Ondertussen zal het Donner wel zijn geworden (hij mag zelf vaak archaïsch spreken) dat hij een ongelooflijke blunder heeft begaan door aan te dringen op aanscherping van het godslasteringsartikel in de wet. Smakeloos, voor wat betreft de timing zo kort na de moord op Theo, smakeloos ook omdat Donner hiermee suggereert dat Theo zelf de moord had kunnen voorkomen als hij zich maar iets netter had uitgedrukt. En niet alleen is het smakeloos, het is ook gevaarlijk. Gevaarlijk omdat Donner impliciet de islamfascisten gelijk geeft, gevaarlijk omdat hij zijn eigen achterban probeert te sussen, die ook niet begrijpt dat hij nog niets heeft ondernomen, gevaarlijk ook omdat hij er hiermee blijk van geeft als minister van Justitie zijn zaakjes niet te kennen en niet op de hoogte te zijn van de laatste ontwikkelingen op dit gebied.

Wat een gevaarlijk laffe slapjanus.

Hij heeft zijn woorden al weer willen nuanceren – hij maakte het alleen maar erger.

Ondertussen doet hij niets aan Ayaan.

Zij is een volksvertegenwoordiger die momenteel haar volk niet vertegenwoordigt, ik bedoel: niet kan vertegenwoordigen. Natuurlijk niet – het komt hem goed uit. Hoe minder volksvertegenwoordigers er zijn, hoe makkelijker Donner kan regeren. Hij zou bij uitstek moeten zorgen dat de democratie wordt gehandhaafd. Dat doet hij niet. Zijn claim to fame is het schelden verbieden!

Het begint echt walgelijk te worden om te aanschouwen. Donner die zijn mond vol kaaskoekjes propt, zegt dat we ons beschaafder moeten gedragen en Ayaan laat stikken!

Het valt me trouwens van het hele kabinet tegen dat ze niets daadwerkelijk hebben ondernomen om Ayaan in die Kamer te krijgen. Trouwens, het parlement, op een enkeling na, heb ik ook niet horen zeggen: «Zet desnoods een metalen scherm om Ayaan heen, maar ze moet hier zijn! Zij is namelijk de democratie.» Dat Ayaan Donner niet kan controleren – en dat kan zij nu niet – terwijl zij een gekozen volksvertegenwoordiger is, is volgens mij ook een overwinning van dat islamfascisme.

Ik vraag mij ook af, na al dat laffe gezemel, wie nog in D66 gelooft. Was dat niet, heel vroeger, een partij van intellectuelen? Van alternativo’s die wel eens een boek lazen? Ze voeren de jaren zestig nog in hun naam, tenslotte. Ik herinner me nog partijcongressen met Van Mierlo die Shakespeare citeerde. Shakespeare… Helaas hebben ze óf deze bard niet begrepen, óf ze weten niet wie het is. Of, dat kan ook, het waren destijds al mooie shakespeareaanse praatjes voor de vaak.

Waarom – leg het mij uit, Boris Dittrich (jij bent toch ook een schrijvende intellectueel over onze rechtsstaat) – waarom wil je als D66’er nog tussen deze enge lapzwansen van het CDA zitten? Ik snap het niet. Wat doe je daar nu? Niks. Heb jij gezorgd dat Ayaan naast je in de Kamer zit? Nee. Waarom vind je de vrijheid van meningsuiting zo onbelangrijk dat je weliswaar Donner tegenspreekt, maar er verder geen consequenties aan verbindt? Ik snap het niet. Waarom geef je die Thom de Graaf niet eens een schop onder z’n hol! Doe wat, Thom!

En ook de echte liberalen, jullie VVD’ers, ik zie wel dat jullie iets anders willen, maar waarom laten jullie je aan de ene kant overlopen door Wilders en aan de andere kant door Verhagen, waardoor alles wat jij, Van Aartsen, doet, nog het meest lijkt op een pantomimevoorstelling: het lijkt heel wat, maar het is niks. Ga weg bij dat CDA. Ze lasteren daar misschien geen goden, maar wel mensen. Ik weet niet wat erger is! Of ik weet het wél! Het is erger mensen te lasteren dan goden!

Maar ik ben natuurlijk partijdig. Ik was en ben een vriend van Theo.

Ik mis Theo, ik mis ook mijn ouders – en beiden om hetzelfde gesprek. Namelijk dit: ik ben opgevoed om tegen het fascisme te vechten, om de democratie te verdedigen en om te zorgen dat zij die het slecht hebben het beter krijgen. Hoe doen wij dat? Theo en ik zouden daarover praten. Net zoals ik daar met mijn vader en moeder over wil praten.

Oorlogen gaan al lang niet meer tussen landen onderling. Oorlogen gaan om ideeën. Het ene idee wil het andere idee vernietigen! Op 9/11 werd er wel degelijk een oorlogsverklaring afgegeven, en op 2 november, toen Theo werd vermoord, was dat wel degelijk een oorlogshandeling. De hele wereld ziet het – lees Le Monde, Die Welt, The New York Times et cetera – maar de Nederlandse regering ziet het niet.

De moord op Theo was het antwoord van de fundamentalisten op de smart bomb, zei een Engelse journalist van The Observer. En ik begreep meteen wat hij bedoelde. Schakel Theo uit, en je zaait angst en vrees onder columnisten, schrijvers, journalisten, filmers, kunstenaars. Schakel Theo uit, en je laat zien hoe bijvoorbeeld het CDA absoluut niet hecht aan de fundamenten van die democratie! Schakel Theo uit en je maakt het kabinet lam en impotent! Schakel Theo uit en men zit met de handen in het haar. Doen we iets? Ja, met de mond… En wat doen we met de mond? We geven, bij monde van Donner, Mohammed B. gelijk. Theo heeft, door zijn scheldpartijen, de laffe aanslag ook aan zichzelf te danken… aldus Donner.

Het is te walgelijk voor woorden, maar het is het standpunt van onze minister van Justitie. Lieve fascisten… wij zullen jullie niet kwetsen, maar dan moeten jullie… Ja, wat? Niet doorgaan met moorden? Niet doorgaan met onversneden antisemitisme? Niet doorgaan met het vernietigen van het Westen? Niet doorgaan met het vernietigen van onze democratie? Waarom? Ze zijn aan de winnende hand.

Wat kan ik nog schrijven zonder gevaar te lopen? Wat kan een kunstenaar nog maken? Minder, steeds minder, zegt Donner – en hij ondersteunt dat.

Ik heb een gore smaak in mijn mond. De smaak van verlies en verraad, van laf en lijdzaam, van angst en moedeloosheid: Donner!

Man, duvel op!