Wie met een vinger naar Brussel wijst, wijst eigenlijk naar zichzelf. Met die woorden kaatste de voorzitter van de Europese Commissie, Jean Claude Juncker, de bal terug naar de Europese lidstaten. Als zij Brussel verwijten de oorzaak te zijn van veel Europese ellende, dan moeten ze hun eigen verantwoordelijkheid daarvoor niet ontkennen. Juncker hield vorige week in Den Haag de Schmelzer-lezing, genoemd naar de leider van de Katholieke Volkspartij in de jaren zestig, Norbert Schmelzer.

Het klopt dat veel politici die zich achter Brussel verschuilen er niet bij vermelden dat landen daar zelf meepraten en instemmen met de besluiten. Maar waarom geven ze dan af op Brussel? Inderdaad ook omdat dat lekker makkelijk is. Maar wat daar achter schuil gaat, is dat veel van de in Brussel gesloten compromissen niet als ‘van hen’ voelen. Daarom is het niet vreemd dat ook de burgers Brussel niet als ‘van hen’ voelen.

Als je met 28 landen moet overleggen, gaat er heel wat water bij de wijn. Compromissen worden halfbakken, zoals eerst bij de euro en nu bij het Schengen-verdrag blijkt. Je moet er niet aan denken in Den Haag met alle Tweede-Kamerfracties een compromis te moeten sluiten. En daar zijn het er ‘nog maar’ zestien. Hetgeen des te meer het probleem schetst dat ‘Brussel’ is. Dat Juncker zei in de toekomst niet meer de fout te willen maken nieuwe lidstaten snel te laten toetreden, zoals na de val van de Muur gebeurde, sprak boekdelen.

Hoe sterk de lidstaten van elkaar verschillen merkt de EU als gevolg van de vluchtelingencrisis nu des te pijnlijker. Ligging, historische achtergrond, sociaal-economische factoren, geopolitiek: alles speelt een rol in de wijze waarop landen zich opstellen. Dat Nederland zijn grenzen niet hermetisch heeft gesloten, heeft mogelijk minder met ruimhartigheid te maken dan met onze ligging: ver weg van de plek waar de vluchtelingenbootjes aan wal komen. Bovendien is Nederland niet het land waar de vluchtelingen naartoe willen.

Dat in Brussel genomen besluiten terug in eigen land niet ruimhartig worden verdedigd, heeft ook met de tijdgeest te maken. Het zoeken naar en sluiten van compromissen is niet trendy, het wordt als een teken van zwakte gezien. In eigen land merkt vooral regeringspartij pvda dat. Zij moet zich veelvuldiger dan haar liberale coalitiepartner verdedigen voor afspraken die ze met de vvd of met derden maakt.

Het is alsof Turkije een middelvinger opsteekt naar Europa

In verband met de vluchtelingencrisis zijn de afwegingen waarvoor politici staan soms duivelse dilemma’s. De pvda-fractie stemde vorige week, zeer tegen de zin van de vvd, voor een motie die vroeg om aparte opvang van homoseksuele en christelijke vluchtelingen als zij in Nederlandse opvangcentra worden bedreigd door vluchtelingen met een moslimachtergrond. Persoonlijk ben ik tegen aparte opvang, het is toegeven aan waarden en normen die niet de onze zijn. Maar hoe garandeer je de veiligheid van de vluchtelingen die bedreigd worden?

De pvda-fractie stemde in dezelfde week juist weer niet voor een motie van GroenLinks waarin precies verwoord stond wat pvda-leider Diederik Samsom nog maar kort daarvoor in de media had voorgesteld als middel om de impasse in het overleg met Turkije over het indammen van de vluchtelingenstroom te doorbreken: een tijdelijke luchtbrug voor vierhonderd vluchtelingen per dag. Het niet steunen van de motie kwam Samsom op het verwijt te staan dat hij mooie woorden preekt, maar dat vooral voor de bühne doet, uit eigenbelang, omdat de pvda en daarmee ook hijzelf er niet goed voor staan in de kiezersgunst.

Maar je kunt er ook anders naar kijken. Dan is het GroenLinks dat makkelijk probeerde te scoren. De vvd had immers meteen laten weten niet te voelen voor Samsoms plan. De pvda had het meningsverschil met de liberalen op de spits kunnen drijven door voor de motie te stemmen. Op papier hadden de sociaal-democraten er dan mooi op gestaan. Maar ze kozen ervoor te laten zien dat ze met de vvd willen blijven zoeken naar een oplossing voor het ingewikkelde vluchtelingenprobleem waarvoor de wijsheid bij niemand in pacht is. GroenLinks wist dat. Haar motie was voor de bühne, uit eigenbelang, zou je even zo goed kunnen zeggen. Of deden beide partijen gewoon het politieke handwerk?

Een duivels dilemma is ook het afspraken maken met Turkije over het beheersbaar maken van de vluchtelingenstroom. Aan de vooravond van het cruciale overleg met de EU, afgelopen maandag, besloot de regering van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan om de haar onwelgevallige krant Zaman onder regeringstoezicht te stellen en de hoofdredacteur te ontslaan. Dat is alsof Turkije een middelvinger opsteekt naar Europa en haar persvrijheid. Maar ja, de EU heeft Turkije hard nodig, wil het mensensmokkelaars tegenhouden en ook zelf deze vluchtelingencrisis overleven. Dan zwaai je niet meer zo snel met je wijsvinger.

Op een vraag van een student van de Universiteit Leiden zei Juncker dat door de ontwikkelingen in de wereld Europese waarden al aan het verdwijnen zijn. De generatie van de vragensteller moet daar rekening mee houden. Het is te hopen dat de waarde van het compromis niet verdwijnt. Liever duivelse dilemma’s als gevolg van het willen en moeten sluiten van compromissen dan regeringen die compromisloos hun wil opleggen aan andersdenkenden, zoals in Turkije. Blijft wel de vraag of er een grens is aan het aantal en soort partijen, lees ook landen, waarmee je een compromis sluit als dat nog oprecht gevoeld draagvlak wil hebben onder politici en burgers.