jaar nog vroegen het voltallige college en de ambtelijke top per brief of partijen de ‘omgangsvormen’ wilden ‘aanscherpen’. Daarbij wordt dan vooral gekeken naar Hart voor Bloemendaal van Marielys Roos-Andriesse, een afsplitsing van Liberaal Bloemendaal, die ooit weer een afsplitsing was van de VVD.
Slewe hoorde ook bij haar partij, maar sinds begin februari is hij zijn eigen fractie in de raad. Dat gebeurde vlak voordat de gemeenteraad een motie, ingediend door de VVD, aannam die het handelen van Roos-Andriesse (vooral op sociale media) afkeurt. ‘De toon van Hart voor Bloemendaal is destructief en ondermijnend.’ Het onderwerp van afkeuring gooide meteen de knuppel in het hoenderhok. ‘Het is voor mij een erekwestie om voor dit deugexamen van de VVD te zakken.’ Rolf Harder van de VVD: ‘Woorden, teksten en verdachtmakingen maken soms meer kapot dan je lief is.’
Dat was in maart. Maar de oorlogstoon lijkt ook bij deze virtuele vergadering niet bepaald milder geworden. Ineens gaat het over mails die wel of niet zijn verzonden en usb-sticks. Voor de toeschouwer is het niet meer te volgen. ‘Nee, daar doel ik niet op!’ Roos roept boos, achter haar staat een oude houten klok, en op tafel een leeg wijnglas. ‘Ik dacht dat ík degene was die raadsleden het woord geeft’, zegt burgemeester Roest. ‘Maar ik doel daar niet op’, zegt Roos. Ineens valt het geluid weg, maar haar lippen bewegen wel. Zuchtend geeft Roest haar het woord. ‘Ik wil gewoon digitale recovery, klaar!’ Gerommel en de burgemeester is weer in beeld. ‘Goed, dank u wel, de discussie stop ik hiermee.’
Maar in Bloemendaal stopt een discussie nooit. ‘De burgemeester genoot van zijn nieuwe verworvenheden’, schrijft Roos meteen op haar site. ‘Zijn knoppen stonden vooral op: mond dicht want ik ben hier de baas.’ Digitaal vergaderen, meldt ze ook, is ‘de dood in de politiek’. Maar wie haar een beetje volgt weet: wordt vervolgd.