
Ik zag een paar werken van de Engelse Emma Talbot. De configuratie Why do you fear the power within? was ingewikkeld en moeilijk om te bekijken. Het is een beschilderde rechthoek van zijde die aan een rail vrij en los voor de muur hangt, eigenlijk als een voorhang zo dun als een voile. Omdat het beeld niet op een strak spieraam gespannen is, heeft het ook niet de fysieke stevigheid van die vorm. Je kijkt naar die lap die daar zo hangt en je ziet hoe licht die zijde is. De kleuren van de schildering, gemaakt met dunne acrylverf, zijn door de stof geheel geabsorbeerd. Er is geen spoor van peinture te zien. Het lijkt of wat er geschilderd werd, en verteld wordt, van ver weg is komen aanwaaien en zich op de zijde heeft vastgezet. Gordijnen bewegen in de wind, zeker als ze van lichte zijde zijn – daarom merk ik bij Why do you fear the power within? in de vormgeving een deinende beweging.
We zien een buigzaam bewegende figuratie van slangen en slingers, zoiets als batik. Eigenlijk zijn het ontknopingen. De kleuren zijn bleek maar trefzeker. Te midden van die sierlijke verbuigingen wordt, als open plekken in dicht bos, ruimte gemaakt voor een helder soort medaillons met kleine scènes waarin we de gestalte zien van een wijdbeens hurkende vrouw, met een slang en in andere verwikkelingen. Die stukken vertelling werden met een spits penseel genoteerd in fijne, soepele lijnen. In andere medaillons in dit stromende labyrint van krullen en kolken staan fragmenten tekst geschreven. Death as part of each Picture hovers on each horizon But first we must let some Magic pass between us. Dit zijn duidelijk ontboezemingen van persoonlijke aard. Zoals ook deze: Continual transformation Woman-Bird-Snake Stretched across the Hearth, a fire burns inside. En dan ook deze nog: Ancient Wisdom lies just behind your Eyes, so Vivid.
Het zijn vreemde doeken. Hun werking is verwarrend. Als we proberen deze verwarringen te begrijpen, zijn we op de verkeerde weg, lijkt me. Waarschijnlijk zijn het autobiografische herinneringen. Die komen ergens vandaan waar wij niet kunnen volgen. Maar los daarvan voel je toch een bijzondere en pertinente scherpte in deze formuleringen. Zo zouden wij ze kunnen bekijken. Dit wonderlijke werk is verder te geconcentreerd en te eigenzinnig om te zeggen dat de eigenaardig idiomatische beeldregie ervan nergens op lijkt. Want daarom gaat het in kunst. Deze irritante dingen van Emma Talbot lijken inderdaad nergens naar. Inderdaad zijn ze heel iets anders dan kunst die mooi past in Engeland: Antony Gormley, Howard Hodgkin, David Hockney bijvoorbeeld. Geen kwaad woord over deze meesters van de echte kunst.
Intussen is er een andere en dwarse traditie in de Engelse kunst, daar in het bijzonder. Je komt dan uit bij de eigengereide verbeelding (tussen tekening en poëzie) van William Blake. Die leek ook nergens naar. Voorbij de gepaste smaak van klassieke kunst kwam hij toen terecht bij iets wat onaangenaam scherp was. Wat hem daar dreef was zijn peculiar honesty. Zo karakteriseerde T.S. Eliot dat niets ontziende artistieke karakter van Blake. Hij noemde die honesty ook peculiarly terrifying. It is an honesty against which the whole world conspires, because it is unpleasant. De meeste kunstenaars ontwikkelen hun kunst in de bedding van wat de mainstream-stijl is. Rembrandts kunst, bijvoorbeeld, begon eerst in een stug realisme dat uit Haarlem kwam en vond daaruit een weg naar een geheel eigen en dramatische versie daarvan in zijn late werk. Dat is zoals het gaat. Rembrandt was alleen heel erg goed. De dwarse houding van Blake tegen gewone stijl was net iets scherper in koppigheid.
Van die types zijn er meer in vooral de Engelse kunst. Wat te denken van de dwarsheid van Damien Hirst en Tracey Emin en de uitzonderlijke Gilbert & George. Het was hun volharding in terrifying honesty die hen daar bracht waar zij gewoon negeerden hoe het hoorde, in kunst en leven, en zo voor velen het ijs konden breken, daaronder ook Emma Talbot.
PS De werken van Emma Talbot zijn te zien in Galerie Onrust, Planciusstraat, Amsterdam. Het baanbrekende stuk van Eliot over William Blake staat in zijn meesterwerk Selected Essays