DUITSLAND WORDT geregeerd door twee bondskanseliers. De ene is een politieke kameleon. Deze Angela Merkel waait met alle winden mee, presenteerde zich voorafgaand aan de verkiezingen in 2005 als een liberaal van thatcheriaanse proporties, om zich daarna onder druk van links, het volk en de crisis tot sociaal-democraat te ontpoppen. Ze lift mee op het succes en de ideeën van Grote Mannen als Helmut Kohl. Haar succes dankt ze aan de koelbloedigheid waarmee ze hen op het juiste moment een dolk in de rug steekt.
De andere kanselier is de Merkel die haar eigen plan trekt. Die ondanks het feit dat ze vrouw, Oost-Duits, protestants, hertrouwd en kinderloos is, tóch leider van de christen-democraten en van heel Duitsland werd. Deze Merkel was zelfs kraakster. Als jonge wetenschapster in Oost-Berlijn brak ze een deur open, ging naar binnen en legaliseerde haar actie achteraf door dezelfde huur over te maken als de buren. En de eigenzinnige Merkel schijnt een ster te zijn in het imiteren van wereldleiders. In kleine kring geeft ze graag haar versies van Nicolas Sarkozy, paus Benedictus XVI en Berlusconi ten beste. Die laatste zingt haar trouwens regelmatig door de telefoon toe: ‘Angela, oh Angelina.’
Over een maand wordt Angela Merkel naar alle verwachting herkozen. Haar CDU ligt in de peilingen mijlenver voor op de sociaal-democratische SPD. Maar welke van de twee bondskanseliers ze voor een tweede termijn van vier jaar aan de macht helpen, weten de Duitsers nog altijd niet precies. Wie is deze vrouw, volgens Forbes de machtigste ter wereld? En veel belangrijker: waarheen wil zij nou eigenlijk met het invloedrijkste land van de Europese Unie en de belangrijkste handelspartner van Nederland?

IN HETZELFDE jaar dat honderdduizenden DDR-burgers naar het vrije Westen vluchtten, vertrok een dominee met zijn vrouw en drie weken oude dochter in omgekeerde richting. Het was 1954 toen de pasgeboren Angela Dorothea Kasner – na haar stukgelopen eerste huwelijk zou ze de achternaam Merkel aanhouden – het kapitalistische Westen achter zich liet. Het gezin verhuisde van Hamburg naar het Brandenburgse Templin. Of, zoals haar vader het uitdrukte: van de goedgevulde ‘vleespotten van Egypte’ de woestijn in.
Naar het beloofde land? Merkels biografen zijn het onderling niet eens. Volgens Gerd Langguth, politicoloog aan de Universiteit van Bonn en partijgenoot van Merkel, zag vader Horst Kasner de DDR als ‘het betere Duitsland’. Sommige ‘partijvrienden’ van Merkel suggereren zelfs actieve steun aan het regime. Veel verder dan de twee auto’s waarover het gezin op zeker moment zou hebben beschikt, gaat de bewijsvoering echter niet. In haar boek Die Kanzlerin: Angela Merkels Weg zur Macht rekent journaliste Evelyn Roll dan ook snel af met de geruchten. In het Stasi-dossier van Merkels vader staat dat hij enkele malen heeft gesproken met de geheime dienst. Maar de dominee liet zich niet chanteren en bleek onbruikbaar.
Maakt dat hem een Stasi-medewerker? Op hoge toon je afkeer tonen was nu eenmaal niet de beste manier om de geheime dienst af te schudden, meent ook Angela Merkel zelf: ‘Je moest ze gewoon vertellen dat je waarschijnlijk je mond voorbij zou praten als je voor ze zou werken.’ Die gespeelde onnozelheid is samen met haar zwijgzaamheid tot op de dag van vandaag een van de sterkste politieke kwaliteiten van de bondskanselier. Haar pokerface was in de dictatuur naar eigen zeggen ‘een overlevingsstrategie’. ‘En dat is het nog steeds.’
Maar een dissident was ze ook niet. Eén keer kwam ze in de problemen, toen ze samen met haar medescholieren verzuimde een propagandastuk in elkaar te zetten, gewijd aan de kameraden van de Vietcong. Vervolgens maakten ze er een parodie van. De Internationale werd gezongen, maar in het Engels, de taal van de klassenvijand. De scholieren kwamen er met een fikse vermaning van af. Daar staat tegenover dat Merkel gewoon lid was van de FDJ, de communistische jongerenorganisatie. Later zou ze op haar werk de FDJ-verantwoordelijke voor ‘agitatie en propaganda’ worden. Volgens kennissen uit die tijd kwam zo’n functie in de praktijk neer op het organiseren van redelijk onschuldige, culturele activiteiten.
