
What Happened: Hillary Clinton
Het boek had er helemaal niet moeten zijn. Al voor What Happened, Hillary Clintons verslag van haar verloren verkiezingsrace, in de winkel lag buitelden journalisten en columnisten over elkaar heen om duidelijk te maken dat ze niet bepaald naar het boek uitkeken. Die weerzin tegen Clintons boek is allicht invoelbaar vanwege de schok waar veel Amerikanen na de verkiezing van Trump nog in verkeren, maar fair is het niet. In de eerste plaats bestaat er in de Verenigde Staten een traditie van post-verkiezingsboeken. In de tweede plaats gaat de nationale conversatie in Amerika al maanden over hoe het heeft kunnen gebeuren dat een narcistische nitwit het Witte Huis veroverde – en dan zou een van de hoofdrolspelers daar niet haar licht over mogen laten schijnen? En in de derde plaats is het wel erg gemakkelijk om Hillary Clinton alle schuld in de schoenen te schuiven als het om het presidentschap van Trump gaat. Onder Obama hadden de Democraten al meer dan duizend zetels verloren in de verschillende staten en waren ze al de controle over het Huis en de Senaat kwijtgeraakt.

Het raadsel van de liefde: André Aciman
Voor zijn nieuwste roman heeft André Aciman zijn autobiografische gegevens achter zich gelaten. Zoveel kom je niet te weten over de hoofdpersoon Paul, behalve dat hij in New York woont en ooit zijn zomers doorbracht in een dorpje aan zee in Italië. Maar verder is hij net zo hunkerend en sentimenteel als alle eerdere hoofdpersonen. De roman bestaat uit vijf lange sierlijke verhalen, die in elkaar grijpen. De vertaling, van Nan Lenders, mist soms een paar woordgrapjes en om onduidelijke redenen wordt ‘sleeping together’ letterlijk vertaald als ‘met elkaar slapen’ (terwijl de affaire in kwestie zich toch echt in de middaguren afspeelt), maar verder is de tekst soepel en elegant en volgt de vertaler helder de verrassende draaiingen en overwegingen van Paul.
Lees hier de recensie

Een erfenis van spionnen: John le Carré
Le Carré’s nieuwe roman Een erfenis van spionnen begint met een loyaliteitsconflict – niet voor hoofdpersoon en meesterspion George Smiley, maar aan Smiley. De inmiddels bejaarde en gepensioneerde spion Peter Guillam wordt naar Londen geroepen om tekst en uitleg te geven over een incident dat zich meer dan een halve eeuw geleden afspeelde, waarbij de Britse spion Leamas en zijn Duitse geliefde Liz Gold aan de voet van de Berlijnse Muur werden doodgeschoten – een operatie waar de lezer heel duidelijk Le Carré’s doorbraakroman The Spy Who Came in from the Cold (1963) in herkent. Meteen bij aankomst in het nieuwe MI5-gebouw merkt Guillam dat de gezelligheid van ooit – ‘the infectious laughter’ die Andrew citeerde – nergens meer te bekennen is. Hij stapt een grote, gestroomlijnde, onpersoonlijke organisatie binnen, waar de vijand in dit geval niet de Russen zijn, maar de publieke opinie. Het zijn de kinderen van de vermoorde spion en zijn geliefde die op de poort bonzen en genoegdoening eisen, met de media achter hen aan. Al snel wordt het Guillam duidelijk dat ze achter zijn oude mentor aan zitten, de inmiddels spoorloze George Smiley (die inmiddels iets van honderd jaar oud moet zijn: Le Carré neemt het niet te nauw met tijdslijnen).
Lees hier de recensie

Hemelbestormers, de revolutie van de Tachtigers: Bart Slijper
Als achttienjarig verslaggevertje kwam Lodewijk van Deyssel kijken bij de Wereldtentoonstelling. Amsterdam 1 mei 1883. Naast het bijna voltooide Rijksmuseum kon je door de Nederlandsche Bell-Telephoon live een concert elders in de stad horen. Een rotatiepers drukte wel vijftig exemplaren per seconde van De Amsterdammer. Er stampten stoomweefgetouwen, industriële machines en nog veel meer wonderen die de inwoners verbluften. Koning Willem III deed de opening. En daar stond Van Deyssel: ‘Op een mul zanderig terrein’, waar je belandde als je niet tot de hogere genodigden behoorde. ‘Zonder veel te horen of te zien van ’t geen eigenlijk geschiedde.‘ Door zo’n beeld – het komt uit Hemelbestormers van Bart Slijper, een ‘groepsportret’ van de schrijvers en schilders die later de Tachtigers gingen heten – realiseer je je ineens hoe jong al die letterkundigen waren die we nu kennen als gewichtige monumentale namen.
Lees hier de recensie

De dagen erna: Jess Walter
Jess Walter schreef met De dagen erna een scherpe en soms humoristische satire over wat hij zelf in een Playboy-interview ‘de collectieve posttraumatische stress’ noemt. De zand-erover-houding nam volgens hem al weer snel bezit van de doorsnee Amerikaan na 9/11. Laten we ons maar weer inkapselen door de entertainmentindustrie en niet blijven stilstaan bij wat ons aan terrorisme nog boven het hoofd hangt. Snippers papier spelen de hoofdrol in De dagen erna. Ze weerspiegelen flarden van levens die minder of meer met elkaar te maken hebben. En dat verband hangt af van de ernst van de paranoiaverslaving. De lezer wordt heen en weer geslingerd tussen een dramatische liefdesaffaire en een dodelijke samenzwering.
Lees hier de recensie