«Wie zal de beste zijn in het boogschieten? The answer my friend is blowing in the wind, in het bijzonder de wind die in Archery Park zal blazen.» Ik lees in Sydney 2000, een uitgave van Sport Inter na tio nal, ook «het officiële programma van uur tot uur» bevattend.
Moet Bob Dylan de Nobelprijs krijgen? Die voor literatuur? Ik ben niet goed bekend met het werk van Bob Dylan, ik zou misschien drie melodieën van hem herkennen en hooguit drie regels. Ik kan onmogelijk zeggen of Bob Dylan de Nobelprijs moet krijgen, of niet.
Ik lees verder: «In het boogschieten maakt het niet uit of het regent, er wolken hangen of de zon schijnt, maar wind, dát is een ander verhaal», zegt Magnus Petersson, Zwedens zilveren- medaillewinnaar in 1996. «Ik lees ook dat Zuid-Korea de dominante natie in het boogschieten is, en dat de Koreaanse missie nu wordt aangevoerd door de legendarische Kom Soo Nyung, goed voor goud in 1988 en 1992.
Is het inderdaad zo dat het mede aan Dylans poëzie te danken is dat de cultuur van het woord zich heeft weten te handhaven in een omgeving die gedomineerd wordt door het bewegende beeld? En dat het al met al de hoogste tijd is dat zijn oeuvre nu de officiële erkenning krijgt die het verdient? Ik kan er geen zinnig woord over zeggen, ik ken het oeuvre niet. En ik kan in de verste verte niet beoordelen welke soep ik hiervan moet maken: dat het mede aan Dylans poëzie te danken is dat de cultuur van het woord zich heeft weten te handhaven in een omgeving die wordt gedomineerd door het bewegende beeld.
Ik lees verder: «De schutters schieten vanaf zeventig meter pijlen op een bord met tien ringen. De roos bullseye is tien punten waard, de score in de omliggende ringen vermindert telkens met een punt. Komt een pijl terecht in de een van de tussenliggende lijnen, dan telt de hoogste score.»
Woensdag 20 september, tijdens de manifestatie die De Groene Amsterdammer samen met de Melkweg organiseert, zal een keur van Nederlandse artiesten werk van de kandidaat-laureaat uitvoeren en zullen voorstanders met tegenstanders in debat gaan. Aanvang 20.30 uur.
Ik lees verder: «Archery Park is een van de verborgen juwelen van Sidney Olympic Park en welke bries er ook blaast, die zal alleen maar van aard zijn om een bij voorbaat spannende strijd nog spannender te maken.»
Ik zie in gedachten pijlen door de lucht gaan. Ik zie in gedachten pijlen die ik misschien niet eens zie. Ik zie misschien bewegende beelden of bewegingen in beeld. Ik zie in gedachten misschien een omgeving die gedomineerd wordt door het bewegende beeld. Ik ben getuige van zenuwslopende dramatiek, ik zie atleten die hun training hebben aangepast en bij voorkeur schieten in winderig weer. Ik zie, woensdag 20 sep tember, Koreanen, maar ook de Fransman Sebastien Flute en diens landgenoot Lionel Torres. Wellicht de Italiaan Michele Frangilli.
Zij gaan me iets vertellen kreunend en steunend en zoevend en zingend. Ze gaan me zonder woorden vertellen van poëzie, van de cultuur van het woord, van handhaving, van omgeving en dominantie en het bewegende beeld. De toekenning van de Nobelprijs is mede aan hen te danken.
Sidney 2000
Uitg. Weekbladpers Tijdschriften