Maar het overgrote deel van de tijd speelde de dictatuur hooguit op de achtergrond een rol. Net als de meeste andere Oost-Duitsers ervoer Merkel haar jeugd vooral als heel gewoon – en gelukkig. Net als generatiegenoten overal ter wereld luisterde de latere bondskanselier naar Beatles-platen, opgestuurd door familie uit West-Duitsland. Op school was ze de beste. Ze blonk uit in Russisch en wiskunde. Later zou ze natuurkunde gaan studeren, specialisatie quantumchemie. Merkel was geen nerd. Maar, zoals een toenmalige vriend het verwoordde: ‘Ze zat toen al bij de CDU – de Club der Ungeküssten.’
De jonge Angela ging graag met vrienden in de kroeg om te roken, zingen en te drinken. Een vriendin was scheikundige en voorzag hen van alcohol uit het laboratorium. Een keer liftte ze door de zuidelijke Sovjet-Unie, tot in de Kaukasus. Het leven onder het reëel bestaande socialisme was voor de apolitieke Merkel kortom niet slecht. Het was vooral saai. Merkel bracht haar jaren tachtig behalve in de kroeg vooral door in een donkere, vergeten werkkamer aan de Academie der Wetenschappen in Berlijn-Adlershof. En ze las alles wat los en vast zat: vakliteratuur, maar ook politiek, filosofie, geschiedenis en de literaire klassiekers. ‘Een doornroosjeslaap’, noemt biografe Roll die periode in Merkels bestaan, ‘een leven in de wacht’. Maar wachten waarop?

DE VAL van de Muur moet bij getalenteerde, jonge mensen als Merkel een gevoel hebben teweeggebracht als na een eindeloos ziekbed. Plotseling bewust van je gezondheid en mogelijkheden spring je bomvol energie de wereld in, vastberaden nooit meer één seconde kostbare tijd te verspillen. Voor mensen die niet werkloos raakten, betekende het einde van de DDR een gigantische versnelling in het leven. In het geval van Merkel is zelfs dat een understatement.
Angela Merkel was wat de oude DDR-dissidenten een ‘novemberrevolutionair’ noemen. Ze was nooit erg politiek geweest. Ze had de dictatuur lijdzaam ondergaan. Pas toen deze wankelde en het niet meer gevaarlijk was de straat op te gaan, koos ze openlijk partij. Hoe cynisch ook, juist hun politieke onbevlektheid bleek van groot voordeel voor deze laatbloeiers. Merkel was niet verstrikt in de soms bittere ideologische conflicten van de burgerrechtenbeweging. Ze sloot zich aan bij de nieuw opgerichte Demokratischer Aufbruch. Die organisatie ging al snel op in de christen-democratische CDU. Zoals een voormalige dissident opmerkte: ‘Ze had er geen problemen mee de macht van de straat op te rapen die wij daar hadden laten liggen.’
Drie dingen waren Merkel in 1989 snel duidelijk, vertelt ze achteraf: ‘Ik wilde in de Bondsdag. Ik wilde een snelle Duitse eenheid, en ik wilde de markteconomie.’ Ze werd op haar wenken bediend. Binnen de kortste keren werd de domineesdochter plaatsvervangend woordvoerder voor de eerste en enige vrij verkozen DDR-regering, die de hereniging met West-Duitsland voorbereidde. En ze kwam in de Bondsdag. Daarbij bleef het niet. Helmut Kohl vroeg haar minister te worden voor Vrouwen en Jeugd. In de daaropvolgende regering werd Merkel verantwoordelijk voor milieu.
‘Mijn meisje’, noemde Kohl haar. Maar hoe ondankbaar: het meisje ontpopte zich tot vadermoordenaar – nog een seksistisch etiket waar Merkel niet van af lijkt te komen. Het gebeurde precies tien jaar na de val van de Muur en haar eerste doorbraak. De CDU was lamgeslagen. Onder Kohls alleenheerschappij had de partij op illegale wijze giften geïncasseerd die in de miljoenen liepen. Merkel deed wat de rest van de partij nog niet durfde. Met een ingezonden stuk in de Frankfurter Allgemeine Zeitung nam de vrouw die het inmiddels tot partijsecretaris had geschopt afstand van de man die haar politiek groot had gemaakt. Daarmee was Merkels naam gevestigd. Ineens werd over haar gesproken als de redder in nood. Maar ook als een dame die over lijken gaat, tot grote ergernis van Merkel zelf: ‘Als mannen zich verder ontwikkelen, is dat de natuurlijke loop der dingen. Maar als een vrouw een keertje verder komt in de politiek, liggen overal langs de kant van de weg vermoorde mannen.’
Haar vrouw-zijn zou een thema blijven in de door grijze heren gedomineerde Duitse maatschappij. Nou ja, vrouw-zijn: de discussies betroffen vooral haar decolleté, chagrijnige gezicht en kapsel. ‘Heb je het al gehoord, ook Merkel is betrokken bij het partijfinancieringsschandaal’, begon een mop ten tijde van de affaire-Kohl. ‘Helmut heeft haar honderd mark gegeven voor de kapper. En niemand weet waar dat geld is gebleven.’ Jaren later verscheen het satirische magazine Titanic met haar foto op de voorpagina. ‘Mag zoiets kanselier worden?’ luidde de kop.

