Weer een vader-zoon-documentaire, kort na Ed en Daan van der Elsken (De erfenis) en Peter en Sander Vos _(Vogelparadijs)._ En weer over creatieven: Paul en Menno de Nooijer. Fotograaf en filmer allebei, maar door hun oeuvre vol ensceneringen beter geëtiketteerd als beeldend kunstenaar. Bij Van der Elsken en Vos gingen de zonen ook de kunst in, maar ver van het terrein van de vaders. Het oeuvre van de De Nooijers is juist in gezamenlijkheid tot stand gekomen. Sterker, de symbiose is letterlijk: ze wonen met drie generaties in een grote Zeeuwse boerderij, met liefdevol verzorgde tuin en boomgaard, een aards paradijs. De Grossfamilie, zegt Paul erover, naar Duits-romantisch negentiende-eeuws ideaal, zoveel mogelijk zelfvoorzienend. Al is ‘groot’ nog relatief klein: Paul en zijn Françoise, hun zoon Menno met twee puberdochters, Menno’s nieuwe lief Jacomien en hun baby Nele.

Voor sommigen zal deze familiecommune een wensdroom zijn, voor anderen een schrikbeeld. Belangrijker is dat vader en zoon dit allebei willen; zoals ze al decennia hebben samengewerkt, sinds Menno als joch in ontelbare gefotografeerde tableau-vivants figureerde, vaak via stopmotiontechniek tot film gemaakt. Minstens zo vaak naakt als in kleren – het was hippietijd. Moeder deed even vaak mee, net als wie er ook maar vertrouwd en in de buurt was. Dat werk, experimenteel, associaties oproepend met surrealisten, magisch-realisten en animaties uit Monty Python, is in de loop van de tijd wisselend succesvol geweest en soms in opdracht gemaakt, voor onder meer mtv. Of het oeuvre een lange documentaire waard is, durf ik niet te beoordelen. De letterlijke en figuurlijke setting, de karakters en hun onderlinge verhoudingen zijn dat wel. Het was geen maker gelukt zo dicht bij de personages te komen als regisseur Jacomien Kodde, die als partner van Menno en moeder van Nele letterlijk dichtbij is. In het paradijs dus, dat, onmisbaar voor film, ook schaduwzijden kent.
Een slagschaduw zelfs: bij Paul is prostaatkanker vastgesteld en alle tijd die hij nog heeft, besteedt hij aan werk over die ziekte en de naderende dood. (Van der Elsken deed dat ook.) Zo is een lijntje in de film dat een doodskist wordt ontworpen, gemaakt en gebruikt in het werk. De kijker krijgt de indruk dat, nog pregnanter dan voorheen, alles draait om Paul – een, op het oog zachtmoedige, tiran (want kunstenaar). Kodde spreekt zich nergens uit over haar schoonvader (die ze wellicht bewondert en/of zelfs bemint), maar in gesprekken met schoonmoeder en Menno wordt langzamerhand voel- en tastbaar hoe dominant man/vader was en is. Maar ja, hij heeft ook altijd gelijk, vinden ze. Dus volgden ze, met lichte pijn. Die Duitse Romantiek, was die niet ook bar patriarchaal? Oude meester Frans Zwartjes, ooit leraar van Paul, komt op bezoek en herhaalt wat hij lang geleden bij diens eindexamen tegen Menno zei: ‘Weg bij je vader.’ Nu gaat vader zelf weg. Samen leggen vader en zoon dat vast.
Jacomien Kodde, Het laatste kunstje, NTR en Omroep Zeeland, Het uur van de wolf, donderdag 18 mei, NPO 2, 22.55 uur