HET WERD bondskanselier. Op 22 november 2005 kwam voor het eerst in de geschiedenis een vrouw aan het roer van de Duitse staat. Het maakte de vraag naar haar ideeën ineens belangrijker dan het onder invloed van de Berlijnse sterkapper Udo Walz langzaam veranderende kapsel. Het antwoord leek Merkel te hebben gegeven in een rede in 2003. Daarin sprak ze zich uit voor drastische bezuinigingen in de gezondheidszorg, langer werken en flexibilisering van de arbeidsmarkt. Het leverde haar het imago op van radicaal hervormster, de Duitse Margaret Thatcher.
Daar is na vier jaar regeren weinig van over. Zeker, Merkel is populair. De kiezer waardeert haar nuchtere aanpak en zelfverzekerde internationale optreden. Ook vanuit de eigen regeringsploeg komt lof. Met name de vrouwelijke ministers zijn enthousiast over haar leiderschap. In tegenstelling tot de macho Gerhard Schröder geeft Merkel iedereen de ruimte, laat mensen uitpraten, luistert. En als ze in haar kantoor tegenover de Reichstag iets nodig heeft, belt ze de secretaresse niet, maar loopt ze even naar haar toe.
In haar eigen partij en in de liberale media overheerst echter de teleurstelling. Behalve de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd naar 67 jaar, uitgerekend het werk van een SPD-minister, is het niet tot drastische hervormingen gekomen. ‘Angela Merkel heeft zich als kanselier tot sociaal-democraat getransformeerd. Uit angst voor Lafontaine. Uit angst voor de SPD. Uit angst voor de stemming onder het volk’, schrijft Spiegel-redacteur Dirk Kurbjuweit in zijn dit jaar verschenen boek Angela Merkel: Die Kanzlerin für alle?
Wat wil Merkel nou eigenlijk met de door haar veroverde macht? Ook nu, een maand voor de verkiezingen, houdt ze zich op de vlakte. De bondskanselier voert een verkiezingsstrijd in de ‘stand-by modus’, heet het. Aanvallen op haar politiek laat ze langs zich heen glijden. In plaats daarvan toont ze in een volgens waarnemers bijna Amerikaanse campagne de mens achter de politicus.
Tegenover Kurbjuweit gaf ze in een achtergrondgesprek toe dat de hervormer niet verdwenen is. Het zouden de politieke omstandigheden zijn geweest die het Merkel in de afgelopen regeerperiode onmogelijk maakten rechts beleid te voeren. Maar wat niet is, kan nog komen. De CDU mikt op een ‘burgerlijke meerderheid’, samen met de liberale FDP. Laat Merkel dan alsnog de kleine Thatcher in zich los? Of schrikt ze opnieuw terug voor de publieke opinie, die onder invloed van de kredietcrisis feller dan ooit gekant lijkt tegen neoliberaal beleid?
Er is nog een derde mogelijkheid. Misschien is haar eigen plan wel juist de middenweg die Merkel de afgelopen jaren bewandelde. Evelyn Roll oppert in haar biografie de mogelijkheid dat Merkel slechts de schijn wekt geen eigen program te hebben en beïnvloedbaar te zijn. ‘Wie haar gedrag nauwkeurig analyseert, ziet dat ze calculerend maar zeer beslist en als het moet knalhard handelt.’ Het is het strategisch denkende kind van de DDR, de Merkel die gewend is haar kaarten zo lang mogelijk op de borst te houden.
Die DDR-Merkel is niet zoals haar West-Duitse partijgenoten de politiek in gegaan uit onvrede met het systeem. Als kersverse parlementariër kon Merkel er niet over uit ‘hoe achteloos de mensen in de oude deelstaten omgaan met hun democratie, alsof het vooral daarom gaat wie de democratie het beste kan bekritiseren’. Voor Merkel was het omgekeerd. De vrouw die op negenjarige leeftijd alle namen van de West-Duitse ministers uit haar hoofd kon opzeggen, engageerde zich uit bewondering voor het systeem. Haar achtergrond maakt dat wanneer zij de Duitse democratie, de rechtsstaat of de sociale markteconomie looft, het niet obligaat klinkt maar oprecht.
Dat verschaft haar geloofwaardigheid en populariteit – en wellicht óók een politiek programma. Voor wie vanuit tevredenheid de politiek ingaat, hoeft het systeem niet tegen iedere prijs op de schop. Maar met de zwaarste crisis sinds de Tweede Wereldoorlog en een torenhoog begrotingstekort zal die politiek van is-wel-best-zo de komende jaren moeilijk vol te houden zijn. Merkel is domweg gelukkig in Duitsland. De vraag is hoe lang Duitsland nog gelukkig blijft met Merkel.


Beeld: Angela Merkel